Hoofdstuk 20

19 0 0
                                    

{Lucia}

'Alles oke?' Vraagt Maxon, die naast me aan een tafel gaat zitten. De hele kantine zit vol met mensen, maar geen spoor te bekennen van Cole. Hij is gewoon verdwenen ofzo?
'Ja. Het gaat wel.' Antwoordt ik.
'Heb je geen eten bij je?' Ik kijk voor me. Er ligt helemaal niks op tafel en ik heb ook niks bij me.
'Shit.' Ik knal mijn hoofd neer op de tafel.
'Wil je wat van mij?' Hij houd een broodje met worst voor mijn neus. Dankbaar pak ik het aan en neem een hap.
'Dankje.' Zeg ik glimlachend wanneer ik de eerste hap heb doorgeslikt.
'Geen dank. Ik eet ze toch nooit allemaal.'
Opeens zie ik Cole de trap afrennen. Zijn ogen gaan in mijn richting, maar snel wend hij ze weer af en loopt de aula uit.
Waarom gedraagt hij zich zo raar?
'Er is iets aan de hand, wat is het?' Vraagt Maxon die me duidelijk met een verdrietig en geïrriteerd gezicht de aula in ziet staren.
'Ik, ehm... Heb ruzie met mijn broer.' Is het eerste wat ik kan bedenken. Als Cole heeft gezegd dat we broer en zus zijn, dan moet ik em daar ook naar gedragen.
'Hoezo dat?' Maxon kijkt me geïnterresseerd aan.
'Hij gedraagt zich zo raar. Alsof het hem niks kan schelen.'
'Alsof wat hem niks kan schelen?'
'Uh... de, uhm.. dood van onze... ouders.' Subtiel Lucia. Goed bezig. Lekker veel hakkelen in je zinnen. Dan is het zeker duidelijk dat je het verzint.
'Je weet dat ik er altijd voor je ben, toch?' Maxon legt zijn hand op de mijne, die open op tafel ligt. Ik kijk naar onze handen en knik.
Na school heeft Maxon me thuisgebracht. Hij geeft me een snelle kus op mijn wang en loopt vervolgens weg.
Ik open de voordeur en loop met een glimlach de woonkamer in, maar Cole zit niet op de bank.
In de keuken hoor ik gerommel, en daarna schelden. Cole staat in de keuken. Op de grond liggen allemaal spullen.
'Gaat het?' Vraag ik.
Cole kijkt geïrriteerd op.
'Helemaal perfect.'
'Kan ik ergens mee helpen?' Cole bukt om de troep op te ruimen.
'Het gaat prima.' Snauwt hij. In een keer gooit hij de spullen in een kastje en klapt die met een harde knal dicht.
'Het gaat niet prima.' Ga ik tegen hem in.
'Ik voel me prima, Lucia!' Boos loopt hij langs me heen naar de woonkamer, me bijna omverduwend.
'Doe eens normaal!' Roep ik boos. Ik storm achter hem aan naar de woonkamer.
Hij zet de tv aan en slaat zijn armen over elkaar.
'Ik denk dat we wel klaar zijn.' Zegt hij.
'Sorry, wat?' Vraag ik.
'Het is uit, Lucia.' Ik schrik van wat hij zegt. Het is uit.
'Je maakt een grapje.'
'Zeker niet.' Cole neemt geen aanstalten om me überhaupt ook maar aan te kijken.
Ik pak mijn rugtas uit de gang en loop naar buiten. Gelukkig weet ik mijn huilen in te houden tot ik alleen ben. Hij heeft het gewoon uitgemaakt. Wat bezielt hem?

Na een paar uur rondlopen in de stad besluit ik terug te gaan naar hui- Nee... Cole's huis, aangezien het al langzaam donker word.
Ik open de voordeur zachtjes en loop naar binnen. Wanneer ik langs de woonkamer kom zie ik Cole op de bank zoenen met een meisje dat lange, blonde haren heeft.
Ik ren naar boven en pak mijn pyjama uit "onze" kamer en loop de andere kamer in, die ik meteen op slot doe.
Cole's kamer is niet heel groot. Eigenlijk is hij gewoon klein. Heel erg klein, vergeleken met die van mij.
Er staat een bed, een kleine kast en een bureau met een stoel.
Ik trek mijn pyjma aan en ga liggen onder de dekens, waarna ik in slaap val.
Midden in de nacht wordt ik wakker gemaakt door het geluid van een telefoon die afgaat.
Op het nachtkastje staat een huistelefoon. Meteen neem ik op.
'Hallo?'
'Meneer Adams, u moet meteen naar het ziekenhuis komen! Het is uw moeder.' Er wordt opgehangen. Zo snel als ik kan sta ik op en trek wat kleren aan. Ik storm de andere kamer in en zie Cole vredig slapen met het blonde meisje in zijn armen. Het blonde, naakte meisje.
Ik loop naar beneden en fiets naar het ziekenhuis. Daar aangekomen loop ik door naar Kylie's kamer.
Er staan een aantal dokters om haar heen.
'Is alles oke?' Vraag ik. Een van hen draait zich om en kijkt me ernstig aan.
'Ze is dood.'

Met een klap gooi ik de deur achter me dicht.
'Kan het wat rustiger? Het is half 4 's nachts.' Hoor ik Cole vanuit de keuken mopperen.
'Je moet naar het ziekenhuis.' Antwoordt ik.
'Wat zeg je?' Met een glas water komt hij de gang ingelopen.
'Je moet naar het ziekenhuis.' Herhaal ik, waarna ik de trap op loop en weer in bed ga liggen.
Cole stormt de trap op.
'Wat bedoel je "Ik moet naar het ziekenhuis"?' Vraagt hij geïrriteerd.
'Ze belden. Ik wilde je wakker maken maar je lag met een of ander wijf in bed.'
'Wat is er aan de hand?!' Schreeuwt hij nu.
'Stevie? Waar ben je?' Roept het blonde meisje vanuit de andere kamer.
'Ga gewoon naar het ziekenhuis, oké! Ik ben niet de juiste persoon om jou dat te vertellen.'
'Is ze dood?' De tranen staan in Cole's ogen.
Opeens verschijnt het meisje in haar ondergoed in de deuropening.
'Gaat alles goed, baby?' Cole duwt haar aan de kant en rent naar beneden.
Ik sta op uit bed en loop naar deur.
'Slaap lekker.' En ik gooi de deur met een harde zwaai dicht.
Beneden hoor ik de voordeur open en dichtgaan. Ik besluit maar gewoon te gaan slapen. Morgen moet ik weer naar school.
Geen idee wat Cole gaat doen. Waarschijnlijk blijft hij thuis. Ik ben bang dat hij nu nog chagrijner word dan hij al was. Begrijpelijk, maar hij hoeft het niet op mij af te reageren.

BlueWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu