Helpful (Harry Styles)

15

HOOFDSTUK 15.

*Harry*

Mia komt naar beneden. Sneller dan ik had verwacht. Ze heeft een grote strandtas in haar hand en komt rollend naar me toe.

"Dat doe je snel!" Grinnik ik. Ze geeft me een tik tegen mijn arm. Lachend wrijf ik over de plek.

"Laten we gaan." Zegt Mia. Ik knik en loop naar mijn auto. Ik help Mia de auto in en ga daarna zelf achter het stuur zitten. Ik trap het gas in en rijd naar het strand.

Als we aankomen, help ik Mia weer uit de auto en duw haar naar het strand. Ik leg een groot kleed neer en til haar uit haar rolstoel. Ik zet haar op het geruite kleed neer. Dankbaar kijkt ze me aan.

"Zin in een ijsje?" Vraag ik.

"Lekker." Lacht ze.

"Ben zo terug." Ik loop richting de ijstent.

*Mia*

Harry loopt weg om ijs te halen. Ik staar naar de zee. Het water komt steeds dichterbij. Gelukkig heeft Harry ons kleed wat verder weg gelegt. Een paar kinderen springen over de golven. Ze gieren het uit. Lachend kijk ik ernaar. Ik wou dat ik dat ook kon. Gewoon lekker los gaan. Lekker gek doen en rennen. Lopen door het zachte gras met blote voeten.

Er komt een meisje naar me toe. Ik knijp mijn ogen samen. Lisa?! Shit.... Ik kijk weg, hopend dat ze langs me heen loopt. Ze komt, zonder iets te zeggen, naast me zitten.

"Eeehm... Hai?" Stotter ik.

"Oke luister. Ik mag je niet."

"Joh." Mompel ik. Ze negeert het en gaat verder.

"Dat trein ongeluk ging niet volgens plan. Heb je tegen iemand verteld dat ik het was?" Ik schud mijn hoofd.

"Goed.. Als iemand het te weten komt, heb je een probleem!" Ik kijk haar aan. Het lijkt alsof ik angst in haar ogen zie. Ik schud het van me af...

"Je moet me wat beloven." Ik kijk haar nieuwsgierig maar bang aan.

"Als ik erachter kom dat jij het aan iemand hebt verteld, moet jij me wat geven." Ze staat op. Bang kijk ik naar haar.

"Zodra je het iemand verteld geef je mij jou vriendje. Zo niet, dan heeft dat gevolgen." Ik kijk haar met grote ogen en open mond aan. Zodra ze Harry ziet, loopt ze gauw weg.

"Alles oke? Je ziet wat witjes." Zegt hij meteen. Hij gaat op het kleed zitten, geeft me mijn ijsje en trekt me tegen hem aan. Wat moet ik nu doen? Harry weet het al... Straks verraad hij zichzelf... Dit gaat fout.