Ik voel hoe een eenzame traan over mijn rechter wang loopt, ik wil dit niet meer. Ik wil niet weer zijn tanden in mijn nek, of een of ander verhaal over dat ik zijn bezit ben. Ik ben van mijzelf, ik ben een sterke wolf die haar eigen prima kan redden. Maar dat durf ik hem niet te zeggen, want ik weet donders goed dat dat verkeerd valt bij hem en dan ben ik al helemaal de lul. Hij kijkt me vals aan wat me een angstig gevoel geeft, ik kijk hem wantrouwend aan bang voor wat hij nou weer van plan is. Nog voor ik me kan verzetten voel ik zijn tanden opnieuw in zijn mark verdwijnen, ik probeer hem weg te duwen aangezien ik dit helemaal niet wil. Maar hij verplaatst geen centimeter, ik jank zachtjes in zijn armen door de tintelingen in mijn nek. Het maakt me bang, het is gewoon naar hoeveel effect deze jongen op mijn lichaam heeft. En het vervelendste is dat ik er niks tegen kan doen, tevreden haalt hij zijn tanden uit mijn nek na een tijdje. Ik voel hoe een geïrriteerde zucht mijn lippen verlaat, ik wil dit niet meer. Tranen lopen over mijn wangen, ik kan ze niet meer stoppen. Hij kijkt me verbaasd aan, duidelijk in de war. "Gaat het wel?" Hij keek me vragend aan, duidelijk een antwoord verwachtend. "Nee ik zit hier voor de lol een potje te janken, wat denk je zelf? jij psychopaat." Ik spreek de woorden kalm met een boze ondertoon uit, ik blijf hem aankijken om mijn woorden zo meer kracht te geven.Iets wat ik beter niet had kunnen doen, zijn ogen worden langzaam zwart. De eerst zo liefdevolle jongen die voor mij zat lijkt in een klap te verdwijnen.
"Hoe durf je in deze toon tegen je alpha te spreken?" Ik rol geiriteerd met mijn ogen waarna ik langzaam opsta, klaar om hem aan te vallen. Ik kan mijzelf niet meer beheersen, alle woede komt eruit. "Jij bent niet mijn alpha, ik wou dat ik jou nooit had ontmoet. Ik haat je." Ik schreeuw de woorden in zijn gezicht, waarna ik mijn vuist tegen zijn kaak gooi. Ik zie hoe mijn vuist volop zijn kaak raakt, zijn kaak produceert vervolgens een oorverdovend breek geluid. Ik kijk geschrokken en vol ongeloof naar mijn hand, wat heb ik gedaan? Ik wist niet dat ikdie kracht in mij had? Ik kijk naar hem op en zie hoe hij zijn hand naar zijn kaak verplaatst, zijn ogen lijken vuur te spuwen. Ik ben er geweest, mijn laatste seconden zijn in gegaan. Ik vind het echter niet erg, ik wil weg van deze wereld. Hij komt dreigend op mij aflopen, en net als ik denk dat ik gedood zal worden klopt iemand op de deur. Mijn redding, ik zie hoe hij me een laatste strenge blik toont waarna hij de deur opent. "Hoe durf je mij te storen?" Ik zie hoe een gespierde jongen bij de deur staat, en ik moet toegeven hij ziet er niet vekeerd uit. "Sorry Caleb, er zijn twee rogues op ons teritorium gespot. Wilt u dat ze gelijk worden gedood, of wilt u het doen?" Vraagt hij met een vieze grijns op zijn gezicht wat mij doet walgen. "Vermoord ze gelijk, en ruim hun lichamen meteen weg. Ik heb geen zin in gezeik met andere Rogues." Ik geloof mijn oren niet, hij vermoord ze gelijk? Wat is dit voor psychopaat? Maar ik was ook een Rogue, dat betekent dat hij mij dus ook gelijk had vermoord als ik hier ook maar een stap op het territorium zou zetten. De jongen knikt snel en verdwijnt dan uit ons zicht, en dit bewijst nogmaals dat deze jongen die blijkbaar Caleb heet een harteloos monster is. Hij verlaat de kamer om deze vervolgens op slot te draaien, waar ben ik toch in beland? Ik laat me tegen de muur naar beneden zakken waarna de eerste tranen beginnen te rollen. Al snel zijn de sluizen geopend en vallen de tranen als watervallen naar beneden. Het ergste aan deze hele situatie is dat er geen uitweg is, al zal dat niet lang meer duren.
JE LEEST
It Hurts
WerewolfHij was sterk. Zij was gebroken. Hij was vol haat. Zij was vol liefde. Hij was een Alpha. Zij was verbannen. Hij vond haar. Zij vond hem. Zielsverwant. ~ ŋɛ۷ɛཞ Ɩɛą۷ɛ ą ℘ɛཞʂơŋ ῳɧơ ɬơųƈɧ ყơųཞ ʂơųƖ ɱơཞɛ ɬɧąŋ ყơųཞ ცơɖყ ~ Stukje uit het boek...