hoofdstuk 14

4.2K 101 3
                                    

Pov Kealy
Ik leg mijn telefoon weg en staar naar het planfond van mijn nieuwe kamer.
Het is anders dan al mijn vorige kamer, maar zeker niet veel slechter.

Al de alcohol is wonderbaarlijk genoeg al mijn lichaam uit.
Dankzij mijn uitbarsting tegen Brooklyn heb in waarschijnlijk de alcohol uit mijn hersenen geperst.
Waarschijnlijk zat er toch niet zoveel alcohol in de cola als ik dacht.

Waarom zou Brooklyn me dronken voeren?
Zo bijzonder ben ik toch ook weer niet, of wel?

Waarschijnlijk vond hij me gewoon knap en probeerde me in zijn bed te krijgen.
Dat is ook wat Mickey me vertelde voor ik Rye's auto in stapte op weg naar hier.

Als ik door heb dat ik niet in slaap ga vallen, ondanks mijn lessen van morgen, stap ik mijn bed uit.

Het is zomer en warm, dus besluit ik gewoon in mijn pyjama naar buiten te gaan.
Het is een kort grijs broekje met een wit shirt tot net beneden mijn navel.

Ik sluip naar de deur van de kamer, zodat ik Theresa niet wakker maak.
Ik open de deur en loop er door heen de gang op en vanaf daar zoek ik de uitgang van het gebouw.

Het is helemaal donker, en het enige licht dat ik kan zien is het licht dat van een lantaarnpaal een raam door schijnt.
Langzaam loop ik verder de hoop nergens tegen aan te botsen.

'Auw!' Ik heb het woord al geroepen voor dat ik er echt erg in had.
Ik wrijf met mijn over mijn voorhoofd waar net iets harts tegen aan is gekomen.
"Sorry, het was niet mijn bedoeling, ik zag je niet." Zegt een lage, mannelijke, maar toch vriendelijke stem.

Ik wend mijn hoofd op en kijk in 2 nieuwsgierige groene ogen.
'Het maakt niet uit!' Lieg ik, het doet namelijk echt heel veel pijn.
'Je hebt wel een harde schedel!' Lach ik.
De jongen/man lacht mee met een leuke lach, voor zo ver ik hem kan zien in het donker.

"Ik heb je hier nog nooit eerder gezien, ben je nieuw?" Vraagt hij dan.
Ik knik.
'Ik ben gisteren aangekomen, ik ben Kealy!' Vertel ik hem en hij knikt begrijpelijk.
"Ik ben Duke!" Zegt hij, dat is dus zijn naam.
Ik glimlach lief naar hem met als gevolg een heel agward stilte...

"Ik moet maar eens gaan! Zie ik je morgen weer?" Hij kijkt hoopvol als hij het vraagt.
Ik knik wilt ja met mijn hoofd en hij grinnikt om mijn actie.

Hij loopt weg en laat mij alleen achter met mijn gedachtes.
Alleen in het donker met geen enkel licht, licht genoeg om me alles te laten zien.
Alles van de wereld.

Ik loop weer terug naar de kamer van mij en Theresa.
Ik wil de deur knop draaien, maar besef me dat ik daar mijn sleutel voor nodig heb.
En die licht in mijn kamer.

Ik wil Theresa niet wakker maken, maar ik wil ook niet buiten gesloten blijven tot dat ze een keer wakker word.
Ik overweeg de mogelijk hebben en besluit toch maar op de deur te kloppen.
Eerst zachtjes zodat ik niet gelijk het hele studentenhuis wakker maak.

Als er na een paar minuten niks gebeurt klop ik nog eens, harder dit keer.

Ik hoor wat gekreun vanachter de deur en even later voetstappen.
"Wie komt er nou op dit uur?" Hoor ik Theresa geïrriteerd mompelenen.
De deur opent zich en Theresa's gezicht draagt een verbaasde uitdrukking.

"Waar kom jij vanDaan?" Vraagt ze, terwijl ze me naar binnen laat.
'Ik wilde even een luchtje scheppen, alleen ik was de kamer sleutel vergeten." Leg ik haar uit.
Ze knikt en laat zich op haar bed vallen.
Niet veel later hoor ik een zacht gesnurk, wat duidelijk maakt dat ze slaapt.

Ik laat me ook in mijn bed glijden en ik sla de warme dekens over mijn inmiddels gekoelde lichaam.
Ik sluit mijn ogen en val dan wonder boven wonder in slaap.

He Is Evil To Me, Voltooid✔Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu