04

1.5K 86 14
                                    




KATHERINE LUPIN

"Kath! Net de persoon die ik zoek," vrolijk komt Elijah — een jongen uit jaar 5, ook een Slytherin — naast me lopen, en hij legt zijn arm om me heen. Elijah is een hele goede vriend van me, maar meestal is hij niet zo aanhankelijk.

"Wat heb je nodig, Eli?" Vraag ik, een beetje wantrouwend. "Voor mijn huiswerk hoef je niet zo te slijmen, dat weet je al."

Hij rolt zijn ogen, waarna hij me meetrekt naar buiten. Ik klem mijn boeken nog wat steviger in mijn armen, en volg hem op de voet. "Ik heb een hond ontmoet," zegt hij, "en ik denk dat jij hem ook aardig gaat vinden."

Een glimlach kruipt ongewild op mijn gezicht, en ik knik. "Ging je me daar serieus voor opzoeken?" Vraag ik. Ik kniel neer bij de zwarte hond, en leg mijn boeken naast me in het gras.

"Natuurlijk, je hebt geen fijne week gehad, en ik dacht dat dit je wel zou opvrolijken," zegt hij. "Maar ik moet terug naar de commonroom, zal ik je boeken alvast meenemen?"

"Als je dat wil," grinnik ik. Elijah trekt zijn schouders op, en pakt mijn boeken van het gras af. "Bedankt, Eli."

Hij haalt zijn hand door mijn haar heen, waarna hij terug naar het kasteel loopt. Ik keer mijn gezicht terug naar de hond, en kantel mijn hoofd als ik zijn gedachtes hoor. Ik frons lichtjes, en probeer een halsband te vinden.

"Je bent een Animagus," mompel ik. De hond kijkt op, waardoor de glimlach op mijn gezicht groter word. "Je kan jezelf wel veranderen, ik ben niet bang." De hond verandert in een man, en ik kijk recht in het gezicht van Sirius Black. "Zou je me daarmee kunnen helpen?"

Hij kijkt me fronsend aan, "je bent echt niet bang?"

"Waarom zou ik? Ik geloof niet dat jij het hebt gedaan," zeg ik. Ik kijk naar zijn kleding, en trek mijn neus op. "Ik denk niet dat je je beste vrienden kan verraden, zeker niet als twee daarvan jou als hun broer zagen."

"Hoe weet je dit?" Vraagt hij.

"Oh, het spijt me," ik grinnik, wat beschaamd dit keer. "Ik ben Kath, ik ben een Legilimens." Hij glimlacht zwakjes als hij mijn naam hoort. "Wat is er met mijn naam?"

"Het kind van mijn beste vriendin heette zo," zegt hij zacht.

"Ik ben waarschijnlijk ook haar kind," lach ik, "je moet het trouwens zeggen als je het niet fijn vindt als ik je gedachtes lees, maar ik kan er vrij weinig aan doen."

Hij lacht even naar me. "Het is niet erg, love, ik hoef dan zo veel minder uit te leggen." Hij kijkt me nu pas echt aan, en ik glimlach vriendelijk naar hem. "Je lijkt best erg op je ouders. Je bent een perfecte mix van ze. Maar ik denk toch dat ik je Kathy zal blijven noemen, als je dat niet erg vindt."

"Liever niet tegenover andere mensen," mompel ik. "Ik moet trouwens gaan, maar het was leuk om je te ontmoeten, Sirius. Ik zal je hopelijk wel vaker zien." Ik sta op, en klop het gras van mijn uniform af.

"Kathy? Ik weet dat het vreemd is om te vragen, maar kan je me misschien helpen om bij Harry Potter te komen?" Vraagt hij. "Als dat niet te lastig is."

"Ik zal het proberen," zeg ik, "kan je me vanavond ontmoeten bij het bos? Dan kunnen we nog praten." Hij knikt, met een gemeende glimlach op zijn gezicht. Hij verandert weer in een hond, en ik ga terug naar het kasteel, waar ik de Great Hall in loop voor het diner.

"Het heeft je geholpen, zo te zien?" Vraagt Elijah. Ik knik glimlachend, en geef hem een korte knuffel. "Je vader zocht je trouwens nog, ik heb gezegd dat je na het eten naar zijn kantoor zou komen."

*

Al zwaaiend met mijn staf loop ik door het kantoor van mijn vader, waardoor ik de meubels verplaats. Mijn vader is er zelf nog niet, maar ik verveelde me — wat ik best snel doe.

"Katherine!" Roept mijn vader. Ik laat mijn staf zakken, en draai me naar hem om. "Als je je verveeld kan je ook gewoon rondrennen!" Hij barst in lachen uit, en zet zijn meubels weer goed.

"Waarvoor wilde je me spreken?" Vraag ik.

"Ik heb met professor Snape en professor Dumbledore gesproken, en ze vonden het allebei een goed idee als je misschien een jaar hoger zou komen te zitten," zegt hij. "Je loopt meestal voor op het huiswerk, en je hebt weinig of geen uitleg nodig. Andere professoren hebben dat ook opgemerkt — want ze zagen ook dat je je heel snel gaat vervelen."

Ik grinnik zachtjes, "dan is het natuurlijk wel handig dat ze jou direct op school hebben, en niet dat ze je eerst per uil een brief moeten sturen. Wat heb je gezegd?"

"Ik heb ze gezegd dat ik met je zou praten," zegt hij kalm. "Wat vind je er van?"

"Ik vind het prima," zeg ik. "Het is alleen jammer dat ik dan een jaar korter op school zit met Hunter en Avis, maar ik denk dat ze dat wel snappen." Mijn vader schudt grinnikend zijn hoofd, en drukt een kus op mijn voorhoofd.

"Ik zal ze alvast zeggen dat je hebt ingestemd," zegt hij. "Je mag gaan, Kathy." Ik loop rollend met mijn ogen zijn kantoor uit, waarna ik naar de commonroom van Slytherin ren. Een aantal eerstejaars kijken me pissig aan, maar gaan daarna weer verder met wat ze ook aan het doen zijn.

Ik laat mezelf vallen op de bank tussen Avis en Hunter, en kijk ze allebei even grijnzend aan. "Waarvoor wilde je vader je spreken, Kath?" Vraagt Elijah, die in de stoel tegenover ons zit.

"Ik mag al naar het volgende jaar," zeg ik. Avis lacht erom, en Hunter trekt zijn schouders op, terwijl Elijah me fronsend aankijkt.

"Ik had alles eigenlijk verwacht, behalve dit," zegt hij. "Maar ik heet je alvast welkom in het jaar waar de Weasley tweeling ook in zit." Avis begint nog harder te lachen, waarna ze me troostende schouderklopjes geeft. Hunter, daarentegen, wiebelt zijn wenkbrauwen naar me.

"Jullie zijn echt totale sukkels," mompel ik. "En het maakt me niet uit dat de tweeling daar zit, ik ben daar om schoolwerk te doen, en niet om me te laten afleiden door een stelletje sukkels."

---------------

oh, but are you?

xX

Holding a Heart {George Weasley} [Harry Potter]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu