Hoofdstuk 19

2.2K 111 0
                                    

Rose

Ik heb Jelle een kus gegeven, het voelde alsof ik een dood iemand kuste, alleen Jelle was niet koud, hij was warm, zijn lippen waren warm en een beetje vochtig, maar verder was het allemaal net zo stijf, je drukt je lippen op iets wat niet terug kust. Het is gewoon een raar gevoel. Ik ben best bang dat de politie komt om me op te pakken, ik ben ontsnapt met de hulp van een agent, maar ontsnapt is ontsnapt natuurlijk en ik wil echt niet terug dat kamertje in. Ik ben benieuwd wie het meisje was die tegen de politie heeft gezegd dat ik een steen gooide en waarom zij het gedaan zou hebben, maar de politie mocht er natuurlijk weer niks over los laten. Waarschijnlijk is het zo een psychopaat, eerst een vriendinnetje van Jelle en toen dumpte hij haar, zij kwam er niet over heen en ging toen raar doen, maar wie deed er raar tegen Jelle? Alle meiden liepen als een hondje achter hem aan. En de meiden die dachten dat jongens je op aten, die liepen altijd achter mij aan. Er is niemand in de school die een hekel aan ons heeft, helemaal niemand, alleen wij in het begin tegen elkaar. Er komt een verpleegster de kamer binnen lopen.

'Ik ga hem nu een chemospoeling geven. Ik maak dus dit infuus vast aan dat slangetje wat in zijn arm zit.' Zegt de verpleegster tegen me.

Ik knik, dit was vroeger bij Sanne altijd al iets waar ik niet tegen kon, maar het is niet veranderd. Voor Jelle is het waarschijnlijk wel heel fijn dat hij in coma ligt dus niks voelt, als je in coma ligt voel je toch niks? Ligt hij eigenlijk wel in coma of wordt hij gewoon in een tijdelijke slaap gehouden zodat hij de pijn niet voelt? En 1000'den andere vragen spoken door mijn hoofd.

Ik voel dat ik misselijk en draaierig wordt, waardoor ik door mijn benen zak. Ik val op de grond neer met mijn hoofd tegen iets scherps aan. Ik grijp naar mijn hoofd en voel iets nattigs. Ik voel dat een zuster me omhoog haalt en me op een stoel neer zet. Het is zwart voor mijn ogen, maar ik ben wel aanwezig in deze kamer. Ik ben alleen echt heel erg misselijk en voor ik het weet, begin ik te spugen. Ik hoor de voetstappen van een zuster. Ze slaat een arm om me heen en begeleid me naar een andere kamer. Ze legt me op een bed neer en steekt iets in mijn arm.

'Blijf hier maar rustig liggen en als het weer goed gaat, moet je op de knop drukken.' Zegt de zuster.

'Oke.' zeg ik met een piepstem terwijl ik op het bed lig.

Ik luister naar het rare muziekje wat afgespeeld wordt door de boxen die in de kamer hangen. Aangezien ik niks kan zien, heb ik geen idee in wat voor kamer ik ben, maar het is geen gewone kamer, daar ben ik zeker van. Ineens hoor ik voetstappen richting mij lopen.

'Haar hoofd bloed nog steeds, het moet gehecht worden.' Zegt een verpleegster.

'Nee mevrouw, er wordt niks gedaan met naald en draad, dat accepteer ik niet.' Zeg ik tegen haar.

'Lieve meid, er is niks om bang voor te zijn, het doet geen pijn, dat beloof ik.' Zegt de verpleegster.

'Maakt niet uit, het gebeurd gewoon niet.' Zeg ik tegen haar.

'Het moet gewoon gebeuren, er stroomt te veel bloed uit.'

The Beauty and the JerkWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu