Hoofdstuk 1 - Nora

33 1 0
                                    

"5 minuten, niet langer", herhaalde Nora voor de honderdste keer tegen zichzelf. 5 minuten had ze om weg te komen, niet langer. Ze trok de capuchon van haar sweater nog wat strakker om haar gezicht, waardoor hij deels voor haar ogen viel. Met een boze ruk trok ze de capuchon weer af. Een passerende vrouw keek haar een ogenblik aan, maar waren er niet duizenden tieners die een capuchon droegen? Nora viel beslist niet op en dat was maar goed ook. "5 minuten", zei ze weer. "Niet langer."

Ze naderde het huis waar ze moest zijn en keek door de vettige ramen om zeker te zijn dat er niemand thuis was. De herinnering aan haar opdracht kwam weer boven en Nora herhaalde in haar hoofd langzaam alle details. De ketting die ze zocht zou op de tweede verdieping in een oud sieradendoosje liggen, maar meer was haar niet verteld. Dat betekende dat het doosje op de hele tweede verdieping kon liggen, waardoor het zoeken wel eens lang zou kunnen gaan duren. Maar daar hoefde ze zich geen zorgen om te maken, ze moest alleen zorgen dat ze binnen 5 minuten een geschikte plek vond om zich te verbergen nadat ze het huis verliet. Gelukkig had ze van tevoren tijd gehad de omgeving te verkennen en de plek die ze had uitgezocht, was perfect.

Eerst moest ze de ketting nog zien te bemachtigen, hoewel dat een gemakkelijke taak beloofde te worden, Nora had voor veel onmogelijkere missies gestaan. Terwijl ze de voordeur naderde, schrok ze op van een geluid rechts van haar. Ze stapte op haar hoede een stukje opzij en zag de tuindeur in het slot vallen. Was er iemand in de buurt? Nora trok rustig de capuchon weer over haar hoofd, zodat ze onopvallender rond kon kijken zonder dat voorbijgangers haar ogen zagen. Voorbijgangers waren er echter niet, behalve de vrouw die haar zojuist een blik had toegeworpen en zij was al bijna de straat uit.

Nora liep langzaam naar de tuindeur, hoewel ze allesbehalve kalm was. Ze moest oppassen want als ze zou moeten vluchten, had ze geen tweede kans om terug te komen voor de ketting. Het moest in één keer goed gaan.

Van de overtuiging dat deze missie gemakkelijk zou zijn, was niet veel over toen Nora de tuindeur achter zich sloot en het gazon rondkeek. De takken van een struik achter in de tuin bewogen en - niemand op straat kon haar nog zien nu ze in de tuin was - ze rende eropaf. De persoon die zich zojuist nog achter de struik had schuilgehouden verdween achter haar de tuin uit, maar niet snel genoeg om onopgemerkt te blijven. Nora herkende de jongen die ze zag, hij had haar eerder gevolgd. Wie is hij toch? dacht ze. Ze had hem al meerdere keren gezien en hoewel hij haar nooit aanviel was het opmerkelijk dat ze hem telkens tegenkwam.

Na de capuchon voor de zoveelste keer af gedaan te hebben, besloot Nora via de achterdeur het huis binnen te treden, de sleutel had ze immers toch al. Als de jongen aan de voorkant van het huis was, zou hij niet zien dat Nora het huis binnenging en dat leek haar het veiligst. Want, dacht ze, ze had maar een enkele kans om het huis uit te gaan en dan had ze nog maar 5 minuten, niet langer.

Het slot van de achterdeur ging wat stroef, maar na een beetje gewrok en een stoot met haar heup ertegenaan, gaf de deur mee. De woonkamer die aan de tuin grensde was donker op dit uur, maar een lamp aandoen was te riskant. Over vingerafdrukken maakte Nora zich geen zorgen, het huis was onbewoond en een missende ketting zou een eventuele toekomstige koper niet opvallen.

Ze liep door de woonkamer naar de hal, snel, maar op haar hoede. De trap zou niet moeten kraken was Nora verteld, dus ze snelde naar boven waarbij ze steeds een trede oversloeg. De tweede verdieping was gelukkig niet groot: een zolder verdeeld in twee kamers. Het was meteen duidelijk in welke kamer de sieradendoos zich bevond, namelijk de linker waar een meisjesbed met klamboe stond, waartegenover een enorme stoffige spiegel en make-up tafel waren.

De kamer was niet klein, maar deed rommelig en gezellig aan door al het stof en de papieren die op de grond lagen. Ze pakte een aantal bladeren op en veegde wat stof eraf waardoor een tekening van een blonde jongen op zichtbaar was. Het was mooi getekend en Nora schatte dat de eigenaresse van de kamer zo'n veertien jaar zou zijn geweest. Ze had geen idee waar het meisje was en waarom ze alles had achtergelaten, maar ze wist maar al te goed dat ze een kostbare ketting bezat. Waarom de ketting zo kostbaar was, was haar helaas niet duidelijk.

De eerste plaats waar ze zocht was natuurlijk de la van de make-up tafel. Daar lagen meerdere sieraden in, maar Nora was op zoek naar een specifiek doosje. Het doosje stond, tegen haar verwachting in, ook niet op de tafel, maar was onderin een kist aan het voeteneind van het bed weggestopt. De verf was grotendeels van het doosje afgebladderd en het patroon vervaagd. Desalniettemin was het een indrukwekkend doosje en toen Nora het oppakte voelde ze als het ware de herinneringen die eraan verbonden waren, wat haar een gevoel van nostalgie bezorgde. Het sieradendoosje was vermoedelijk al generatieslang van moeder op dochter doorgegeven, evenals de ketting die erin zat.

Nora opende de doos om te controleren of de ketting er wel echt in zat. Ze haalde opgelucht adem toen ze het zilveren medaillon zag. Omdat ze niet graag persoonlijke bezittingen stal raakte Nora de ketting bewust niet aan en besloot het in het doosje te vervoeren. Toch was ze benieuwd of er een foto of boodschap in het medaillon zat en onderdrukte met moeite de neiging hem te openen. De ketting was erg gedetailleerd; er was een bloemenpatroon ingegraveerd, wat Nora niet met "mooi" zou omschrijven. Het was zonder twijfel vakmanschap, maar het was simpelweg niet haar stijl.

Omdat het sieradendoosje zo snel gevonden was, deed Nora op de weg naar beneden rustig aan, de route naar de verstopplek in haar hoofd herhalend, gevolgd door het zachtjes fluisteren, "5 minuten, 5 minuten, niet langer".

Nora liep het huis uit alsof ze er woonde en draaide geconcentreerd de deur op slot. Het sieradendoosje zat in haar rugzak en omdat ze een joggingbroek en gympen droeg, zou het geen argwaan wekken dat ze begon hard te lopen. Op een rustig drafje liep ze de straat uit en sloeg een aantal bochten om, de verpauperde wijk uit. Onder het rennen kreeg Nora spijt dat ze er niet aan gedacht had haar haren in een staart bijeen te binden. Het haar wapperde voortdurend in haar ogen en een paardenstaart zou er bovendien nog sportiever uit hebben gezien.

Hoe lang zou het huis al leeg staan? vroeg ze zich af. Het was duidelijk dat het ooit een mooi huis was geweest, maar nu zag het eruit als een bouwval, net als de andere huizen in die wijk. Ze bevonden zich in een achterwijk van de stad, waar zowel mensen onder een dak als op straat woonden.

Het stelde Nora gerust dat ze het centrum van Detroit naderde, de huizen werden met iedere straat die ze vorderde, mooier. Toch was ze nog lang niet op de plek waar ze heen wilde en ze wist dat ze op moest schieten. Haar pas versnellend sloeg ze nogmaals een bocht naar links om en zag toen haar doel naderen. Of eigenlijk, zij naderde haar doel. Missie geslaagd, glimlachte ze tegen zichzelf.

Toen trok een flits in haar ooghoek haar aandacht. Door het overwinningsgevoel dat het haar gelukt was de ketting te bemachtigen en haar verstopplek binnen 5 minuten te bereiken, vergat Nora voorzichtig te zijn en draaide in een ruk haar hoofd om, om te zien wat de oorzaak van de flits was. Ze keek recht in het gezicht van de jongen die haar achtervolgde. Fout. Fout. Fout. maalde het door haar hoofd. Ze was onvoorzichtig geweest; ze was nog maar een paar seconden en een paar passen van haar verstopplek vandaan en zou geen tijd hebben een andere te zoeken.

Ervan verzekerd dat ze jongen haar met zijn ogen volgde, bleef haar geen andere keus dan haar route door te zetten. Nora sprintte het smalle steegje tussen twee huizen in, nam daar een bocht naar links en dook weg achter een laag hegje op een verlaten speelplaats. Ze ging op haar buik liggen, slingerde haar tas af en gooide die in een struik een eindje verderop. Die zou later nog wel opgehaald worden, wist ze.

Toen begon haar hoofd te duizelen en ze sloot haar ogen terwijl een drukkende duisternis haar overmande. Ze was in ieder geval op tijd op haar bestemming met de ketting - ook al was ze gevolgd. Daarna werd de duisternis volledig en verloor ze haar bewustzijn.

TweestrijdWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu