Ze deed haar ogen open in lange, vrij smalle ruimte vol met stoelen. Waar ben ik? vroeg ze zich af. Ze keek naar links waar een man naast haar door een raampje keek. Nora leunde wat naar voren om ook te kunnen kijken. Door het raam zag ze alleen maar wit en blauw. Was dit een soort auto? Maar waar reden ze dan?
Nieuwsgierig stond Nora op en liep naar de voorkant van de ruimte, waar een paar lege stoelen waren. Ze klauterde op haar knieën op de stoel het dichtst bij het raam en keek erdoorheen. Ze zette grote ogen op van verbazing. Was ze in de lucht?
Nora had vaak genoeg vliegtuigen gezien, maar ze had er nooit in één gezeten. "Wow," bracht ze uit. Ze had niet door wat er om haar heen gebeurde, het enige wat er in haar wereld nog bestond was het prachtige uitzicht vanuit het vliegtuig. Ze had het ook niet door toen een vrouw haar naderde. De vrouw tikte op Nora's schouder, die zich meteen omdraaide en de vrouw aankeek in extase.
"Jongedame, het is niet toegestaan om tijdens de vlucht te lopen, tenzij u naar het toilet moet. Wilt u weer plaatsnemen op de u aangewezen plaats? Dank u." Hoewel de stewardess het als een vraag stelde, was het eerder een bevel.
Nora waagde het niet om er tegenin te gaan en begaf zich terug naast de man die haar verbaasd aankeek.
"Is dit je eerste vlucht?" vroeg hij.
Ze schudde haar hoofd langzaam van links naar rechts. Misschien had ze wel eerder gevlogen of misschien was het beter om de man dat te laten denken. Nora had namelijk geen idee hoe ze met Carl in contact moest komen en waarom ze hier was. Paniek kende ze niet, Nora was te nieuwsgierig naar alles om haar heen om ooit paniek te voelen. Ze genoot van ieder moment dat ze had, want het kon zomaar haar laatste zijn. Je wist het maar nooit met Carl. En vertrouwen deed ze hem zeker niet.
"Het fascineert me gewoon telkens weer," zei Nora tegen de man als verklaring voor haar blijkbaar vreemde gedrag.
Hij knikte. "Het is ook bijzonder." Daarna wendde hij zijn blik af en pakte een boek.
Nora zocht in de tas die bij haar voeten lag naar iets wat ze herkende of iets waarmee ze met Carl in contact kon komen. Ze haalde een mobieltje tevoorschijn dat ze nog niet eerder had gezien. Hij stond op vliegtuigstand en Nora vroeg zich af wat dat betekende.
Opeens schrok ze. In de weerspiegeling van het donkere beeldscherm van de telefoon zag ze zichzelf. Maar er was iets anders aan het gezicht daar naar Nora terug staarde in het beeldscherm. Haar haarkleur. Hoe had ze opeens bruin haar gekregen?
Vanuit haar ooghoek keek zag ze dat de man naar haar keek met een onleesbare uitdrukking op haar gezicht. Nora draaide zich om zodat ze hem aankeek en de man wendde snel zijn blik af. Ze wierp hem nog een arrogante blik met een opgetrokken wenkbrauw toe en daarna pakte ze haar - nu bruine - haar. Het leek zelfs anders te voelen.
Wist Carl hiervan? Zou hij weten waarom ze bruin haar had en wie daarvoor had gezorgd? En waarom dacht ze zoveel aan Carl? Waarschijnlijk omdat ik het niet gewend ben om geen missie te hebben, bedacht Nora.
Was moest ze nu doen? Ze keek om zich heen maar zag niemand die ze herkende. Waar ging die vliegtuig eigenlijk heen? Nora wist dat ze dat aan niemand kon vragen, want ze zouden haar voor gek verklaren. Als je in een vliegtuig zat werd je verondersteld te weten waar je heen vloog.
Dus bleef Nora wachten. En uit het raam kijken. Totdat ze voelde dat ze in slaap werd getrokken en ze zich niet kon verzetten.
JE LEEST
Tweestrijd
AdventureSkylar Cunningham mist delen van haar geheugen; soms wordt ze wakker op een vreemde plek zonder enig idee hoe ze er gekomen is. Tot nu toe lijkt niemand te weten van Skylar's mysterie, terwijl ze blijft zoeken naar het antwoord op de vraag "Wie ben...