Op weg naar een nieuw leven

449 34 7
                                    

Amber

Eindelijk even rust.

Ik zat tegen de grote treurwilg, die bij het meer stond, aan. Ik was even van huis weggegaan. Ik had het natuurlijk laten weten, ik wil toch niet dat mijn moeder zich doodschrikt als ze zag dat ik wegwas zonder dat ze wist waarheen. Maar ik had even rust nodig. Mijn familie en alle andere mensen in het dorp bleven me maar lastig vallen. Mijn familie wilde tijd met me doorbrengen want wanneer de zomer voorbij was, over een week, zouden we elkaar een hele tijd niet zien. En de mensen van het dorp vonden me speciaal want ik had vuurkrachten. Als ik een munt kreeg voor elke keer dat iemand me vroeg of ik iets kon laten zien was ik rijk geweest. Maar ik moest iedereen elke keer teleurstellen, ik had nog geen idee hoe ik mijn krachten moest gebruiken. Ik vond het eigenlijk niet heel erg dat ik opeens alle aandacht kreeg, totdat ze me niet meer met rust wilden laten. En nu zat ik hier onder de treurwilg na te denken. Want over een week moest ik naar het paleis en over twee weken was ik jarig. Eindelijk kreeg ik dan mijn vleugels en was ik een echte elf. Maar ik moest het wel alleen vieren en mijn moeder zou het zeker weten stom vinden dat ze er niet bij zou zijn.

"Waar denk je aan?" Ik schrok op toen ik iemand dat hoorde zeggen. Ik keek opzij en zag een jongen, hij was ongeveer even oud als ik een keek best vriendelijk.

"Ik had gewoon even rust nodig." Antwoordde ik.

"Oh, dat snap ik wel. Jij bent toch dat meisje met vuurkrachten?"

"Ja, dat ben ik." Zuchtte ik geïrriteerd.

"Iedereen vraagt je zeker om een demonstratie?"

"Yep. Iedereen behalve jij en mijn familie. Maar mijn familie wilt de hele tijd met me doorbrengen."

"Heb je je krachten uitgeput?" Vroeg de jongen bezorgd.

"Dat is hem nou net. Ik weet nog niet hoe ik ze moet gebruiken. En dat moet ik tegen iedereen zeggen, maar de meesten geloven me niet en blijven het maar vragen."

"Dat is echt vervelend. Wil je even met iemand praten? Mij bijvoorbeeld." Zei de jongen terwijl hij naast me ging zitten.

"Ik wil eerst graag je naam weten." Zei ik terwijl ik rechterop ging zitten.

"Ik heet Alec."

"Ik ben Amber."

"Nou aangenaam je te ontmoeten. Mijn lievelingskleur is blauw, en die van jou?" Zei Alec vrolijk. Hij was erg aanstekelijk en ik werd ook vrolijk.

"Rood, natuurlijk. Lievelingsdier?" Zei ik op dezelfde toon als Alec.

"Mmm, die is moeilijk. Tijger. Jij?"

"Chippy." Antwoordde ik.

"Dat zijn toch die dingen die op eekhoorns lijken? Ja, ik snap welke je bedoeld." Zei Alec, meer tegen zichzelf dan tegen mij.

"Wat is een eekhoorn?" Vroeg ik verbaasd. Ik had echt geen idee waar hij het over had. Ik had nog nooit van een eekhoorn gehoord.

"Dat is een wezen dat lijkt op een Chippy. Hij komt voor in een andere wereld."

"Welke wereld?" Ik had nog nooit over andere werelden gehoord en het leek me eigenlijk wel een interresant onderwerp.

"Aarde, denk ik. Ik weet niet zeker hoe hij heet. Er wonen dieren die op de dieren die hier wonen lijken, maar ze zijn veel minder cool. Ook wonen er mensen. Zij lijken erg veel op ons, maar hebben geen krachten. Maar ze zijn wel heel slim. Ze hebben veel coole uitvindingen en hebben veel vrije tijd. En ze hebben dus ook veel uitvindingen om de tijd mee te doden."

"Wat dan?"

"Ja, dat is moeilijk uit te leggen. Bijvoorbeeld, ehm. Trampolines. Dat zijn dingen waarop je kunt springen. En dan spring je heel hoog. Of zwembaden, een soort zelfgemaakte meren. En ook hele coole sporten."

Elements (gestopt, lees de beschrijving voor details)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu