Hoofdstuk 13

172 5 2
                                    

‘Odette, Odette, Odette... Wakker worden!’

Ik deed mijn ogen open. Eerst was alles wazig, daarna zag ik Charlie's gezicht net boven de mijne. Ik keek rechts van me en ontdekte dat ik naar het TV-scherm staarde, waar nu het saaie nachtprogramma op was. Ik was op de bank in slaap gevallen. Ik bedacht me dat ik de laatste tijd wel vaak op andere plaatsen dan in bed in slaap val. Best vreemd! Charlie keek me hoopvol aan, wachtend totdat ik echt uit mijn slaap gekomen was. Ik had gelukkig niet veel van zijn afwezigheid gemist, want ik kon me niets herinneren van wat ik nadat Charlie weg was had gedaan. 

‘Je bent terug!’ zei ik opgewekt en ik voelde dat mijn lippen zich opkrulden tot een glimlach. Charlie lachte terug. Hij heeft zo'n mooie lach, met prachtige witte tanden. 

‘Ja. Raad eens wat ik gedaan heb?’ zei hij opgewekt. Voordat ik antwoord kon geven zei hij: ‘Ik heb de vaatwasser aangesloten, nu hoef ik nooit meer de afwas te doen!’ Op zich was het fijn dat hij hem eindelijk geïnstalleerd had, maar waarom hij het gedaan had vond ik minder interessant. Luiwammes dat hij is. 

‘Fijn,’ zei ik vrij neutraal, ‘Heb je toevallig ook leren koken en eens iets eetbaars bereid?’

Hij leek even over mijn vraag na te denken, alsof er iets over na te denken viel. Toen zei hij: ‘Nee, maar ik heb wel noedels gehaald. Extra gekruid!’ Hij hield de zak van de Chinees, die bij ons om de hoek was, trots omhoog. 

Ik trok een vies gezicht. Hij wist dat ik niet van pittig eten houd, maar toch haalt hij altijd extra gekruide noedels. Aan de andere kant houd hij niet van pindakaas, wat mij altijd stimuleert om de pindakaas pot recht voor zijn neus open te zetten. Lang leve het reukvermogen van een weerwolf! 

‘Ik snap echt niet hoe jij dat spul kunt eten,’ zei ik, terwijl ik het brandende gevoel op mijn tong al voelde dat je door heet eten krijgt. Daarom houdt ik er niet van, je snakt constant naar water. Charlie lachte naar me.

Ik kroop overeind en kuste hem op zijn mond. Ik had er al onmiddellijk spijt van. Niet omdat het Charlie was, dat zeker niet, maar omdat hij stiekem al een aantal noedels had gehad en ik de pittige smaak in mijn mond voelde. Ik liep snel naar de keuken, dook met mijn hoofd onder de kraan en nam paar grote slokken water. Daarna nam ik een enorm glas uit een van de kastjes boven me en vulde die helemaal. Dat was om de volgende brand in mijn mond te blussen. 

Charlie was ook in de keuken en zette de doosjes met noedels op tafel. Hij haalde een paar van de Chinese eetstokjes uit de zak en maakte ze los van elkaar. Ik bedacht me dat Charlie nooit met stokjes at, dus pakte ik een vork uit de bestek lade en gooide deze in een boogje naar hem toe. Natuurlijk ving hij hem, hij heeft niet voor niets snelle reflexen. 

Ik ging naast Charlie zitten en begon te eten. Hoewel de pittige smaak niet zo lekker was, waren de noedels zelf wel altijd lekker. Ik was blij dat Charlie wat gehaald had want het was eigenlijk al te laat om te koken en ik had er ook geen zin meer in.

Ik had de halve namiddag nog geslapen, en was nu klaarwakker. Charlie leek wel moe. Ik vroeg me af wat hij gedaan had, ineens was hij er en toen moest hij weg. Alles goed? Je lijkt erg moe. vroeg ik hem in mijn gedachten, wat een beleefdere manier was om dingen te vragen tijdens het eten omdat je dan niet praat met je mond vol. Meestal kon het Charlie niet echt schelen, maar deze keer antwoorde hij ook mentaal: Ja, slecht geslapen de afgelopen dagen. Dat kon ik wel begrijpen met alles wat nu gaande is.

Ik stond op om de lege doos waar mijn noedels in hadden gezeten weg te gooien en zag een verfrommelde grijze doek bij de net aangesloten vaatwasser liggen. Ik raapte het op en ik zag dat het helemaal geen doek was, maar een T-shirt van Charlie. En er zat een of andere rode vloeistof op. Was het verf? Nee, onmiddellijk toen ik het oppakte drong de geur van bloed mijn neusgaten binnen. Rond de schouder was de stof doorboord. Er was doorheen geschoten.

MaanlichtWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu