.+*~15~*+.

60 2 0
                                    

Met grote ogen kijk ik om me heen. Wauw. Ik heb er geen woorden voor. 'Wat gaan we als eerst doen?' vraagt Ronald. 'Zullen we alvast naar het hotel gaan? Dan kunnen we onze spullen daar droppen.' stelt Joost voor. Iedereen stemt in en met z'n allen lopen we naar de receptie. Duncan krijgt kaartjes voor de kamers. 'Goed, wie gaat bij wie?' vraagt Link. Ow nu moet ik met iemand op de kamer. Dat heb ik altijd al gehaat. 'Ik wil met Link!' roept Jeremy en hij springt op Link. 'Liry!' roepen we allemaal en we moeten keihard lachen.

'Zal ik met jou op de kamer gaan?' vraagt Ronald. Ik knik. 'Ik ga wel met Lalima.' zegt Ronald tegen de anderen. Pascal gaat met Duncan, Harm met Thomas en Milan en Don gaan samen. Roedie komt aanlopen. 'Broeders, waar waren jullie?' vraagt hij lachend. We moeten keihard lachen. 'Normaal kom ik te laat.' zegt Joost. Ik stel mezelf voor aan Roedie. 'Bij wie wil je op de kamer?' vraagt Ronald. 'Joost is nog over.' zegt Milan. 'Hey broeder.' zegt Roedie en met een big-smile geeft hij Joost een knuffel.
'Hallo Roedie.' zegt Joost en hij knuffelt terug. 'Joedie!'' roepen we keihard en we moeten weer lachen.

Ik zie de receptioniste raar naar ons kijken. 'Zullen we naar de kamers gaan?' vraagt Ronald. Iedereen stemt in en we lopen met onze bagage naar onze kamers. 'Wij hebben kamer 187.' zegt Ronald en we zoeken naar onze kamer. 'Ik heb em!' roep ik. Ronald komt aanlopen met het pasje en opent de deur. 'Zo dit is wel een mooi kamertje hoor.' zegt Ronald. Ik knik. Ik zet mijn koffer op mijn bed en kijk door het gordijn naar buiten.  Je kan het hele park zien. 'Wat mooi.' fluister ik.

Ronald geeft me een knuffel van achter. Ik schrik, maar voel me veilig. Ik zucht en sluit mijn ogen met een glimlach. Er wordt op de deur geklopt. Ronald doet open. 'Hallo.' zegt hij. 'We gaan het park in. Gaan jullie mee?' vraagt Link. Ronald roept me en met z'n allen lopen we naar het park. Ik zorg ervoor dat ik dicht bij Ronald blijf, want er lopen allemaal vreemde mensen, wat ik niet ben gewend. 'Daar is Donald Duck!' roept Jeremy en met z'n allen rennen we ernaar toe.  We nemen een groepsfoto met Donald en we lopen naar een attractie.

Ik voel me niet op mijn gemak. Ik kijk onrustig om me heen en kijk niemand on de ogen aan. We moeten heel lang wachten tot we een attractie in kunnen, dus we gaan naar de winkelstraat. We gaan een winkel in en ik zie muziekboeken. Ik loop erheen en pak een boek. Het staat vol met Disney-liedjes. 'Lalima! Kom eens!' roept Joost. Ik loop naar Joost toe en hij doet een pet op mijn hoofd. 'Prachtig.' zegt hij lachend. Lachend lopen ik en Joost naar de kassa en we rekenen af. Ik heb een nieuw muziekboek!

Verder gaan we in allemaal attracties. Het is voor mijn eerste keer, dus ik ben bang. Volgens mij krijg ik een paniekaanval. 'Ronald.' fluister ik en Ronald kijkt me aan. 'Wat is er?' vraagt hij. 'Ik durf dit niet.' fluister ik. 'Dat is niet erg. Zullen wij dan buiten wachten?' vraagt hij. Ik knik haast onzichtbaar en ik en Ronald lopen de attractie uit. Ik kijk zenuwachtig om me heen. Ik voel een hand op mijn schouder. Ronald kijkt me aan. 'Het komt goed.' zegt Ronald en hij geeft me een knuffel.

Ik voel een traan over mijn wang. Ik begin te trillen. Ik staar naar de grond. 'Gaat het goed?' vraagt Ronald. Ik knik en glimlach. Ze mogen niet zien dat het niet goed gaat.

Adopted?!Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu