|10| De waarheid

287 25 6
                                    

'Klootzak,' siste ik tussen mijn tanden door.

Ik klemde mijn kaken op elkaar.

Hij keek met vurige ogen terug.

Een brandend gevoel verspreidde zich over mijn wang.

Hij had me geslagen.

Mijn hoofd, die naar links schoot van de klap, draaide ik terug naar hem toe.

'Jij! Je bent een lafaard!' krijste ik in zijn walgelijke gezicht.

Zijn groene ogen werden donkerder.

Hij verstevigde de grip op mijn haar.

'Hoe durf je zo'n toon tegen mij aan te slaan? Ondankbaar wicht!' schreeuwde hij, rood van woede.

Nog nooit, heb ik iemand zo vuil aangekeken als mijn vader.

Nóóit.

'Egoïstische zak!' riep ik terwijl ik de pluk haar, waar zijn vingers zich in hadden gevlochten, probeerde te bevrijden.

'Jaren lang leef ik bij je, en elke dag word ik geconfronteerd met het feit dat míjn vader me als een dier behandelt!' sprak ik luid.

'Denk je dat ik voor altijd onderdanig zal blijven, terwijl jij je dronken zuipt? Je kunt niet eens voor één kind zorgen, laat staan nóg een met die slet van je!' Ik wist dat ik te ver ging, maar ik moest mijn frustraties kwijt.

Nog een klap.

Mijn wang gloeide en ik keek meteen weer in zijn brandende ogen.

Hij verslapte voor even zijn greep.

Maar bleef me dodelijk aankijken.

'Houd je mond, mierda,' vloekte hij hard.

Ik trok spottend mijn wenkbrauw op.

'Ik, pardon, ík moet mijn mond houden?' tierde ik, mijn stem kraakte en daar vervloekte ik mezelf voor.

'Hoe lang heb ik mijn mond gehouden? Hoe. Lang. Keek ik toe hoe jij me afranselde tot een hoopje zieligheid? Die tijden zijn voorbij. Ik leef nog liever op straat dan bij jou,' Bam. Die raakte.

Hij liet per direct mijn haar los en keek me aan alsof ik afval was.

'Pak je spullen maar. Toe maar. Ik heb niets te verliezen,' zei hij kil.

Ik slikte.

Had ik mijn mond voorbij gepraat?

Misschien.

Was ik daar opgelucht over?

Misschie- Oké ja.

Ik liep naar boven en begon mijn kleren in te pakken.

Woest ritste ik mijn koffer dicht, niet wetend wat ik hierna ging doen.

'Sadistische klóótzak,' mompelde ik laaiend.

Voor als het je nog niet duidelijk was, ik had mijn vader nooit op zo'n manier tegengesproken.

Ik had de ballen niet.

Nou ja, nu ook niet maar je weet vast wat ik bedoel.

Stop maar Safyah, je maakt het alleen maar erger.

Right.

Toen ik me omdraaide schrok ik me dood.

Rania keek me met een lege blik aan.

Ik greep mijn koffer stevig vast en liep, zonder haar een blik te gunnen, naar de voordeur.

Ik was bewust van het feit dat ik haar slet genoemd had, in haar bijzijn.

Toen ik net wilde vertrekken hoorde ik mijn vader's stem vanuit de keuken.

'Wil je iets grappigs horen?'

Ik bleef even stil staan.

Wachtend op wat hij te zeggen had.

'Je bent mijn dochter niet, nooit geweest,' sprak hij kalm.

Ik versteende.

Ik liep naar de keuken en bleef in de deurpost staan.

Mijn vader keek niet op of om.

Hij vertelde verder, en ik luisterde.

'Je moeder ging vreemd, vlak voor we trouwden,' Dat leverde me bijna een hartstilstand op.

Mijn moeder? Vreemdgaan?

'H-hoe? W-wat?' vroeg ik verward.

Hij zuchtte en klemde zijn kaken op elkaar.

'Ze bleek iemand anders stiekem leuk te vinden. Ik voelde me gekwetst, oprecht. Ik vergaf haar, ik hield te veel van haar,' hij hield het keukenblad steviger vast.

'Later bleek ze zwanger te zijn,' Al het bloed trok uit mijn gezicht.

Ik voelde mijn benen trillen.

Dit kon niet waar zijn.

'S-stop, je liegt,' prevelde ik zacht.

Hij schonk geen aandacht aan mijn woorden en praatte verder.

'Na jou geboorte ging alles moeizamer. Je moeder was constant bezig met je en leek geen aandacht meer voor mij te hebben. Je stal mijn geliefde,' Hij ramde met zijn vuist tegen de muur.

Ik deinsde geschrokken achteruit.

Mijn sneakers maakten een piep geluidje.

'Toen je 3 was, werd ze doodgeschoten. Ik herinner me nog dat ik je spelend rond haar vond, terwijl zij het uitkermde van de pijn. Ze vroeg me een ding te doen, voor jou zorgen,' Hij lachte cynisch.

Dan keek hij me aan, met in zijn ogen pure haat.

Ik schrok van de hoeveelheid afschuw die ik zag.

'Nu je eindelijk de waarheid weet over je geliefde moeder-' Hij snoof. '-kun je vertrekken. Ik zie geen reden in waarom ik je nog langer onder mijn dak hoef te houden,' hierbij wees hij naar de deur.

Ik sloeg mijn ogen neer.

Strompelend naar de voordeur bedacht ik me plots iets.

'Wie is mijn echte vader dan?' vroeg ik hem.

Hij snoof, opnieuw.

'Dat is niet aan mij om te vertellen,' Na deze woorden te hebben uitgesproken, liep hij weg.

Ik zuchtte sidderend uit.

Mijn hele leven was een leugen?

Ge-wel-dig.

•Deel 10•

Abused. | SafyahWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu