H12 | Een oude bekende

158 21 1
                                    

Ik herkende de stem van Kyné maar al te goed. Ze klonk bezorgd, alsof ze een idee had wat er allemaal speelde. 
'Het gaat prima met me Kyné, wat is er aan de hand?' Ik keek naar Castiel, hij wist wie Kyné was. Maar al te goed. 
'Je brief? Je hebt een brief gestuurd waarin staat dat je ouders je willen ontvoeren!? Ik heb hem net 10 minuten geleden binnen gekregen?' 
Ze haalde opgelucht adem na mijn stem gehoord te hebben. 
'Dus vertel me alles! Ben je ontvoerd? Waarom? Waar ben je? Er is niets aan de hand toch?' Een lijst vol met vragen werd op me afgevuurd en ik stond even perplext van de snelheid waarin ze deze op me afvuurde. Castiel stond mee te luisteren, want hij begon te grinniken na het zien van mijn verbaasde kop. 
'Ik was ontvoerd ja. Waarom? Een lang verhaal dat ik niet kort kan maken. Ik ben...geen idee-' ik keek even naar Castiel voor antwoord, maar hij gaf het niet -'en er is niets aan de hand. Ik ben nog, bijna, helemaal heel. Pijn aan mijn enkel, that's all.' 
'Ik heb alle tijd van de wereld om het te horen. En hoe kun je niet weten waar je bent?' 
'Bewustzijn verliezen en dan wakker worden op een andere plek.'
'Ah....' 
Ik wilde antwoorden maar Castiel weerhield me ervan. 'Je moet je verhaal met Kyné afkappen, ze weet wat er aan de hand is, we hebben hier geen tijd voor.' Ik keek even verbaast naar Castiel. 
'Ze weet wat er aan de hand is? Hoe bedoel je dat?' Hij keek betrapt weg. 
'Gewoon, je was ontvoerd maar er is niets aan de hand.'
 Ik slikte en knikte. Kyné, ik bel je een andere keer terug, ik he....
'Vertel Castiel dat ie zijn mond maar even moet houden.'
'Hoe....hoe weet je dat Castiel bij me is? Dat heb ik je niet verteld...' Het bleef stil aan de andere kant van de lijn. Kyné kon niet weten dat Castiel bij me was, toch? Ik wilde Castiel aankijken, maar hij keek verwijtend de andere kant op. 'Haar schuld' mompelde hij als een klein kind.
'Wat is hier aan de hand?' Beval ik. Ik had het niet tegen Kyné, maar ook tegen Castiel. 
Kyné besloot het maar te vertellen. 

'Nou, het zit zo. Ik..ik eh, wist al langer af van de problemen met je ouders. Cas, hij, het was op school. Ik wist al snel dat hij een demon is, aangezien ik...ook...geen mens ben. Hij vertelde me waarom hij hier is, na heel wat pogingen om hem te laten praten aangezien hij niet snel mensen vertrouwd. Ik help hem en Xander en Raphael, al een tijdje. Dus ik wist wat er gaande was met jou, je ouders.' Het kwam als een complete schok. Kyné wist wat ik was, of niet helemaal was, maar weer kon worden. Ze wist al die tijd al over Castiel, over wat hij was. Wie hij was en wat hij hier deed. En ze had het nooit verteld. Ik voelde me verraden. Castiel was dan niet veel beter. Hij had ook niets verteld. Ze waren beide even schuldig, niet? 
‘Dus, geen mens. Wat ben je dan ben?’ Mijn toon was veranderd. De toon waarop ik sprak was niet meer de toon van de nieuwsgierige puber die alles wilde weten, maar van een achterbakse trut die iedereens geheimen wilde weten. Om ze zo door te spelen. Het was niet hoe ik wilde dat ik klonk. Kyné was verast door de toon die ik tegen haar aansloeg, maar probeerde het niet te laten blijken.
‘Zeemeermin..’ mompelde ze, de spijt was te horen in haar zwak bevende stem. Ik zuchtte en liet mezelf tegen de muur naar beneden zakken. Mijn beste vriendin bleek een zeemeermin te zijn. Niet dat er iets mis mee was, het verbaasde me gewoon heel erg. 
'Goed, je hebt mijn aandacht. Wat wilde je me nog meer vertellen?'
'Ik had een visioen, die dingen heb ik nu en dan, een van jou, Gerda en Castiel. Ze is iets van plan Dacy, iets dat niet goed gaat aflopen voor jullie alle twee. Ik zie duisternis, verlies. Je moet haar niet gaan opzoeken, want dat zal je afgang worden. Alsjeblieft Dacy, doe het niet.' Maar ze wist dat ik het wel zou doen. Die verdomde nieuwsgierigheid ook altijd.
'Wees in ieder geval voorzichtig, oké?' 
'Oké, is goed. Ik zal je morgen bellen als ik haar gezien heb.' Kyné keurde dat voorstel goed en we namen afscheid. Ik stopte mijn mobiel weg en keek naar Castiel, die nog altijd naar alles behalve mij keek. 

'Xander en Raphael komen eraan' zei hij net voordat ik iets kon zeggen tegen hem. Hij draaide zich helemaal weg van mij en keek nu naar een van de, niet verwoestte, deuren in de gang die met een zwaai open ging. Raphael kwam als eerste eruit lopen en toen hij ons zag, begon hij opgelucht te rennen! 
'We leven nog allemaal!' Hij maakte een vreugdesprongetje en keek toen achterom naar Xander, die enkele seconden later de deur uit kwam lopen.
'Laten we even meteen ter zake komen,' zei hij toen hij tegenover Castiel halt hield 'we zijn opgeroepen. De koning wilt haar zien, morgen.'

- De koning als in de vader, de echte vader van Daciëlle! Maar eerst komt natuurlijk het gesprek met Gerda nog! Haar kant van het verhaal. En wat is het plan toch? Dat in werking word gezet wanneer Dacy een fee word? 

Vind je het leuk? Tips zijn natuurlijk altijd welkom. En het sterknopje indrukken ook!-

On kings road (On-hold)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu