"Finn, what the-... Hoezo..? Hoe kan je een hele alfa kwijgeraken?!" Bombardeerde Anne Finn het moment dat ik de deur voor hem opende. Hij viel bijna naar achter, maar kon zijn balans terug vinden voor hij van de buitentrap af kon donderen. Anne had al enkele minuten haar hoofd proberen draaien rond alles wat ik haar had verteld over gisteren en ze was duidelijk nog niet klaar wanneer de oorzaak van alles zijn gezicht kwam laten zien. "Oh tof, Anne, om je nog eens terug te zien!" Zei hij vol ironie terwijl hij zo snel mogelijk veiligheid zocht van de hoge treden binnenshuis. Hij had nog steeds de kleding aan van gisteren, enkel waren ze droger als bij onze vorige interactie. Hoe hij dat klaar had gespeeld, was nog een groter mysterie dan Rianne's bezoek gisteren. Wanneer ik de deur achter hem sloot, zuchtte Ann diep. "Heb je al iets opgevangen van hem?" Finn schudde zijn hoofd en beet op zijn lip, wetend dat dit geen goed nieuws is. "Gast, gebruik je neus, ruik aan bomen, het maakt me geen scheet uit; hij moet gevonden worden," ze kon niet stil blijven staan terwijl ze deze woorden buiten speelde. "Ik weet het, shush, ik heb die lezing ook al van onze tweede in commando gehad, dankjewel," antwoordde hij en haalde een hand door zijn haar.
Onbewust fronstte ik, er zat een gat in deze puzzel. "Niet dat ik hem niet wil vinden, maar waarom is er zo een hoge nood bij?" Vroeg ik en Annes ogen straalden een lichte flits van paniek uit. "Uhm," begon ze en schoot haar blik naar Finn, die zijn handen direct in de lucht stak. "Jouw probleem, niet de mijne," zei hij aan lichtsnelheid en schoot het deurkader van de woonkamer, de plek waar hij gisteren het nieuws aan me had gebroken, in. Ik zag Anne hem vervloeken met haar ogen, maar keek dan terug naar mij. "Kijk, het is echt enorm ingewikkeld, maar wij gaan niet de enige zijn die op zoek zijn naar hem... we moeten gewoon zorgen dat wij hun voor zijn," bezorgd staarde ik haar aan terwijl ik een lok haar uit mijn gezicht draaide. "Wie dan? Anne, je maakt me bang," ze nam mijn schouders vast en schudde haar hoofd.
"Jane,-"
"Nee, dit moet ik weten,"
Mijn stem verhief zich tot een niveau dat ik niet eigen was; luider en sterker zonder die intentie er achter te steken. Anne zette een stap achteruit en Finn deed op een hoog tempo terug zijn intrede in de gang. Ik sloeg mijn handen voor mijn mond," oh, sorry Anne, dat bedoelde ik niet zo." Anne schudde haar hoofd, maar niet op de gekwetste manier die ik verwacht had. "Hij is in de buurt," zei Finn en Anne knikte terwijl ze een glimlach met hem deelde. "Wacht-.. huh? Hoe in de wereld weten jullie..- iemand vul mij aan, ik heb geen woorden," Anne schonk me een rustgevende knuffel en nam me onder de arm. "Kijk, ik denk dat we best multitasken, nu vertrekken en dan leggen we je de rest onderweg wel uit," begon ze," Jane en ik zullen mijn auto nemen en hier in de buurt rondrijden, Finn, jij kan best in de bossen hierrond gaan zoeken in 'vorm". Finn schudde direct zijn hoofd, "nuh-uh, ik ga niet dezelfde fout als hem begaan, mijn poten blijven lekker binnenin," zei hij snel en Anne rolde haar ogen. "Wat voor een kleutergedoe-... Finn, ze staan hier niet klaar om je neer te schieten, ballen intrekken en transformeren," dat was een woordvolgorde die ik nooit had verwacht te horen. Finn trok zijn schouders oncomfortabel op:" ik heb maar 1 set kleding bij, oke?". Anne zuchtte diep, mijn blik ping-pongde tussen hun twee," ben je net gebeten? Heb je je hoofd in een emmer gestoken toen je de weerwolf 101 kreeg?" Hij schudde zijn hoofd heftiger," meid, ik ga me niet uitkled-," ik onderbrak hem.
"Mensen!" Riep ik om tussen te komen, waarna ik snel mijn woordkeuze beoordeelde -net als Finn met zijn persoonlijk aangevallen blik- en mezelf opvolgde,"Ik ken de bossen hierrond toch al sinds ik klein ben, ik vind het niet erg om daar eerst te gaan kijken." De twee keken elkaar even verwerkend aan. "Dan ga ik met je mee, dan kan Finn de omgeving afrijden," zei Anne en hij knikte.
"Rijd je niet verloren he, maat; 1 verloren hond is genoeg voor vandaag," hoorde ik Ann snel nog buitengooien terwijl Finn zijn deur opende. Hij grinnikte humorloos en stapte in, waarna zij zich terug tot mij keerde. "Mijn hond zou deze situatie beter aanpakken als hem, en hij heeft de hersencapaciteit van een druif," was haar laatste inbreng voor we onze weg startte.
Het einde van mijn straat werd praktisch opgeslokt door bos; overgroeid en ongecontroleerd. Ondanks elk tak en blad op elkaar leek, wist ik me er al door te banen van wanneer ik nog maar juist kon stappen. De omgeving bracht me meestal rust, maar nu wetende dat we een zoektocht tegen de tijd voort aan het zetten waren, dat gooide een kalme boswandeling direct van tafel.
"Wat bedoelde je nu daarnet allemaal?" Vroeg ik terwijl we nog maar net onze eerste stap van asvalt naar modderige bosgrond zetten. Anne keek even omhoog alsof ze woorden lag te zoeken ergens hoog in de wolken. "Wel..- kijk," ze had deze duidelijk niet gevonden. "Anne, er zijn al een hoop onverklaarbaar vreemde dingen gebeurt in de laaste 24 uur, ik denk dat ik dit er zeker nog kan bijnemen zonder dat het in de top 5 komt," haar mondhoeken schoten even omhoog terwijl ze haar ogen enkele secondes neergeslagen hield. "Try me," mompelde ze voor ze opkeek en begon. "Kijk, ik weet van weerwolven af op een andere manier als jou; ik ben er eigenlijk mee opgegroeid," ik snakte overdreven naar adem. "Oh my god, Bebas is een weerwolf," ik zag haar me vervloeken voor de ene helft van een seconde, maar meelachen met de andere. "Ja, weer—Wolven— komen in alle designer hondenrassen die de Bourgousie fokte voor plezier," haar toon was sarcastisch, maar in haar hoofd begon ze het idee wel te overdenken.
"Nee, in mijn familie zijn er nog een paar, al maakt dat niet zoveel uit; of toch wel een beetje," ik fronste lichtjes terwijl ik een eerder brede, gedurfde stap zette over een wortel. "Is er een manier dat ik dit uit de — niet rond de pot gedraaide — lepel kan krijgen?" Ze keek even vreemd naar me, alsof ze me niet herkende. Dit lichtte ze ook toe:" man, ik heb je al zolang niet meer levendig gezien, laat staan spraakzaam." Ik wendde mijn blik af, gelijk had ze over heel de lijn. Wetend dat ze zichzelf terug van het onderwerp had gestuurd en het mij ook was opgevallen, vervolgde ze zichzelf. "Het belangrijkste dat je moet weten dat veel van mijn familie weerwolven waren, eigenlijk net als veel mensen die hier nog wonen; dit is technisch gezien niemandsland, maar vroeger was het wel in bezit van een roedel," ik fronste mijn wenkbrauwen terwijl mijn ogen de omgeving afdwaalde. "Er is vanalles gebeurd, ik heb zelfs vaak niet de volledige verhalen gekregen, eigenlijk. Maar het komt erop neer dat een groot deel van de wolven die hier vroeger woonden en hun bovennatuurlijke leventjes leidden, hier nu verblijven als mensen op land dat niet meer tot die wereld behoord, maar toch nog beschermt wordt alsof deze daar wel nog belang heeft," ze keek even naar me, wetende dat ik enkele secondes moest malen over wat ze net had gezegd. "Maar niemandsland betekend toch normaal dat iedereen erop mag komen, toch? Of heb ik nog meer lessen in weerwolfologie nodig om dat dialect te begrijpen?" Ze grinnikte even. "Lycanthropie en ja, je bent correct," sprak ze terwijl ze een tak moest weerhouden van haar in haar gezicht te slaan," maar omdat hier dus vroeger een roedel leefde en desondanks deze uit elkaar is gevallen, zijn degene die zijn gebleven, wel erg, territoriaal tegenover bezoekende gedaantewisselaars."
Mijn cent leek te vallen," daarom dat Finn niet wilde transformeren." Ze knikte en trok even haar wenkbrauwen op terwijl ze naar haar de tippen van haar schoenen keek.
"Jah, want als hij dat in een net te publiek oog zou doen, is er een grote kans dat mijn vader een kogel door zijn ribben jast; misschien zelfs tussen zijn ogen als hij medelijden heeft."
"Toffe vader,"
"Waarom denk je dat hij bij de Federale Overheidsdienst werkt?"
Ik stopte in mijn pas doen de realisatie me in mijn gezicht sloeg als een handschoen in een schermduel. "Wacht, dat staat dus ook Max te wachten?" Met wat tegenzin knikte ze nu stilstaand met haar hoofd nog steeds rond ons kijkende. "Daarom dat wij hem eerst moeten vinden, of hij jou," de laatste woorden gaven me een warm gevoel, iets wat ik zo snel mogelijk in de achtergrond wilde duwen. Terwijl we terug het tempo opnamen, kwam nog maar één vraag naar boven.
"Waarom was je Finn dan zo aan het aanmoedigen om te transformeren?" Ze grinnikte vrijwel direct. "Ah, omdat met dat hij de situatie kent, in tegenoverstelling tot Max, en meer als 1 breincel heeft om geen domme fouten te maken en uit de buurt te blijven van mijn familie of zelfs enige vorm van beschaving," mompelde ze en stak haar handen in haar zakken," en meeste weerwolven zijn wel sneller als kogels, hoor."
"Ben je zeker dat Finn dat ook is?" Haar glimlach groeide breder, "dat wilde ik graag te weten komen."
—
Hey hey hey!Dit is meer een tussenhoofdstuk, maar die heb je ook nodig, hé mannekes
Geen idee of iemand dit nog leest lmao
Geniet ervan
Don't fail this day,
Staywtithspeedy
JE LEEST
Meisjes van Antwerpen
Lupi mannari"Alle keuzes worden gemaakt zonder te weten waar ze eindigen," ☾ 𝐌𝐮𝐬𝐭 𝐛𝐞 𝐜𝐢𝐭𝐲 𝐥𝐨𝐯𝐞 - 𝑏𝑜𝑒𝑘 𝟸 Vervolg op 'Wolven van Parijs' Het is moeilijk om aan een menselijke leefomgeving uit te leggen dat je je bovennatuurlijk zielsverwant h...