15. Weer een nieuweling.

1.4K 82 6
                                    

Ik kijk haar verbaasd aan. Ze heeft tranen in haar kleine oogjes. Ik strijk de tranen weg en geef haar een knuffel. Mijn keel begint erger te branden en ik hap naar adem.

'Mam?' zegt ze bezorgd. Ik kijk haar glimlachend aan. Dan merk ik pas dat de pijn in mijn keel door Renesmee komt.

'Wil je je vader en Jasper hier naartoe sturen? Ik moet hen praten. Doe Carlisle ook maar.' voegde ik eraan toe. Renesmee knikte gaf me een kusje en ik sidderde er door. Ik keek naar mijn pols en daar hing het armbandje met de vleugels aan. Ik voelde de ketting in mijn nek drukken. Renesmee liep de kamer uit. 

Gelijk schoof ik tegen de muur aan en sloeg mijn armen om mijn benen. Ik moest voorkomen dat ik iets stoms deed. Binnen een paar seconden staan de andere in de kamer. Jasper kijkt me geschrokken aan.

'Help me,' fluister ik tegen hem. Ik sluit mijn ogen en even later voel ik een paar armen om me heen. Door de tintelingen weet ik zeker dat het Edward is.

'Het spijt me zo,' snik ik tegen zijn borst. Hij laat me uitsnikken en mompelt af en toe wat kalmerends. Na een paar minuten overwint de dorst al mijn gedachten.  

'Bella wat is er aan de hand met je?' vraagt Jasper gespannen.

'Ik moet overnieuw beginnen.' leg ik uit.

'Meer uitleg.' zegt Carlisle terwijl hij op het bed gaat zitten.

'Ik kwam in Volterra of zo en toen zag ik Alec die helemaal niet Alec was maar één of ander Mark.' ik stopte toen ik besefte dat mijn verhaal klonk alsof er geestelijk  iets mis was.

'Er waren drie mensen. Sophie die eigelijk een beetje Aro is. Nick die eigenlijk Caius is en Alex die eigelijk Marcus is. Ze zeiden dat ik naar de hemel kon gaan. Ik kon kiezen om als mens terug te gaan en jullie te vergeten of als vampier maar dan zou ik weer overnieuw moeten beginnen.' leg ik snel uit. Ik grijp naar mijn keel. Zo pijnlijk.

'De eerste keer was het helemaal niet zo erg.' kreun ik terwijl ik tegen Edward aanval.

'Je lijkt nu wel normaal nieuwelinge gedrag te vertonen.' grinnikt Edward. Ik grom gelijk naar hem.

'Zullen we dan maar gaan jagen?' vraagt hij. Ik knik en hij trekt me het huis uit. Ik zie de andere ons verbaasd na kijken en de ogen van Mark, Elizabeth en Matthias bezorgd naar mijn conditie. Ik was in een vreselijk conditie.

'Tijd voor me allereerst jacht eigenlijk.' mompel ik.

'Ja.' zegt hij en we rennen de bossen in.

Family (Twilight)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu