Hoofdstuk 2

318 16 10
                                    

De volgende dag is het een dood normale dag. Het is weekend dus kan ik langer in bed blijven liggen. Na een tijdje sta in toch op en kleed me om. Als ik naar beneden loop zit iedereen al aan tafel. 'Goeiemorgen.' Zeg ik. 'Goeiemorgen.' Zeggen ze terug. Ik geef violetta een kus op haar voorhoofd en ga naast haar zitten. Olga komt met het ontbijt en we beginnen te eten. Na het eten wilt Herman naar zijn kantoor gaan maar violetta houd hem tegen. 'Ga je nu echt werken?' Vraagt ze. Herman knikt. 'Kunnen we niet naar het strand gaan? Het is weekend en het is mooi weer.' Zegt violetta. 'Lijkt me leuk.' Zeg ik. Ik zie dat Herman even twijfelt maar dan zegt hij uiteindelijk toch ja. Ik loop naar boven en doe mijn bikini al aan. En daarover trek ik mijn gewone kleren. Ik loop terug naar beneden en Herman is ook al klaar. Ik ga naast hem op de bank zitten. 'Ik ben blij dat je meegaat' zeg ik. 'Voor violetta.' Zeg ik er snel achter. Herman glimlacht. Violetta komt de trap af en als iedereen klaar is. Vertrekken we.

~~bij het strand~~

We komen aan bij het strand. Violetta kiest een plekje om te gaan liggen. Er zijn niet zoveel mensen. We leggen onze spullen neer en ik ga op mijn handdoek zitten. 'Ga je mee in het water?' Vraagt violetta aan mij. 'Sebiet.' Zeg ik. 'Ik ga wel mee.' Zegt Herman. Ze kleden hun uit en daaronder hadden ze hun zwemkleren aan ze lopen naar het water en springen erin. Ik kleed me ook uit en zon wat. Olga en roberto zijn ook mee. Na enkele minuten staat er iemand in mijn zon ik kijk op en zie Herman staan. 'Je staat in mijn zon.' Zeg ik. Herman zegt niks en tilt me op. 'Wat doe je?' Vraag ik. 'Zal je wel zien.' Zegt hij. Hij heeft me vast in bruidsstijl. Ik hoor violetta lachen. Herman loopt naar het water. 'Nee Herman laat me los.' Zeg ik. En pak zijn nek vast. Nu moet violetta nog harder lachen. We komen aan en violetta roept 'laat haar in het water vallen.' 'Nee Herman....!' Maar voor ik mijn zin kan afmaken lig ik al in het water. Als ik boven kom staan Herman en violetta te lachen. 'Erg grappig hoor.' Zeg ik. Nu begin ik ook te lachen. 'Zullen we met de bal spelen?' Vraagt violetta. We knikken. We spelen even met de bal en dan wanneer ik de bal heb komt Herman achter me aan. Ik ren zo hard ik kan weg. Ik loop naar het zand we lopen een lange tijd maar dan voel ik zijn arme om me. We verliezen ons evenwicht en net wanneer ik bijna op de grond lig draai ik om zodat Herman op me valt en ik in zijn ogen kan kijken. Onze hoofden komen steeds dichter en dichter. Maar dan horen we ineens 'pap! Angie! Waar zijn jullie.' Herman staat op en helpt mij ook recht. 'We zijn hier vio.' Roep ik terug. We lopen naar haar toe. 'Wat is dat?' Vraagt violetta ineens en wijst naar mijn zij. Herman kijkt ook en schrikt. Ik kijk ernaar. Oh hoe had ik het kunnen vergeten het is een litteken van papa. Hij sloeg me soms echt hard. Hij gooide me soms zelf tegen de muur en ik kreeg zweep slagen. 'Oh dat euh dat is gewoon een litteken van tegen de kast te lopen.' Zeg ik snel. Ik zie dat ze me niet echt geloven maar ze gaan er niet op in. 'Zullen we terug het water in gaan?' Vraag ik 'ja.' Zegt violetta. We lopen naar het water en gaan erin. Na een tijdje gaan we uit het water. Herman ligt naast me met zijn handdoek. Ik ga liggen en dat doen Herman en violetta ook. Na een uur ofzo ben ik opgedroogd. Ik ga terug recht zitten en in de verte zie ik iemand bekent maar ik weet niet wie. De persoon komt steeds dichter en dichter dan herken ik hem...........papa?! Ik schrik. Herman komt recht en vraagt wat er is. Ik kijk terug naar de plek waar papa stond maar hij is weg. 'Angie!' Zegt Herman. 'Euh wat?' Vraag ik. 'Wat is er?' Vraagt Herman opnieuw. 'Oh euh niks moet er dan iets zijn?' Zeg ik 'nee maar je ziet ineens zo bleek.' Zegt hij. 'A oke. Maar alles gaat goed.' Zeg ik. Herman gaat terug liggen. Hoe kan dat ? Papa is toch dood? Het was vast maar een illusie. Ik ga ook terug liggen. Na een half uur. Besluiten we om naar huis te gaan. Als we thuis komen ga ik naar boven. We waren onderweg iets gaan eten. Ik laat me op het bed vallen en barst in tranen uit. Waarom is mijn leven zo verlopen? Zou het papa zijn geweest op het strand , nee dat kan niet hij is dood, toch? En dan ook nog Herman. Het schold niks of ik had hem gekust. Waarom is mijn leven zo moeilijk. Ik zucht en val langzaam in slaap.

'Hey lieve Angie!' Hoor ik een mannelijk stem zeggen. Ik kijk op en zie. 'Papa?!' Zeg ik bang. 'Dat heb je goed gezien.' Zegt hij. En komt dichter naar me toe. Ik doe een stap achter uit. 'Wat doe je hier? Je was toch dood?' Zeg ik nog steeds bang. Hij lacht gemeen 'dat hadden ze gewild maar nee mijn lieve Angela. Ik ben er nog steeds. Dus je weet wat er je te wachten staat.' Zeg hij. 'Nee!' Roep ik. Maar hij komt steeds dichter en dichter. Hij rukt met één hand mijn t-shirt uit en met zijn andere hand pakt hij een zweep. Hij duwt me op bed en trekt mijn broek uit. Hij kleed zich uit en doe dan mijn bh en onderbroek uit. 'Je bent nog steeds even mooi als vroeger.' Zegt hij met een gemene lach. Hij slaagt me met zijn zweep. Dan komt hij op me liggen. Hij komt in me en eruit. 'Werk je niet mee?' Zegt hij dan. Hij gaat recht op zitten. Hij slaagt me nog eens met zijn zweep. 'Ik zal maar mee doen als ik van jou was.' Zegt hij. Hij komt terug op me liggen en kust mijn nek. Waarom doe hij zo iets. Hij komt terug in me en eruit.

Herman POV

Als we thuis komen gaat Angie meteen naar boven. Ik had haar bijna gekust. Ik loop naar de keuken en pak wat drinken. Na een tijdje ga ik ook slapen. Als ik mijn kamer in wil gaan hoor ik Angie roepen. Ik loop naar haar kamer en ze roept en zweet helemaal. 'Nee!!' Roept ze. Ik loop naar haar toe en probeer haar wakker te maken. 'Angie! Word wakker het is maar een droom.' Zeg ik. Ik pak haar vast. Langzaam word ze wakker. Ze schrikt als ze me ziet. 'Was het maar een droom?' Vraagt ze. Ik knik. Er komt een glimlach op haar gezicht. Waarom dat weet ik niet. Ik wil opstaan en naar mijn kamer lopen maar Angie houd me tegen. 'Blijf alstublieft hier.' Zegt ze. Ik denk even na. En kruip dan uiteindelijk naast haar. Ze komt dicht bij me liggen. 'Het komt goed.' Zeg in en ze valt langzaam in slaap. Ze heeft al vaker nachtmerries gehad maar ik durf nooit te vragen overwat. Ik sla mijn arme om haar heen en val ook langzaam in slaap.

Is het wel een leuk boek?

Bang zijn voor het verledenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu