11 - "Aarde contact Matthyas?"

753 31 1
                                    

"Dat was ook zo prachtig" Lach ik terwijl ik mijn glas terug op het plastic tafeltje zet. "Als hij nou gewoon had gezegd dat hij weg moest, hadden we niet een uur na hoeven te komen" Ik knik. "Klopt, maar gelukkig lulde jij ons eruit" Zeg ik dan. Milo knikt op zijn beurt.
Ik zucht vredig uit. Vrijdag avond, rond 12en, in de kantine van mijn voetbalclub en al een paar biertjes achterover.... perfecte avond. Ik kijk rond me heen en merk dan op dat letterlijk iedereen behalve ik en Milo hier nog zitten. Zelfs de jongens die hier normaal zowat blijven slapen zijn al naar huis.
"We zijn hier nog alleen, hm?" Vraag Milo nog half lachend. "Blijkbaar" antwoord ik schouder ophalend. "In dat geval; wil je nog een biertje?" Ik haal mijn wenkbrauwen op en glimlach. "Zou lekker zijn, ja" Zeg ik dan. Milo staat op en pakt ook de lege bierflesjes op waarna hij zich richting de bar beweegt. Ik heb eigenlijk helemaal geen zin om hier alleen te zitten, en hoe dichter bij bier hoe beter. Met die gedachte loop ik achter hem aan. De bar is een paar meter het hoekje om, dus als ik opsta is hij ondertussen het hoekje al om gelopen.
Als ik ook het hoekje omloop zie ik hoe hij de flesjes op het houten blad zet en zich dan naar me omdraait. "Kan ook geen seconde alleen zijn jij he?" Lacht hij zacht. Ik grinnik en schudt mijn hoofd. "Nee, klopt" Ik loop naar de plek waar hij zojuist het bier op heeft gezet en zet mijn handen ernaast. Op die manier ondersteun ik mezelf terwijl ik op de bar ga zitten. Mijn enkels kruis ik over elkaar heen en wieg ze een beetje heen en weer.
Mijn ogen staan gefixeerd op zijn lichaam als hij zich omdraait naar de koelkast en daar twee nieuwe groene flesjes uithaalt. Ook die flesjes zet hij op het blad neer, maar dit keer aan de andere kant van mij.

Maar wat ik ook probeer, mijn ogen krijg ik niet meer van hem af. Ik voel me zo vreselijk schuldig over wat ik op dit moment voor gedachtes heb. Ik hoor die niet te hebben, niet bij hem. Maar toch heb ik ze. En ik krijg ze maar niet uit mijn hoofd. Hij is gewoon zo fucking leuk. Zo fucking lief en zo fucking mooi... "Hallo, aarde contact Matthyas?" Milo legt zijn handen op mijn bovenbenen en schuift ze wat uit elkaar waardoor mijn enkels van elkaar af glijden. Één hand zwaait hij voor mijn gezicht waardoor ik een paar keer knipper en mijn focus er weer bij krijg. "Waar was jij over na aan het denken dan?" Grinnikt hij. Mijn ogen staren naar zijn lippen, waardoor ik in mijn ooghoek zie dat hij me een beetje verbaasd aankijkt. "Matthyas, wat doe j-" Zonder nog maar een keer na te denken beweeg ik mijn lippen naar die van hem en druk ik ze er zacht op. Tering wat voelt dit goed.
In eerste instantie zoent hij me niet terug, maar na een paar seconden bewegen onze lippen in hetzelfde ritme. Ik leg mijn hand op zijn schouder en glijd die vanaf daar door naar zijn nek waardoor ik hem dichterbij me kan trekken en zo niet mijn hoofd uit hoef te steken naar hem. Als zijn handen zich op mijn heupen hebben gelegd, duwt hij zichzelf uit het niets een stukje van mij af waardoor onze lippen niet meer verbonden zijn. "Matt ik-" Stamelt hij. "I-ik kan dit niet" Meteen frons ik mijn gezicht en schudt ik mijn hoofd. Hoezo 'ik kan dit niet'?

"Wij kunnen niet..." Hij maakt geen oogcontact en kijkt naar beneden. Ondanks dit heeft hij zijn handen nog op mijn lichaam en ik leg, om zijn aandacht te trekken, mijn eigen hand erop. Het werkt, en eindelijk kijkt hij mij aan. Zijn ogen zijn rood en het lijkt wel of hij op het punt van huilen staat. "Het spijt me, Matthyas. Maar dit kan niet..." Ik slik en kijk hem geshockeerd aan. Ik snap dat dit uit het niets kwam, en dat hij dit niet verwacht had... Maar om meteen zo'n conclusie te trekken is ook wel een beetje snel. Hij wilde het wel, anders zoende hij niet terug. Toch?
"H-hoezo kan dit niet? Natuurlijk kan het wel" Ik glimlach om hem over te halen en leg mijn hand weer in zijn nek. "Je wilde dit toch ook wel? Anders had je meteen weggetrokken, en dat deed je niet..." Er is een trilling in mijn stem te horen. "Ik wil dit ook... Ik wil dit te graag..." Nu kijk ik hem nog vreemder aan. In mijn ogen beginnen de tranen te prikken achter mijn ogen.
"Luister, ik wil dit. Ik wil jou. Maar dat gaat niet. Wij gaan niet, en zal ook nooit kunnen. Het spijt me oprecht, maar ik kan niet met jou zijn" Ik slik van zijn woorden en laat het even op me inwerken. "En ik... Ik denk dat het beter is als we elkaar niet meer zien"
Sorry? Elkaar niet meer zien? "Dat meende je niet" Snik ik, als laatste hoop. Hij kijkt weg van me maar schudt zijn hoofd. "Jawel" Hij snikt nu ook en kijkt met betraande ogen mij weer aan. Ongeloofwaardig draai ik mijn hoofd schuin en open mijn mond om wat te zeggen, maar uit het niets plant hij zijn lippen weer op die van mij.
Niet voor lang, want al snel trekt hij terug. "Ik wil het, maar ik kan het niet. Ik kan je niet leuk vinden maar je niet kunnen hebben zolang we nog vrienden zijn. Ik wil er niet constant aan herinnerd worden dat we wat hadden kunnen hebben maar ik nu heb gezegd dat ik het niet kan..." ik snap geen flikker van zijn verhaal, en hij haalt het verleden, heden, en toekomst allemaal door elkaar heen. Het irriteert me aangezien hij niet naar het verleden of de toekomst moet kijken. Alleen naar nu; naar of hij dit wil, of hij mij wil. Want ik kan hem één ding verzekeren: ik wil hem wel.

Weer als toen || Bankzitters Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu