hoofdstuk 17 🤍✨

158 3 0
                                        


We hebben een hapje en een drankje besteld in het restaurantje van het ziekenhuis. Ik probeer zoveel mogelijk niet aan Rosa te denken, en een beetje lol te hebben, maar mijn gedachtes gaan de hele tijd terug naar haar. Matthyas heeft het door. 'Hey, jongens. Ik ga nog een koffie halen, Lexi, ga je mee?' vraagt hij en ik kan niks anders dan volgen, terwijl iedereen weer verder praat.

We lopen naar de bar, die uit zicht van onze tafel is, en dan neemt hij me even apart. Hij wil natuurlijk niks bestellen, maar met mij praten. 'Hey, Lexi, ben je oké?' vraagt hij. Ik wil van alles schreeuwen, zeggen dat mijn beste vriendin misschien wel doodgaat, dan ik niet weet hoe ik verder zonder haar moet, maar in plaats daarvan zeg ik. 'Het gaat prima'.

'Ik ben niet dom, natuurlijk gaat het niet prima. Ik snap dat je verdrietig bent, en dat je moeite hebt met socializen met mensen die je niet eens kent. We kunnen ook een rustig plekje gaan zoeken, weg van de drukte, als je dat wilt.' stelt hij voor, maar ik schud mijn hoofd.

'Nee, het zorgt juist wel weer voor een beetje afleiding, dat kan ik wel goed gebruiken.' En dan breek ik ineens en komen de tranen weer. Ik verberg mijn gezicht in zijn shirt, dat nat is van de tranen. Voor de eerste keer kan ik hem goed ruiken. Een beetje lavendelachtige geur, met een beetje iets van appel. Het voelt vertrouwd. Zijn hand strijkt kalmerend over mijn onderrug.

'Het is oké, het is ook niet makkelijk. Huil maar zoveel je wil. Ik ga nergens heen' fluistert hij in mijn oor, en het zorgt ervoor dat ik me nog dichter tegen hem aantrek. Na een tijdje ben ik uitgehuild en kijk ik hem weer aan. 'Hoelaat ga je vanmiddag weg?' 'De vlucht vertrekt om 21.00, maar we moeten er nog heen rijden, en ik wil er wel op tijd zijn. Dus ik denk dat ik wel om 17.30 weg moet ongeveer. Daarom waren de boys hier ook, om me op te halen. Het spijt me.' zegt hij zachtjes en gelijk voel ik me weer verdrietig.

Ondanks dat ik hem nog niet zo lang kende, voel ik me echt vertrouwd met hem, en ik wil hem nog beter leren kennen. 'Kan-kan je echt niet langer blijven?' vraag ik terwijl de tranen weer komen. 'Nee sorry, het kan echt niet. Ik heb al gelijk weer opnames, ik moet weer aan het werk.' zegt hij. 'Kan je niet gewoon filmen in Amerika?' vraag ik en hij moet voorzichtig lachen. 'Nee sorry, zo werkt dat niet. Jij zou ook niet ineens nog een optreden hier kunnen geven toch? Maar ik wou wel dat het kon.'

Ik moet zuchten. 'Dan moeten we maar genieten van de tijd die we nog samen hebben.' en hij knikt. 'Wanneer kom je weer naar Nederland?' vraagt hij. 'Ik weet het niet. Ik heb echt een wisselende planning, en ik woon hier natuurlijk ook. Hangt ook van Rosa af, snap je? Hoe het met haar verder gaat. Maar zodra ik tijd heb, beloof ik dat ik kom vliegen naar Nederland, en dat ik je kom opzoeken' zeg ik. 'En anders kijk ik wel of ik nog een weekendje New York ergens kan doen, tussen alle afspraken door' stelt Matthy voor. 'Ik ga er alles aan doen, om jou nog een keer te zien.' zegt hij en voordat ik het weet, zijn onze lippen op elkaar geplant.

Ik weet even niet wat ik met de situatie moet doen, maar dan druk ik ook mijn lippen op de zijne, en voelt het alsof er niks anders op de wereld boeit, behalve ons tweetjes. Ik krijg gelijk kippenvel. Ik kan al onze emoties door onze zoen voelen, het voelt alsof we voor elkaar gemaakt zijn. Na een tijdje komen we weer los, en hij likt overdreven over zijn lippen. 'Mm, die is nog wel in voor een herhaling, of niet soms?' en ik moet lachen. 'Zeker mee eens.' 

'Zullen we weer terug naar de jongens en Senna, voordat ze zich zorgen gaan maken.' zegt hij en voorzichtig draai ik mijn hoofd om het hoekje. Ze zijn druk in een gesprek verwikkeld en Senna lijkt zich uitstekend te vermaken met Milo. 'Nou, die houden het nog wel eventjes vol zonder ons, hoor' zeg ik met een knipoog en we belanden weer in een zoen.


Als we weer terug om het hoekje komen, zie ik dat Koen naar de bar is gelopen om nog meer drankjes te bestellen. 'Waar bleven jullie nou, jullie zouden wat gaan halen toch?' vraagt hij. 'Doe nou niet zo bezorgd, we deden gewoon een blokje om' zegt Matthyas. Als we aanstalten maken om weer terug naar het tafeltje te lopen, wordt ik ineens aangeraakt. 

'Excuse me, you must be Lexi. I'm your biggest fan, can I take a picture, please?' vraagt een meisje van een jaar of 15. Ik kijk even naar Matthyas, die knikt, als een teken dat het oké is. 'Of course, smile' zeg ik en dan gaan we weer verder. 'Als ze die maar niet op insta post, want dat staat zometeen het hele ziekenhuis vol.' zeg ik lachend. 

Matthyas kijkt bedachtzaam. 'Jij bent echt overal over de wereld bekend, of niet?' vraagt Koen. 'Ja, soms wou ik wel even dat ik ergens kon schuilen, zoals jullie. Jullie worden alleen maar in Nederland herkent, maar ik op elke straat ter wereld.' zeg ik. 'Maar na een tijdje wordt het wel normaal en went het.' 

'Het lijkt me echt verschrikkelijk, ik vind het zo heerlijk in het buitenland, zonder fans' zegt Koen en Matthyas is het daar mee eens. Dan krijgen we onze koffie van de jongen achter de bar en lopen we weer terug. Senna en Milo zijn druk aan het praten en Raoul is iets aan het doen op zijn telefoon.

'Zo, jullie waren lang weg' zegt hij zodra hij opkijkt en ons ziet. 'Ja, we waren even een rondje aan het lopen' zeg ik blozend, terwijl ik terug denk aan het moment. 'Mm' zegt Raoul, maar hij gaat er verder niet op in. Gulzig drinken we van onze koffie, en Senna heeft thee. We kletsen nog een beetje over van alles en nog wat, als ik Robbie zie aankomen lopen.

Ik wuif naar hem als teken dat hij naar onze tafel moet komen. Ik stel hem even snel voor. 'Jongens, dit is Robbie, Robbie, dit zijn de vrienden van Matthyas.' zeg ik en er komt een bulderend gelach en Matthyas krijgt een rode kop. 'BHAHAHA, dat meen je niet' lacht Milo en ook Koen maakt een of andere opmerking. 'Serieus, Matt, ik had beter verwacht' lacht Raoul.

Ik kijk ze verbaasd aan, en ook Senna en Robbie lijken er niks van te snappen. Matthyas blijft opmerkelijk stil. 'What the fuck?' mime ik naar Senna, maar ze haalt haar schouders op. 'Wat is er aan de hand?' vraag ik, maar in plaats van antwoord lachen de jongens nog veel harder verder. 

'Uuh, hallo?' wuift Senna met haar hand, maar ze lijken het niet op te merken. Als ze bijgekomen zijn, krijgen we eindelijk antwoord. 'Ze-zei je nou Matthyas?' vraagt Koen. Ik knik. Ze moeten weer verder lachen. Ik begrijp niks van de situatie, en Matthyas loopt rood aan. 'Niemand noemt hem zo, het is altijd Matt of Matthy. Het is zo grappig dat je hem wel zo noemt. Het gebeurt alleen bij speciale gelegenheden, en hij schaamt zich er ook altijd voor.' verduidelijkt Raoul.

'Oh, nou haha, wat grappig.' zeg ik sarcastisch. 'Waarom heb je dat niet eerder gezegd, ik loop nu echt voor lul' ik spreek het laatste woord spottend uit, waardoor iedereen nog harder moet lachen. 'Sorry, ik-ik weet niet. Ik stelde me gewoon zo voor, en jij nam het gelijk over. Uit jou mond klonk het zo goed, ofzo' zegt hij zachtjes en nu krijg ik kleine blosjes op mijn wangen. Hij is best cute als hij verlegen is.

'Nou dan noem ik je vanaf nu maar gewoon Matthy, maar als ik boos ben zal ik je bij je hele naam noemen hoor.' zeg ik en de rest moet lachen en ook bij hem verschijnt er een lach op zijn gezicht.

'Dan hoop ik dat ik het niet zo vaak te horen krijg'.

Vallende sterren ft. BankzittersWhere stories live. Discover now