Hoofdstuk 6

4 0 0
                                    

Als ik weer thuis ben aangekomen douche ik me snel en kleed me aan. Max roept dat iedereen al bij de Hallepint is en dat ze graag willen beginnen. Wat moet ik toch zonder Max? Ik glimlach even en heb het gevoel dat het gat in mijn hart vandaag een klein beetje dichtgegroeid is. Het zal nooit helemaal meer dicht gaan, maar ik kan het op zijn minst proberen toch? 


Ik pak nog even snel een plak ontbijtkoek en loop met Max richting de Hallepint. Iedereen noemt het de Hallepint, omdat het de grootste zaal is van het dorp en het eigenlijk lijkt op een grote hal waar je een biertje drinkt met vrienden. Ik daarentegen vind het meer op een oude loods lijken die ze vroeger bij de zeehavens hadden. Voordat het allemaal werd gesloopt door de nieuwe industrie. We lopen naar binnen en horen hoe alle stemmen lijken stil te vallen. Zodra ik langs loop, zo moet de koningin van Engeland zich dus voelen als ze een ruimte in komt. Ik grinnik om mijn eigen gedachte en knijp Max in zijn arm die mijn niet begrijpend aankijkt. De groep om mij heen lijkt groter dan voorheen. Er komen nog steeds nieuwe mensen bij, die van ver horen dat we met zijn allen samen leven in een gemeenschap. Ik kijk even om mij heen en zie hoe Levien en Deflo naar ons toe komen. Ondertussen loop ik naar het podium wat er in de Hallepint gebouwd is en neem de groep in mij op. Gezamenlijk staren ze me allemaal aan. Voorheen had ik daar moeite mee, maar nu ben ik er eigenlijk wel aan gewend.Het enige waar ik niet aan kan wennen is het niet zien van mijn ouders. Er zijn zoveel bekenden verdwenen dankzij de laatste strijd tegen Leah. Zoveel gezichten die we voor altijd moeten missen. Ik voel de tranen op komen, maar weet ze terug te duwen.

'Hallo allemaal! Ben ik te horen achterin?' roep ik door een microfoon en achter hoor ik een zekere blonde gozer roepen dat hij me luid en duidelijk hoort. Ik neem niet de moeite om hem te bedanken. Aangezien hij met een arrogante grijns me loopt aan te staren. 'Goed, jullie vragen je vast af waarom we hier zijn. Ik heb besloten om jullie wat te vertellen, waar ik net pas ben achtergekomen en ik wil er duidelijk bij zeggen dat het geen leuk nieuws zal zijn voor velen van jullie.' 

Het was al stil in de zaal, maar nu lijkt het alsof je een spelt kan horen vallen. Ik zucht en ga verder 'Zoals jullie weten ben ik een dochter van Leah. Net als Deflo en Levien, maar ik heb een andere vader. Ik was in de veronderstelling dat het vast een of andere simpele man was, want net als jullie zelf weten had Leah, maar een man en dat was de vader van Deflo en Levien. Ik vrees echter dat ik jullie hierin iets moet vertellen. Mijn vader is Robert Cirvius.' er gaat geroezemoes door de zaal, maar ik ga verder. 

'Ja, jullie horen het goed mijn vader is een Cirvius. Ik heb twee halfbroers Jermaih en Lucas. De laatste keer dat we uitgingen. Toen ik flauw viel en niemand wist waarom. Jermaih en Lucas probeerde mij te ontvoeren naar mijn vader.'

Er klinkt een schreeuw uit de zaal 'Cirvius! Nee, die hebben mijn ouders vermoord!' en zo kwamen er meerdere mensen die massaal begonnen te roepen. Ik probeerde ze stil te krijgen, maar het leek geen zin te hebben. Max pakte de microfoon over en begon te spreken, maar dit leek ook niet te helpen. Ik voelde de neiging om weg te rennen, om mijn spullen te pakken en ergens heen te gaan waar niemand me kende, maar ik voelde Max zijn hand in mijn hand en voelde zijn energie in mij stromen. Ik voelde me sterker en zag dat Deflo en Levien aansloten. Levien greep vervolgens een andere hand van iemand naast het podium en zo begon zich een ketting te vormen. Iedereen die aan de ketting werd verbonden viel stil en leek zijn volgende te kalmeren. Ik voelde de kracht door mijn lichaam stromen en moet onthouden om Max te bedanken. Hij kijkt me aan met een gouden gloed om zich heen en zie de angst in zijn ogen. Verschrikt kijk ik naar mezelf en zie dat ik niet meer de gouden gloed bij me draag die ik voorheen uitstraalde, maar dat het allerlei kleuren zijn. Ik zie ook hoe andere mensen naar mij kijken, verbaasd, angstig, woedend, maar vooral verbaasd.

Voordat de ketting wordt verbroken begin ik weer met praten. 'Ik weet dat het beangstigend is. Iemand met Cirvius bloed in jullie midden. Iemand waarvan de vader dé Robert Cirvius is. Iemand die jullie al meerdere keren had kunnen vermoorden, althans ik zie het in jullie ogen dat jullie dat denken, maar één ding kan ik jullie wel zeggen. Ik kies altijd voor goed. Mijn adoptie ouders hebben mij dit geleerd en ik weet het verschil tussen goed en kwaad. Dus vrees niet voor wie ik ben of wie ik kan worden, want ik zal altijd kiezen voor het goede in ons. Ik zie hier een grote groep staan met ieder een eigen aura. Ik ben de enige die er tussenuit moet steken, maar dat is niet erg. Ik wil laten zien wat ik kan en hoop dat jullie mij willen vertrouwen.' Na dit gezegd te hebben begint het geroezemoes langzaam weer op gang te komen en ik laat mijn energie, mijn vreugde, mijn liefde voor alles wat leeft door mijn hand naar Max gaan richting de groep. Max knijpt even in mijn hand en knikt dan naar Deflo welke de stroom doorzet naar Levien. Ik voel mijn benen knikken, maar het maakt me niet uit. Laat het me nog even volhouden. 

Als de stroom met regenboog kleuren halverwege de groep is begin ik weer met praten. 'Het maakt mij niet uit wat jullie denken te weten over mij, maar wat je net voelt of gaat voelen, dat ben ik. Dat is mijn emotie, dat is mijn gevoel. Ik weet niet hoe ik jullie nog verder kan overtuigen over mijn keuze. Het enige wat ik jullie wil vragen is om voorlopig in het dorp te blijven. Iedereen, dus ook de groep van Deflo en Levien. Dit voor onze eigen veiligheid. We vinden wel een plekje waar jullie kunnen verblijven of we bouwen er een paar huizen bij. Wat moet dat moet, ik laat jullie liever niet alleen, omdat Robert en ook mijn halfbroers in de buurt rondhangen. Jullie weten waar de beschermgrens ligt, alles wat daar buiten ligt is vrij voor iedereen met Cirvius bloed.' 

Zuchtend zie ik dat de stroom aan het einde van de groep is en ik laat mijn hand los. Ik fluister dank je wel tegen Max en laat mijn lichaam me naar huis dragen. 


Evenbeeld part II Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu