Ik kwam twee dagen later aan in het kasteel. De wachters brachten me naar de koning. Ik had de kap op dus niemand herkende me. Leonardo zat op zijn troon. Hij had grijs haar, groene ogen en was niet breed maar ook niet dun. Hij keek verbaasd naar me. 'sire' zei ik. ik boog.
'Mag ik vragen wie je bent' vroeg hij.
Ik knikte en deed de kap af. zijn ogen werden groot, 'oké of ik zie een geest of ik ben gek geworden.'
'Hoe bedoeld u' vroeg ik verbaasd.
'Je lijkt heel erg op koningin Arina.'
'Ik ben haar dochter.'
Er kwam een jongen binnenlopen. Hij had donkerblond haar, groene ogen en was best gespierd.
'Hey' zei ik 'u ken ik.'Zijn ogen werden groot, 'prinses Brianna?'
Ik knikte, 'dat klopt.'
'Waarom ging u weg?'
'Daarom ben ik hier. Mijn oom is nog gekker geworden dan dat die al was en heeft besloten dat hij wil trouwen. Met mij'
'Wat' riepen ze beide.
'Daarom ben ik weggerend. Voor de tweede keer' mompelde ik erachter aan.
'Tweede keer' vroeg de jongen.
Ik knikte, 'ja. Tijdens het feest besloot mijn oom mij te trouwen. Ik rende naar de keuken en Anita, mijn soort van tweede moeder, en die zei me naar het bos te gaan. Dat heb ik gedaan. Daar ontmoette ik James en Marcus. Twee vrienden van Anita. Ze hielden me verborgen. De generaal van mijn oom vond me en nam me mee terug. Ik ben weer ontsnapt en nu ben ik hier.'
Ze gaapten me nog net niet aan. 'Dus mijn vraag is' ging ik verder.
'Niet verder praten' zei Leonardo. Hij stond op en liep naar me toe, 'we gaan je helpen. Jij blijft hier en wij gaan je oom even duidelijk maken dat hij niet goed bezig is.'
'Hoe gaat u dat doen' vroeg ik.
'Oorlog' zei de jongen.
'Nee' zei ik 'geen oorlog. Alles behalve dat. Des nood ga ik zelf met hem praten.'
'En dat staan wij niet toe' zeggen ze beide tegelijk.
'Alstublieft geen oorlog dan' zei ik 'dat doe ik mijn volk niet aan. Ze zijn al arm genoeg en ik wil ze hun mannen, zonen, grootvaders, ooms en weet ik hoeveel meer af nemen.'
De jongen keek Leonardo aan, 'hoort ze dat te zeggen?'
'Ja dat hoort ze zeker te zeggen.' Hij keek mij aan, 'ik zal met hem praten. Maar u moet hier blijven en niet weg gaan zonder bewaking. Er kunnen spionnen zijn in de steden rond het kasteel.'
Ik knikte, 'ik zal niet weggaan. Dat beloof ik. Maar ik wil wel opzoek naar drie vrienden van me.'
'Wat zijn hun namen?'
'Julia de Groot, Marcus de Groot en James... zijn achternaam weet ik niet.'
Hij knikt, 'ik zal ze laten zoeken.'
'Laat u hen dan vertellen dat ik ze zoek.'
'Waarom' vraagt de jongen.
Ik kijk hem aan, 'omdat ze nogal wantrouwend zijn. Ze worden gezocht door mijn oom omdat ik bij ze schuilde en hij dacht dat ik werd vastgehouden. Maar ik heb hem al verteld dat dat niet zo is.'
Hij knikte. 'Trouwens' zei ik 'ik weet uw naam nog niet.'
'Ja die was ik vergeten te vertellen. Mijn naam is prins Eduard. Zoon van koning Leonardo.'
'Dat begreep ik al.'
Hij grinnikte, 'u bent slim majesteit.'
'Niet slijmen' zegt Leonardo 'zoon. Laten we haar een kamer geven en nieuwe kleding.'
Hij knikte en zei: 'waar?'
'Dicht bij die van ons. Zodat we heel zeker weten dat niemand in kan breken bij haar en wij het niet horen.'
Eduard knikte. 'Dan brengen we u naar een kamer' zei Leonardo tegen mij.
Ik knikte en liep achter hen aan door het kasteel heen. Het was hier veel lichter dan bij ons in het kasteel. Maar mijn oom was een duister persoon en dus zo ook was zijn huis. En daar had ik niks over te zeggen.
JE LEEST
uncle king
Fantasyhet kleine meisje kruipt bij haar oma op schoot. 'Oma' zegt ze 'wil je een verhaaltje vertellen.' De oma knikt en schuift het gordijn opzij. Op de berg staat het kasteel van de koning. De oma begint te vertellen: 'daar in de hoogste toren woont een...