Het was zaterdagochtend, wat betekende dat het weekend was en dat Astrids vader vast humeurig aan de keukentafel zat en ruzie maakte met zijn vrouw. Toch bleef het deze zaterdag stil in huis.
Astrid was zoals gewoonlijk pas rond een uur of tien op en maakte zich klaar om zo snel mogelijk het huis te verlaten totdat ze merkte dat er niet geruzied werd. Verrast door de onverwachtse stilte liep ze toen ze klaar was even naar de keuken toe om te zien of haar ouders zich wel goed voelden.
Het antwoord was simpel: Nee. Astrids moeder zat snikkend aan de keukentafel en Astrids vader was nergens te bekennen.
Vragend ging Astrid aan de keukentafel zitten en keek ze haar moeder aan. Het was altijd vreselijk voor haar om haar moeder zo te zien maar nu was het nog erger omdat haar vader nergens te bekennen was.
"Waar is hij?" vroeg ze zachtjes en haar moeder keek op. "Ik heb werkelijk geen idee, lieverd." Ze keek toe hoe haar moeder weer in huilen uitbarstte. Astrid pakte één van haar moeders handen vast en kneep er zachtjes in. Deels wou ze nu weg gaan, maar ze wist dat ze moest blijven om haar moeder te troosten. Er bleef even een korte stilte tussen de twee inhangen.
"Denk je dat hij terug komt?" Astrids vraag bleef even in de lucht tussen hen in zweven vooraleer haar moeder er een antwoord op wist. "Ik hoop het." Dat was het enige wat de moeder zei.
Het was vreemd, dat ondanks alles, Astrid's moeder nog steeds van haar man hield. Dat ondanks alle ruzies ze nog steeds om hem gaf. Astrid vond het erg om naar te kijken.
"Ga maar naar je vriend in het ziekenhuis toe. Ik weet dat je daar vandaag heen wilt gaan",zei de vrouw tegen haar dochter en Astrid knikte. "Zodra er iets is, moet je me wel bellen." waarschuwde ze haar moeder en die knikte op haar beurt ook weer en zei:"Ga nu maar."
Astrid stond op en liep toen de keuken uit om vervolgens het huis te verlaten en naar Philip toe te gaan die in het ziekenhuis lag.
-
"Hey." Astrid kwam de kamer van Philip ingelopen en begroette hem met een stevige knuffel. "Hey, Astrid", zei Philip op een iets vrolijkere toon terug terwijl hij zijn laptop dicht klapte en hem snel weg legde. "Wat ben je bezig?" vroeg Astrid en keek van de laptop naar haar vriend.
"Niks speciaals hoor", zei hij stijfjes. Voor een seconde dacht Astrid iets zenuwachtigs in de blik van Philip te zien maar het was zo snel weg dat ze er niet zeker van was. Ze besloot om er niks van te zeggen. "Oh, oké dan."
Ze ging naast hem op het ziekenhuisbed zitten en dacht aan haar moeder. Misschien had ze toch thuis moeten blijven, om te controleren dat haar moeder niks verkeerd deed. Astrid zuchtte.
"Is er iets?" vroeg Philip, die had gemerkt dat Astrid al een paar minuten afwezig voor zich uit had gestaard, en ze haalde haar schouders op. "Het is... Het gaat gewoon niet zo goed tussen mijn ouders de laatste tijd." Haar hand werd liefelijk vast gepakt door haar vriend en ze keek hem aan. "Ze maken gewoon veel te veel ruzie en ze houden maar niet op..." Terwijl ze dat zei, legde ze haar hoofd op Philips schouders. Er ontstond een soort droevige stilte in de kamer die er een hele tijd bleef totdat Philip besloot om zijn benen te strekken. "Kom, dan gaan we wat wandelen. Dat brengt je hoofd meestal op andere gedachtes." Zei hij zachtjes en zij knikte. Ze stond op en volgde hem doorheen het gebouw naar de tuin van het ziekenhuis, waar ze hand in hand liepen en beide geen woord zeiden. Soms was stilte genoeg tussen de twee om een heel verhaal te vertellen. Soms was die stilte goed genoeg om Astrid terug blij te maken.
A/N: Dat moment dat je in de zomer op youtube een kerstliedje op zet dat gezongen wordt door MCR. What's wrong with my head? :) Ach ja, hopelijk heb je van dit hoofdstuk genoten.
JE LEEST
Princess [Boek 2] (Dutch) /Voltooid/
Teen Fiction• HET VERVOLG OP: Prince • 'Soms voel ik mij als een prinses, wanneer Hij met Zijn prachtige ogen naar mij kijkt en Hij Zijn goddelijke glimlach laat zien. Hij laat mij dan goed voelen, alsof er toch iemand op de wereld is die om mij geeft... Maar...