when night falls (NL) *voltooid*

1. {maan}

'Mams ben thuis!', schreeuw ik door het huis. 'Maan wil je alsjeblieft niet zo schreeuwen?', zegt mam. 'Zal het proberen!', zeg ik met een brede grijns. Ik ren de trap op naar mijn kamer. Ik gooi mijn tas ergens in een hoekje. Ik maak nog wat huiswerk , maar besluit dan een boswandeling te maken. 'Mam ben even weg', zeg ik. Niet wachtend op een antwoord knal ik de deur dicht. Ik loop naar het bos. Het bos waar al mijn geheimen afspelen, het bos waar ik mijn leven voor zou geven. Ik pas op dat ik niet over de grens van de Moonwalkers roedel stap. Dat zou namelijk mijn dood betekenen.... als ik ver genoeg van de bewoonde wereld ben verander ik in wolf. Ik ren keihard naar mijn roedel. 'Zo jij bent laat!', zegt mijn mate Luuk. 'Alsof jij dat niet bent', zeg ik. We kunnen elkaar verstaan door een link.
. 'Wacht hoe weet jij dat ik..'
'Je pels is nat van het zweet,en  je hijgt enorm!' Onderbreek ik hem. 'Maar hé? Hoe kun jij dat... ach laat maar', zegt Luuk. We rennen beide naar de openplek waar alle bijeenkomsten plaats vinden.
'Wolven de aandacht!', schreeuwt onze leider. 'Er is een nieuwe wolf aangesloten bij de firenight roedel!'. Iedereen schrikt. Het is namelijk niet erg prettig als blijkt dat je vijand groter wordt. 'Ik sluit me wel aan bij de grenspatrouille!', zeg ik. Zo gaan we op pad naar de grenzen. We rennen heel hard z'on 1 minuut. Bij de grens aangekomen zie ik iets zwarts met knalblauwe ogen. O help een zwarte wolf! Zwarte wolven wil je niet tegenkomen! Er wordt beweert dat ze sterker zijn tijdens maanlicht. Of terwijl gewoon je nachtmerrie. Ik sein naar Luuk. Hij heeft het ook gezien. De ogen kijken recht in mij. Ik voel het op mij branden. De rest seint mij dat we beter kunnen vertrekken. Weer aangekomen bij de openplek geef ik aan dat ik weer naar huis ga. Het wordt immers al laat. Thuis aangekomen zwaai ik weer de deur open. Voordat mijn moeder kan schreeuwen ren ik met een brede grijns op mijn gezicht naar boven. Waar ik lekker onder de wol kruip.
S'ochtends wordt ik wakker van mijn irritante wekker. Echt ik leg er nog een keer een hamer naast! Ik pak mijn spullen bijelkaar en doe mijn dagelijkse routine. Ik ren naar beneden. Ik smeer wat brood voor school, en prop wat in mijn mond. Ik poets mijn tanden en pak mijn fiets. Bij school aangekomen ren ik naar mijn vrienden. 'Hey Maan wist je al dat er een nieuw meisje komt?' Zegt Amber. 'Uh nee..', zeg ik. Voordat we ook maar iets lunnen zeggen gaat de bel. 'Welk lokaal?', zeg ik. '15 bio dus.. ', zegt Amber. Oh fijn.... in het lokaal begint de docent de les. Ik zit altijd alleen, dat vindt ik prettig. Opeens klopt iemand op de deur..