Hoofdstuk 8, deel 2

1.1K 64 28
                                    

We liepen verder het strand af nog steeds in het water waggelend. We droegen beiden elk onze eigen schoenen in onze handen. Zo liepen we zij aan zij naast elkaar in stilte verder. Doordat ik mijn schoenen in mijn linkerhand droeg en hij ze de zijne in zijn rechter, botsten onze handen regelmatig tijdens het lopen door tegen elkaar.

1...2...3... bots... 1...2...3...bots...

Zo ging het al een hele poos door. Beiden zeiden we er niets over.

Telkens wanneer onze handen elkaar voor een korte tijdsperiode aanraakten, voelde ik een soort tinteling mijn lichaam insijpelen. Het deed mijn hartslag sneller slaan. En om heel eerlijk te zijn, verlangde ik steeds meer op die vierde seconde waarop onze handen elkaar aanraakte. Ik wou het gevoel dat ik op de vierde seconde voelde, blijven voelen. Ik wou zijn hand vastgrijpen erdoor zodat ik het kon koesteren om hem daarna nooit meer los te moeten laten.

Maar dat ging natuurlijk niet... Dat zou nogal vreemd overkomen, denk ik. Plus, ik had er ook absoluut de moed niet voor. Wat kan ik zeggen? Ik ben nou eenmaal een watje...

We liepen een eindje op deze manier in een vredige stilte verder. Het was niet zo'n gênante stilte, als je je dat afvroeg.

Plots zag ik in de verte een houten hutje opduiken. Ik merkte op dat rond het hutje een groep jongeren, allemaal jongens, verzameld was die zo'n surfpakjes droegen. En, hoe kon het anders ook, natuurlijk ook een surfplank bij zich droegen. Ik keek even opzij, in richting van de zee, en zag tot mijn grote verbazing dat daar inderdaad mensen aan het surfen waren. Ik verklaarde ze eerlijk gezegd een beetje gek om in dit weer te gaan surfen. Maar hé... Wie was ik?

Ik keek even naar Kyle om te zien wat hij hier van dacht. Toevallig keek hij ook net naar mij.

"Zullen we even een kijkje wagen?" vroeg hij.

Ik knikte instemmend. Ergens was ik best wel nieuwsgierig geworden. En daarbij... Het was niet alsof we iets anders te doen hadden. Misschien vonden we wel een hint voor onze zoektocht?

"Lijkt me goed." En zo liepen we af op de groep jongens die voor het houten hutje stonden. Het hutje zelf zag er niet erg nieuw meer uit, maar hij had een soort relaxte sfeer rond zich hangen. Een echte surferssfeer als je begrijpt wat ik bedoel. Ondanks het koude weer was er ook veel volk hier aanwezig in hun surfkledij. Er speelde er ook bijpassende zomerse muziek af zodat ze helemaal in de sfeer terecht zouden komen. Alhoewel passend... Het was winter, maar dat doet er niet toe. Door de ruiten van het hutje kon ik zien dat er binnen ook een soort zomerse stijl werd gebruikt als interieur van het hutje. Voor hen paste de zomerse sfeer dus wel.

Toen ik mijn aandacht vestigde op de jongens zag ik dat die druk aan het roezemoezen waren. Stiekem – alhoewel zo stiekem was het ook niet – ze blikken naar mij toe wierpen. Pas toen ze zich realiseerden dat ik binnen gehoorsafstand kwam, zwegen ze wijselijk. Maar ze bleven me wel onderzoekende blikken toewerpen. Net of ik was een soort lammetje die voor een groep hongerige wolven werd gesmeten. Net alsof ik was een soort keurvlees die zij grondig moesten bekijken zonder een plekje over te slaan. Ze konden even goed het cijfer afroepen die ze me gaven.

Toen ik en Kyle tot stilstand kwamen voor de groep zei iemand van de jongens meteen tegen me: "Wel, hallo schoonheid." Dat zei de jongen die ik het best kon omschrijven als iemand met ravenzwart haar, glinsterden smartgroene ogen en een duidelijk gespierd lichaam die zich perfect aftekende in zijn surfpak.

Nu ik eraan dacht - en op zijn uiterlijk lette viel - het me op dat alle jongens die hier rond Kyle en mij stonden, allemaal bijzonder knap waren. Het beste woord waar ik ze wist mee te omschrijven was tumblr boys. Allemaal even knap, gespierd ect. Niets op aan te merken en allemaal even verleidelijk. Je kan je dus wel voorstellen dat ik meteen rood kleurde bij het horen van die woorden, die ik als een compliment beschouwde, van die jongen.

My first kissWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu