Hoordstuk 7

84 6 1
                                    

Lotte's pov

Ik word wakker van een onbekende stem. 'Goedendag mevrouw Van Ekris.' Ik doe mijn ogen open en zie een dokter.' 'Sorry dat ik u zo stoor maar, ik wil weten of u gisteren nog herinnerd.' Ik denk diep na. 'Ehh nee.' mompel ik beschamend. Ik hoor hele verhalen. Ik heb best wat uitgespookt. Ik ben gewoon weggelopen als ik de verhalen moet geloven. 'Ohja mevrouw Van Ekris u krijgt een kamergenoot.' Ik zucht. Zul je maar net zien dat ik z'n saaie bejaarden of z'n jengel kind krijgt. En dan zeker een clown. Ja echt niet! De dokter ziet dat ik vol afschuw kijk en lacht. 'Rustig het is een jongen van uw leeftijd.' wat moet ik zeggen. Het klinkt veel belovend. 'We zijn nu nog bezig met hem opknappen.' 'Okeej' zeg ik erg ongeïnteresseerd. Ik heb wel andere dingen aan mijn hoofd. Ik heb geen idee waar Harry is. Hij heeft al zo lang niks van zich laten horen. Hij is zelfs nergens online geweest. Ik heb vanochtend nog wel met Wouter gepraat. Het is best een toffe gozer als je hem leert kennen. Het is een voetbal talent maar dat wil hij niet toegeven. Hij heeft blond haar. Meestal in een soort hanenkam dat best goed bij zijn ogen staat. Ik kijk graag in ogen. Die van Harry zijn echt de mooiste. Groene ogen die perfect bij zijn sexy bruine krullen staan. Harry is bijna even lang als Harry. Waarom vergelijk ik die 2 eigenlijk met elkaar? Ik weet het niet. Ik hoor mijn deur opengaan ik hoop dat het bezoek ik. Ik verveel me enorm. Nee het zijn de dokters met mijn nieuwe kamergenoot. Ik kan mijn ogen niet geloven. Het is er knappe jongen met bruine krullen en groene ogen. Het is mijn Harry. Mijn liefde. Daarom liet hij niks van zich horen. 'w-w-wat is er met hem gebeurt?' stotter ik. 'In elkaar geslagen.' Hij kwam hier zwaargewond binnen. Zijn vriend bracht hem. Ik zal hem waarschuwen. piept een man met een hoog raar stemmetje. Ik schrik als Wouter binnen loopt. 'Wouter?' vraagt mijn stem hees. Ik moet bijna huilen. 'Jongens vielen hem aan. ze pakte mijn mobiel. En Harry wou hem niet geven en toen gebeurde dit.' vertelt Wouter in een adem. 'O wat vreselijk.' Fluister ik. En nu begin ik wel te huilen. Ik zie door mijn tranen dat ook Wouter huilt. 'Het komt allemaal goed.' snottert Wouter. 'Kijk hij word wakker.' Ik droog mijn tranen. 'Hey, Hazz.' Ik weet dat hij mij niet kan zien. 'Hoi Lotte ik word snel beter hoor.' Ik lach door mijn tranen heen. Harry klimt uit zijn bed. We weten alle 3 dat het niet mag maar zeggen er niks van. Harry komt naast me liggen en veegt mijn tranen weg. Hij kust me met zijn geweldige lippen. Ik wou dat hij me nooit meer los liet maar hij doet het toch. Ik merk dat Wouter weg is. 'Nu zijn we hier samen' verluistert Harry in mijn oor. Ik krijg er kippenvel van over mijn hele lijf. 'Klopt.' beaam ik met en hese stem. 'Nu klopt de graffiti we liggen hier samen.' You & I babe. vertelt hij met zijn sexy stem. O wat is hij knap. Ik zoen hem. Ik trek mij terug. We liggen minuten lang stil naar elkaar te staren. Er komt een dokter binnen. Het is Henk. De dokter die zo flipte over de graffiti en ja hoor de vrolijke assistent is er ook weer bij. 'Dit keer pik ik het niet.' schreeuwt Henk. 'Ga nu uw eigen bed in jongeman.' ik baal van binnen. 'Ik dacht het niet ik blijf bij mij vriendin.' zegt Harry brutaal en kijkt hem met en schuin hoofd aan. Hij is bloed link bezig. De assistent lacht. 'Henk je bent vroeger ook jong geweest laat ze lekker.' 'Nee Lisa nu ben ik er helemaal klaar mee.' Schreeuwt hij richting de assistent die blijkbaar Lisa heet. Ik en Harry gniffelen. 'Ja in heb het over jullie schoften.' schreeuwt Henk. Nu kunnen we onze lach niet meer in houden en schateren het uit. Henk loopt haast vuurspuwend de gang op. Lisa geeft ons er. Knipoog en rent snel achter Henk aan. 'Als jij maar later niet zo word.' schater ik uit van het lachen naar Harry terwijl ik heel serieus probeer te kijken. Harry glimlacht. Ik zie dat hij veel pijn heeft. Er sijpelt een druppel bloed over zijn voorhoofd. Ik veeg hem weg met mijn duim. 'Ik denk dat je moet slapen Hazz.' Harry klinkt instemmend. Hij klimt het bed uit. Ik kijk hem na. Ik dacht eerst waarom gaat hij niet naar de deur maar dan herinner ik dat hij nu bij mij op de kamer ligt. We gaan hier samen doorheen vechten en we gaan er samen uit komen. Wat er ook gebeurt ik zal van hem blijven houden.

Dat bizarre momentWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu