Part #9

137 6 0
                                    

De tranen op haar gezicht waren warm en nat en ze proefde de zoute smaak ervan in haar mond. Inademen, uitademen. Het was net alsof iemand haar had doen vergeten hoe ze adem moest halen, en ze het nu zichzelf opnieuw moest aanleren. Er kwam vanuit de diepe krochten van haar hersenen een beeld naar boven drijven. Een boek met een zwarte kaft dat versierd was met zilveren spiralen. Een bladwijzer die leek te bestaan uit rood fluweel. Tussen de bedreigende spiralen in de tekst Hoe overleef ik dubbel verlies? De grote handleiding door Prone Omnett. Ze schudde langzaam met haar hoofd om die gedachte weg te krijgen. Ze wou dat ze al haar zorgen kon laten wegvoeren met de wind. Onhandig liet ze zich op haar zij vallen, een harde knuffel met de mossige vloer. Het was er zo koud dat zelfs de grond wel wat warmte kon gebruiken.

Prone hapte nog steeds naar adem als een goudvis die net uit zijn bokaal gesprongen was. Ze zag het laatste straaltje zonlicht, dat zojuist nog op haar schouder had gelegen, wegtrekken onder de grauwe wolken die de stad bedekten. Bijna alsof ze hadden gewacht op een teken, loodsten de regendruppels zichzelf plotseling door het wolkendek naar beneden en bevuilden het landschap, de wegen en de daken. De modderige sneeuw die er eerder had geleden drong zich samen en voerde een 'Als het eerst in het rioolputje'-wedstrijd. Het weer imiteerde Prones humeur, en op het moment dat ze dat dacht, schoot er een bliksemflits langs de hemel. Ze kromp ineen.

'Prone?' Prone draaide zich zwijgend naar Ivy. Het had geen zin om haar te negeren.

'Hoe hebben ze je nu gepakt? Je bent daarjuist midden in je verhaal gestopt door', Ivy trok een zuur gezicht., '...jeweetwel.'

Prone zweeg even, - naar Ivy's mening veel te lang - staarde in het lege en zuchtte.

'Dus, ik had het over Fayn.' Ivy merkte dat ze hierbij erg haar best deed niet over zijn naam te struikelen. Wat overigens mislukte. 'Ik had dus een uitnodiging gekregen van hem. Hij beval me naar het binnenhof te komen om te praten. Ik kon natuurlijk niet weigeren. Datzelfde moment vroeg ik me ook af of hij het wist. Ik ben namelijk niet zo nonchalant als het op verliefdheden aankomt.' Ze stopte even en beet op haar lip. 'Uiteindelijk trof ik een leeg binnenhof aan, maar toen ik net weer wou vertrekken, merkte ik dat ik mijn lenzen was kwijtgespeeld. Waarschijnlijk door een losse steen. Toen heeft een Oculus me gepakt toen ik probeerde te vluchten.' Ivy had ondertussen bedenkelijk haar vingers om haar kin geslagen.

'Volgens mij was het een valstrik, waarschijnlijk opgezet door de hoofdOculus.' Ze richtte zich tot Prone. 'Ik heb zelf ook al met haar te maken gehad. Ze wist door één blik op mij te werpen dat ik een magisch medaillon aanhad. Zelfs mij is het al die jaren niet opgevallen.' Juist op het moment dat Ivy haar zin afsloot, weergalmden er een haastig paar voetstappen in de verduisterde gang. Als je goed keek, kon je even daarna vaag 2 schimmen onderscheiden. 'Oculi', fluisterde Prone ontzet.

'Dat is toch niets bijzonders? Ze komen ons waarschijnlijk eten geven. Dat werd ook wel eens tijd.'

'Nee.' Prone schudde haar hoofd. 'Er is maar één Oculus die eten geeft, en die heeft dan meestal zo'n smerige homp brood vast die rechtstreeks uit het riool lijkt te komen.

'Wat komen ze hier dan doen?' Ivy had haar vraag nog maar net gesteld, of ze wist het antwoord al. De Slachting. Ze gingen vermoord worden, mogelijk met nog een grote portie martelingen er gratis bij.

'Het is zeker al niemand die een poging doet ons te redden. Want dat zouden, zoals jij zou zeggen, idioten zijn. De Cellen zijn zwaar bewaakt en bijna ondoordringbaar.'

'En hoe weet je dat ook alweer?'

'Ik heb opgelet toen ik naar mijn cel werd gebracht, jij niet dan?' Ivy liet een laag gegrom horen, maar het was niets in vergelijking met de bulderende, lage stemmen van de Oculi. Ze waren, zonder dat Ivy en Prone het nog maar doorhadden, hun cel al ingestapt.

'Opstaan, jullie!' blaften ze. Ze keken met een blik die vuur leek te spuwen op de meisjes neer. En dit, dacht Prone, terugdenkend aan de Oculus die haar in het binnenhof had betrapt, zijn Oculi die hun werk graag doen, omwille van hun sadisme. Gaan jullie lekker, gasten.

Ivy werd ruw bij haar schouders gegrepen toen ze opstond en ze zag dat met Prone hetzelfde gebeurde. Prone ging dan misschien emotioneel ten onder, maar bij Ivy was er een sterke, onverholen woede gaan opvlammen. Ze kon niet terugvechten, - uiteindelijk zou ze toch maar eindigen met een resem aan blauwe plekken - maar toen een van de Oculi haar vol leedvermaak vroeg of ze klaar was om te sterven, antwoordde ze stug: 'Nee.'

YthernaWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu