Toen de nieuwe dag begon sliep ik een beetje uit en ik werd pas wakker toen bijna op ging. Nu het winter was zou de zon later op gaan. Ik opende mijn ogen en keek naar de andere kant van de tent, waar Avery hoorde te liggen. Zijn slaapmat was leeg. Ik bleef nog even liggen, om goed wakker te worden. Daarna werd het echt tijd om even te kijken wat hij allemaal aan het doen was. Ik hoorde buiten niks afgezien van wat vogeltjes die tjirpten. Ik besloot maar even een kijkje te nemen. Toen ik opstond waren al mijn spieren stijf, het was erg koud geworden die nacht. Omdat we niemand op wacht hadden, afgezien van Fidel, konden we de hele nacht doorslapen. Ik kleedde mij snel om, vlocht mijn haren in en deed mijn grote cape om. Buiten was het bos veranderd in een sneeuwlandschap, alles was helemaal bedekt onder het sneeuw. Ik bleef even voor de tent staan om naar het bos te kijken. We hadden Galdur en Dowan aan een boom vastgebonden zodat zij ook een droge plek hadden voor als het ging sneeuwen. Alles was bedekt met sneeuw behalve het gras onder de boom. De paarden stonden nog vrolijk te grazen, maar Avery was nergens te bekennen. Het kampvuur dat we de dag ervoor hadden gemaakt was nu een smeulend hoopje as. Al zijn spullen lagen er nog, dus hij was waarschijnlijk niet alleen verder gegaan. Al sinds het moment dat ik Avery ontmoette vond ik dat hij zich een beetje raar gedroeg, alsof Toen ik naar de emmer van de paarden keek, waar water in hoorde te zitten, was die leeg. Waarschijnlijk was Avery water gaan halen. Ik besloot om even mijn spieren los te maken en een stukje te gaan rennen en dan zou ik met een omweg naar het stroompje gaan. Toen ik weer de tent in ging om mijn messen te pakken zag ik dat mijn kaart om Avery's slaapmat lag. Ik vond het al raar dat hij wist waar hij water zou moeten vinden, maar nu snapte ik het.
Het was langzaam aan wat warmer aan het worden, het bleef natuurlijk winter maar het zonnetje deed zijn best om wat warmte te geven. Ik rende een rondje om het veldje heen en ging toen naar het stroompje, ik had maar voor de zekerheid de kaart meegenomen voor als ik de weg kwijt zou raken. Het stroompje was een paar kilometer van ons kamp vandaan. Ik kwam onderweg een klein hertje tegen. Ik stopte even om naar hem te kijken, maar hij rende snel terug naar zijn ouders. Ik rende door. Het stroompje was, net als ons kamp, op een kleine open plek in het bos. Als je het stroompje verder volgde ging het verder het dichtbegroeide bos in. Als Avery er was leek het mij leuk om hem te laten schrikken, maar toen ik van achter de bosjes naar de rivier keek was er niemand. Na nog een paar minuten gewacht te hebben liep ik voorzichtig naar het water. Ik zag niemand, maar er viel mij wel iets op. Er waren overal voetsporen in het zand. Éen paar was van Avery, dat kon ik zien aan de grootte en de vorm van de afdruk, maar de andere paren kon ik niet herkennen. Het waren dier-achtige voetsporen, ze leken op mensenvoeten maar bij de nagels zaten er ondiepe gaten in het zand. Deze wezens hadden waarschijnlijk lange, scherpe nagels, zoals beren hebben. Het leek erg op berenpoten, maar die horen veel breder te zijn. Ik vond dit maar raar. Toen ik verder keek zag ik de emmer liggen, half onder het zand verdwenen. Ik pakte het op, hij was helemaal leeg. Het was de opvouwbare emmer voor de paarden. Avery heeft het zo achtergelaten. Maar waarom? Ik volgde de beer-achtige voetsporen met mijn ogen en zag dat ze recht het bos in gingen. Het zag ernaar uit alsof ze iets zwaars mee hadden gesleept, ik ging ervan uit dat dat Avery was. Vlak bij het water waren het allemaal afdrukken door elkaar heen, Avery probeerde daar te ontsnappen. Toen hadden de overvallers hem waarschijnlijk buiten westen geslagen en meegenomen het bos in. Ik aarzelde geen seconde en rende zo hard als ik kon terug naar het kamp.
Toen ik weer bij ons kamp aankwam nam ik Fidel, Galdur en Dowan mee, pakte alles in en reed in galop weer naar de rivier. Ik keek op mijn kaart, het leek alsof de voetsporen weer terug gingen naar het dorp waar wij vandaan kwamen. Dowan en Fidel achtervolgen ons terwijl we het bos inreden. De sporen gingen in een rechte lijn het bos in, ze waren gelukkig ook makkelijk te zien. Het modder-achtige zand hield de sporen in hun plaats. Ik zat na te denken, wie zou hem willen ontvoeren? Of wat.. Ik dacht terug naar toen we in de herberg waren, toen de elf binnenviel. Ik had op dat moment niet echt goed naar haar gekeken, maar ik probeerde mij te herinneren hoe haar voeten eruit zagen. Na even denken wist ik het weer, ze had geen schoenen aan. Ze was geheel bewapend van top tot teen maar ze had helemaal geen schoenen aan. Ik probeerde mij voor de stellen hoe de voeten eruit zagen. Een vage herinnering vertelde mij dat die erg op de voetsporen leken. Het was allemaal maar vaag, maar toen ik goed nadacht wist ik het weer. De elf had beer-achtige voeten, die ik nog nooit eerder had gezien. Het was een raar gezicht. In verhalen die vroeger waren verteld waren elven altijd afgebeeld als angstaanjagende krijgers met voeten met grote klauwen. Ik besloot af te stijgen om nog eens goed naar de sporen te kijken. De elven hadden voor een groot deel sporen in het midden van het pad dus ze waren makkelijk te volgen. Ik knielde naast een voetspoor en keek ernaar. De kuiltjes waar de nagels zaten waren erg diep, die zijn niet gemaakt om gewoon te lopen. De elven hadden geen schoenen aan omdat anders de nagels in de weg zaten. Ik geloof dat deze elven echt uit een andere wereld komen, hoe duivels ze eruit zagen. De voeten waren ook aanzienlijk groter dan normale mensenvoeten, maar dat is ook wel logisch omdat de elf in de herberg nauwelijks rechtop kon staan. Ik steeg weer op en we reden snel weer verder, ik wilde proberen om voor het donker Avery te vinden.
Side note:
Wat zouden jullie ervan vinden als ik soms ga veranderen van Point Of View's? Zelf vind ik dat ze het verhaal wat spannender maken maar zeg aub in de reacties of ik hiermee moet doorgaan of dat dit gewoon een suf idee is XD
JE LEEST
Chinouk
Historical FictionChinouk is op haar vierde verjaardag ontvoerd, haar geheugen wordt gewist en ze wordt als huurling getraind. Wanneer ze erachter komt dat ze niet haar hele leven een huurling is geweest, verlaat ze haar thuis om de waarheid te achterhalen. Het het e...