36

291 24 0
                                    

Hoofdstuk 36 (door: Michelle)

"Ik kan nooit wat goed doen" hoorde Milou haar vader beneden zuchten. Ze had zichzelf vanochtend ziek gemeld en rond drie uur was Davy langsgekomen bij haar vader. Pernille had ze niet meer gezien.

"Jullie hebben het allebei zwaar. Maar het is gewoon moeilijk voor Milou. Jij bent je vriendin verloren en hebt een nieuwe in de vorm van Pernille, maar Milou is haar moeder verloren. Zij kan geen nieuwe zoeken en dan ook nog dat hele gedoe met Ezra."

"Ik weet het, ik wil gewoon dat Pernille en Milou door één deur kunnen zodat we met z'n vieren een gezinnetje kunnen zijn. Maar dat gaat echt nooit lukken."

"Milou kan wel even bij ons slapen als ze wilt. Dan kunnen jullie allebei even tot rust komen."

"Gaat ze niet doen denk ik. Al helemaal niet nu Sanne er niet is. Ze vertelde me dat ze wenste dat ze nooit was terug gekomen uit Amerika."

De tranen vulden Milou haar ogen toen ze het gesprek hoorde. Ze wilde een 'normaal' leven, maar bij haar gebeurde er altijd wel wat. Ze wou dat ze haar leven kon doorspoelen naar het moment dat ze weer gelukkig zou zijn.

-

Milou werd wakker door geklop op haar deur. Ze hoorde de deur zachtjes opengaan en even later weer dicht gaan. Haar hoofd draaide ze naar de deur. Er stond een dienblad met eten en drinken op de grond. Net op dat moment begon haar maag te knorren. Ze keek op de klok en zag dat het half zes was geweest. Etenstijd dus.

Met een zucht stond Milou op en liep richting het dienblad. Op een bord lagen wat pannenkoeken. Naast het bord stond een glas melk en siroop met poedersuiker. Met het dienblad liep ze naar haar bed. Haar laptop die op het uiteinde van haar bed lag pakte ze er ook bij.

Via Funda ging ze op zoek naar appartementjes die ze kon huren. Misschien moest ze maar gewoon op zichzelf gaan wonen. Hoe moeilijk het ook zou worden, dan krijgen Else en haar vader tenminste rust als Pernille Else tenminste bij haar vader liet zijn.

-

De klok gaf half 7 aan. Milou gooide haar laptop aan de kant en sloop de trap af. Bij de kapstok deed ze haar sneakers en een jasje aan. Ze zou Ezra weer gaan zien, de hele dag had ze er naar uit gekeken. Ze sloop verder naar de achterdeur en eenmaal in de tuin sprintte ze naar haar fiets en fietste de tuin uit voordat haar vader haar zou zien. Hij vond altijd dat als ze ziek was Milou ook nergens anders naartoe mocht, maar ze moest naar Ezra.

Licht nahijgend van de vele trappen die ze gelopen had kwam ze bij de kamer van Ezra. Voorzichtig liep ze de kamer in. Zijn ouders zaten op stoelen naast zijn bed. Ezra zijn ogen waren gesloten. Zijn vader keek op. Hij glimlachte zwakjes.

"Hey Milou" zei hij zachtjes.

"Hey" Milou glimlachte zwakjes terug.

"Kom erbij" zei zijn moeder.

"Is er nog nieuws?" Vroeg ze voorzichtig. Niet wetende wat ze kon verwachten.

"Ze zeggen dat hij een sterke is" zijn vader keek Ezra even aan. Een zwakke glimlach sierde zijn gezicht, maar in zijn ogen ontstonden tranen. "Ze hebben hoop, maar het is nog steeds kritiek."

"Ik wou dat ik daar lag" snikte zijn moeder. "Ezra moet nog zoveel doen in zijn leven."

Een arm werd om haar heen geslagen. "Het komt goed" fluisterde hij. Bij Milou ontstonden er tranen in haar ogen. Langzaam gleed er één over haar wang. Snel veegde ze hem weg.

"Zou je bij ons willen slapen Milou?"

Milou keek op. "Ik wil jullie niet tot last zijn."

"Dat ben je niet. Ezra houdt van je en het is fijn om ontbijt voor iemand te kunnen maken."

"Oké dan" knikte Milou.

Op beide gezichten kwam een zwakke glimlach.

"We laten je wel even alleen anders. Kunnen wij even wat drinken" de vader van Ezra nam zijn vrouw mee de kamer uit.

"Hey Ez, ik ben er weer" begon Milou. Ze pakte zijn hand en drukte er een kus op. "Ik mis je zo. Ik wou dat het weer die zomer was toen we samen een opdracht voor school moesten doen. Jij was de badboy die besloot de opdracht niet te gaan maken, maar wat leuks te doen en de antwoorden van je vrienden over te nemen. De tijd dat we nog geen gevoelens voor elkaar hadden, maar alles zag er zo rooskleurig uit. Mijn vader en ik waren nog met z'n tweeën en ik was nog close met Willemijn."

Milou zuchtte even. "Nu is mijn leven één grote puinhoop en lig jij hier." Een licht kneepje voelde ze in haar hand. "Ez? Was jij dat?" Ze wist niet of het echt was of dat ze het gedroomd had, maar dit had ze nog nooit gevoeld. Even voelde ze een sprankeltje hoop, maar was die hoop terecht?

Bloed, zweet en tranen | vervolg mist & regen (voltooid)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu