48

418 23 2
                                    

Pov Dioni

Mijn vader staat op van de bank en loopt naar hem toe, 'Waag het niet om hem maar ook met één vinger aan te raken.' sist hij. Die eikel kan niks anders dan in de lach schieten, maar ik zie er de lol er niet van in. 'Dus nu geef je opeens zielsveel om hem? Vroeger wilde je hem ook al niet.' lacht hij en ik kijk van de een naar de ander. Ik verwacht dat elk moment de oorlog uit zal barsten. 'Volgens mij was jij degene die hem niet kon waarderen. Ik heb altijd contact met hem gezocht.' antwoord mijn vader. Ik kijk even naar hem, maar er is geen sprankeltje angst van zijn gezicht te lezen. 'En nu hebben jullie opeens een band? Denken jullie nou echt dat dat zo makkelijk gaat?' vraagt die eikel en hij grijpt me naar mijn keel. Ik hap naar adem en kijk hem angstig aan. Normaal zou ik van alles doen om hem van me af te krijgen, maar ik laat hem zijn gang gaan en ik heb geen idee waarom. Angst? 'Deze jongen heeft geen toekomst en daar wil je hem bij helpen?' hoe durft die klootzak zo tegen mijn vader te praten en hem überhaupt zo'n blik te sturen? Denkt die dat hij dat recht heeft nadat hij me jaren voorgelogen en verrot geslagen heeft? 'Mijn zoon heeft een enorme toekomst voor zich, waar jij niet inzit.' antwoord mijn vader op een geïrriteerd. Ik wil ze smeken om op te houden met ruzie maken, maar ik ben nog altijd aan het happen naar adem. Ik voel zijn greep steeds dichter om mijn keel en ik pak zijn pols vast, in de hoop hem op tijd van me weg te krijgen, maar de energie is uit mijn hele lichaam verdwenen. Ik spartel met mijn benen, maar niks werkt. Voor ik het echter door heb smijt hij me op de grond en nog altijd happend naar adem beland ik in een enorme hoestbui. 'Dat joch is niks waard, wat wil je in godsnaam van hem?' klinkt de stem van die eikel. Ik probeer mezelf af te sluiten van mijn omgeving. Ik wil het niet zien, niet voelen en al helemaal niet horen. Ik voel een trap tegen mijn kaak en de vlekken voor mijn ogen worden nu alsmaar erger. 'Dat joch is meer waard dan dat jij ooit bent geweest of zal zijn! Hij is meer waard dan de meeste mensen op deze klote aardbol!' hoor ik mijn vader schreeuwen. Het liefst vlieg ik hem nu om de hals, omdat ik zo dankbaar ben dat een keer te horen van iemand. Ik denk dat dat iets normaals is. Elke jongen vind het toch belangrijk dat zijn vader trots op hem is of niet soms? 'Hij heeft meer bereikt dan de meeste mensen hier en hij is nog lang niet klaar!' schreeuwt mijn vader en ik hoor de woede in zijn stem. Ik leg mijn handen op mijn oren, in de hoop het geschreeuw te dempen. Godzijdank, want het werkt. Ergens ver in de achtergrond hoor ik mijn vader nog altijd schreeuwen. Ik sluit mijn ogen, ik wil rust. Ik wil verdomme alleen maar rust in mijn kop. Ik voel mijn hoofd bonken en ik probeer bij te houden hoeveel trappen in mijn maag ik op dit moment krijg, maar het valt niet te tellen. Ik denk dat ik aan die pijn gewend ben geraakt, want ik voel het nauwelijks. Ik proef de bloed in mijn mond en ik spuug het uit, toch blijft er meer komen. Ik open mijn ogen en zie dat mijn vader hem van me af probeert te halen, maar die klootzak verzet zich. Ergens diep van binnen heb ik spijt dat ik niet naar de politie ben gegaan, maar dat had ik nooit gekund; dus nu moet ik zelf maar leven met de pijn. Ik hoor zoveel geluiden om me heen dat ik het niet meer bij kan houden. De zwarte vlekken dansen voor mijn zicht en ik sluit opnieuw mijn ogen. Ik hoor stemmen, meer stemmen dan eerst. Wie is daar? Ik open één oog in de hoop een glimp op te vangen en ik zie Annefleur naast me neer hurken. Shit, ze moet hier weg. 'Het komt goed, lieverd.' galmt haar stem door mijn hoofd. Ik draai mijn hoofd en zie nu hoe die klootzak geboeid word door twee agenten. Wacht, hoe komt de politie hier? Er gebeurt veel te veel, maar ik neem alles in me op. Ik hoor zijn woorden nog voordat hij het appartement uit word getrokken, 'Ik krijg jou nog wel, waardeloos joch!' schreeuwt hij kwaad terwijl de agent hem wegtrekt. De andere agent hurkt naast me neer. 'Er moet een ambulance gebeld worden.' zegt hij en hij werpt een blik op mijn vader. Ik schud mijn hoofd, 'N-Nee.. H-Het gaat p-prima.' stotter ik en spuug nog meer bloed uit. Prima? Je kan beter zeggen, nee laat maar, ik ben het wel gewend.

More than roomates ft. B-BraveWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu