-18-

3K 90 47
                                        

POV KARA

Ik wrijf in mijn handen en probeer ze warm te houden. Ook mijn tenen zijn aan het veranderen in ijsklontjes. Tien meter van onze staan Carmella en Bloom beiden op hun hakken de klapperen van de kou. Ze klagen dat hun voeten ijskoud zijn. Eigen schuld als je het mij vraagt, hakken vormen niet bepaald warme schoenen.

'Gaat het nog?' vraagt Caden als hij mijn handen vastneemt en ze warm wrijft.

'Ja hoor, maar hoe komt het dat jij altijd zo'n warme handen hebt?' vraag ik klagerig en Caden lacht.

'Geen idee, maar als ik heb ontdekt hoe en waarom, zal ik het je laten weten.'

'Klinkt als een goed idee.'

Aan de andere kant van het binnenplein roept onze leerkracht dat we gaan vertrekken naar het station. Carmella en Bloom laten weten dat ze met de auto van Bloom gaan omdat ze niet door deze koude zullen wandelen. De leerkracht haalt zijn schouders op en laat ze gaan. Beter voor ons, zou ik zeggen. Al begrijp ik niet helemaal hoe Bloom al kan autorijden.

'Kara, hoeveel laagjes heb je aan?' vraagt Caden en ik denk even. Ik draag nu mijn ondergoed, een onderhemdje, een T-shirt met lange mouwen, een dikke trui en mijn jas.

'Vijf.' grinnik ik en Caden schudt zijn hoofd.

'Vijf lagen en toch heb je het nog steeds koud? Je gaat me toch niet zeggen dat je ook twee paar kousen aan hebt, hé?'

'Jawel.' antwoord ik trots. In mijn Doctor Martens draag ik 2 paar van mijn dikste sokken.

'Als ik me het goed herinner, heb ik eens gehoord dat 2 paar sokken dragen slecht is voor je voeten.'

Ik haal m'n schouders op, 'Slecht of niet, het houdt mijn voeten wel warm.'

'Mag ik even jullie aandacht?' onze leerkracht staat op een trapje om zo boven de leerlingen uit te komen, 'Zometeen vertrekken we naar het station. Onze trein vertrekt om vijf na zeven en wie slentert en daardoor achterblijft, de trein wacht niet, dus wij ook niet.' hij denkt nog even na en zegt dan: 'We kunnen gaan.'

Nog geen vijf minuten later passeert de roze Tesla van Bloom. Het verbaast me niets dat hij roze en duur is. Bloom is echt de definitie van een clichépersoon. Vanuit de auto klinkt luide muziek. De beats van de nieuwste nummers dreunen door de ramen heen en ik trek mijn neus op.

'Wat scheelt er?' vraagt Caden bij het zien van mijn zuur gezicht.

'Hun muziek. Je weet hoe hard pop mij irriteert.' antwoord ik en Caden lacht.

'Je zal het toch ooit eens moeten leren verdragen, Kara, niemand luistert nog naar jou genre' zegt iemand die voor ons loopt, maar ik kan niet goed zien wie het is.

'Oh ja? Je weet niet eens wat ik luister.'

'Wat je ook zegt, de muziek is lelijk en trekt op niets.'

Gefrustreerd zucht ik. Met hoeveel personen zal ik deze discussie nog moeten hebben. 'Ik luister punk en rock en voor je nog iets zegt: ik wed dat je nog nooit de moeite hebt genomen om er deftig naar te luisteren. Zolang je dat niet gedaan hebt, mag je niets zeggen.'

'Ik mag beoordelen wat ik wil. Als jij pop kan beoordelen, beoordeel ik jouw muziek ook.'

'You're the judge, oh no, set me free.' zing ik terwijl ik met mijn ogen draai.

'Andy, laat haar gerust.' zegt zijn vriend, die mij een knipoog geeft. Hem herken ik wel als Cedric. Hij leunt iets naar me toe en fluistert: 'Ik vind dat je best een goeie muziekstijl hebt.' en ik glimlach.

Roommates with the BadboysWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu