Finn, Clarke en Wells zijn de zeewier aan het halen voor Jasper zijn wond. Dat is nog zijn enigste hoop. Octavia blijft bij Jasper. Terwijl ik wat rondloop. De muur is al bijna klaar. Maar ze moeten niet denken dat dat mij binnen sluit. Ik loop verder de bossen in. Even de stilte en rust opzoeken. Op het kamp is het nooit rustig. Dan vliegt er opeens een bijl tegen de boom langs me aan. Ik schrik me dood en verstop me achter de boom. "Sorry". Het is Bellamy. "Wat doe jij hier?". "Ik moest even weg van iedereen". Dan zie ik dat Murphy en Atom met een paar andere staan te wachten. Ze zijn vast aan het jagen. Ik wil weer weg lopen maar Bellamy houdt me tegen. "Je loopt meteen terug naar het kamp of je loopt met ons mee. Ik laat je niet alleen rondslingeren". Ik zucht een keer maar volg hem toch. Ik zou toch nooit in een keer de weg terug weten.
Dan horen we opeens een hoorn. Een soort van alarm. In de verte zien we mist aankomen. "Rennen!" schreeuwt Bellamy. Iedereen rent een andere kant op. Bellamy pakt mijn hand vast en trekt me mee naar een grot. "Hier moeten we veilig zijn". Ik kijk hem bang aan. We horen iemand schreeuwen. Ik ga op de grond zitten met mijn armen om mijn benen gewikkeld. Ik had bij het kamp moeten blijven. Ik had nooit weg moeten gaan. Bellamy komt langs me zitten. Uren gaan voorbij. Het begint al donker te worden. "Hoelang moeten we hier blijven?". "Tot we zeker weten dat het veilig is". Ik begin te rillen van de kou. Bellamy trekt zijn jas uit en legt hem over me heen. "Hier". Ik kijk hem dankbaar aan.
Ik open langzaam mijn ogen. Ik lig helemaal tegen Bellamy aan. Hij heeft een arm om me heen liggen en houdt me stevig vast. Zo stevig alsof die bang is dat ik weg ga. Ik maak hem wakker. Als hij merkt dat hij me vast houdt laat hij snel los en ik ga van hem af. "We moeten weer terug". We maken ons klaar. Het is veilig buiten. "Hallo!". Murphy komt er met een paar andere aangelopen. "Waar is Atom?" vraag ik. Octavia en Atom zijn deze dagen heel close geworden. We beginnen hem te zoeken. Dan schreeuwt er iemand. Iedereen rent er naar toe om te zien dat Atom op de grond ligt. Hij heeft moeite met ademen. Zijn hele lichaam lijkt wel verbrand. "Iedereen ga terug naar het kamp". Ze lopen allemaal weg maar ik blijf staan. "Sky, jij ook". "Ik laat je niet alleen". Ik ga aan de andere kant van Atom op de grond zitten. "V-vermoord me". Bellamy pakt zijn mes maar hij kan het niet. Dan horen we opeens een geluid achter ons. Het is Clarke. Ze pakt voorzichtig het mes uit Bellamy zijn hand en neuriet een liedje terwijl ze de mes in Atom zijn nek steekt. Ik pak Bellamy zijn arm vast en leg mijn hoofd op zijn schouder. Hoe moeten we dit tegen Octavia zeggen?
Clarke verzorgt snel Jasper met het zeewier. Octavia komt snel naar ons toegelopen en kijkt nog verward van wat er gebeurd is. "Waar is Atom". "Het spijt me, O". Ze begint nee te knikken. "Het is allemaal jouw schuld!" ze duwt tegen Bellamy en loopt dan weg. Ik achtervolg haar snel. Ik weet al precies waar ze naar toe gaat. Het vlinderveld. En ja hoor daar zit ze tegen een boom aan. Ik ga naast haar zitten en ze begraaft al snel haar hoofd in me shirt. "Het spijt me zo erg, O, ik weet wat hij voor je betekende". Ze kijkt me opeens serieus aan. "Beloof me dat wij het samen overleven. Dat wij elkaar blijven hebben. Beloof me dat". Ik trek haar weer in een knuffel. "Ik beloof het je. Wij blijven bij elkaar en dat kan niks veranderen".
JE LEEST
Still alive//the100
FanfictionSkyler. Ook wel bekend als de mysterie girl. Wordt naar de aarde gestuurd met 99 andere. 99 criminelen. Skyler hoort daar ook bij. Ze heeft een zus. En de regels op de Ark gelden dat iedereen maar 1 kind mag hebben. Haar ouders waren slim en gaf haa...