Hoe Marion de woensdagavond had doorgekomen, wist ze donderdagochtend zelf ook niet. Een poging om een tijdschrift te lezen had ze maar snel opgegeven. Het tijdschrift was met een boogje weer terug op de salontafel terecht gekomen. Ze had geen zin in gezelschap, wilde de deur ook niet uit en dus had ze de televisie maar aan gezet. Er was een of andere film op een van de commerciële zenders en die had ze aan laten staan. Wie de hoofdrol had? Waar het verhaal over ging? Marion had alleen flarden gezien. Ze bleef piekeren over het telefoontje van de huisarts en wat dat voor gevolgen zou kunnen hebben.
Als agente had ze inmiddels het nodige meegemaakt en kon ze wel tegen een stootje. Schotwonden, plassen bloed, lichamen in staat van ontbinding, daar lag ze meestal niet meer wakker van. Het deed haar wel wat, gelukkig wel. Ze kon zich niet voorstellen dat ze een lijk zou zien en het meteen van zich af zou kunnen zetten. Als ze zo afgestompt zou zijn, zou ze dit werk niet meer kunnen doen. Ook niet meer willen doen. Alleen als het heel dicht bij kwam, dan nam ze het wel mee naar huis.
Zoals die keer een aantal jaar geleden dat ze met Romeo een getuige wilde verhoren in een café. Ze werden verrast door de dader van de moord die onderzocht werd en de man had zijn jachtgeweer bij. Hij had in enkele seconden gericht en de getuige in zijn buik geschoten. Nog voor Marion en Romeo hun wapen hadden kunnen trekken, bedreigde de man hen. Hij had ze vastgemaakt aan een tafelpoot en wilde niet luisteren naar hun opmerkingen en adviezen. Hij raakte opgefokt en wilde niet onderhandelen met de politie. Hij wilde wraak! Toen dat niet snel genoeg ging, begon hij te dreigen. Hij dreigde Romeo of Marion dood te schieten. Toen hij nog steeds zijn zin niet kreeg, pakte hij zijn jagersmes. Marion voelde het koude lemmet op haar buik, nadat hij de knoopjes van haar politieblouse had opengerukt met het mes. Op het moment dat de man zijn arm naar achteren bewoog om toe te steken, precies op dát moment, kwam het arrestatieteam binnen en schoot de man neer. Marion had niet getwijfeld aan de bedoelingen van de man. Als ze ook maar één seconde later waren geweest, had het mes door haar hemd heen in haar buik geprikt. De nachten daarna schrok ze regelmatig wakker van een strak gevoel in haar buik. Praten met een collega van het BedrijfsOpvangTeam had haar in die periode geholpen, net als de steun van Romeo. Hij had tenslotte naast haar gezeten en had het allemaal aan moeten zien zonder iets te kunnen doen. Zo dicht bij de dood was ze voor haar gevoel nog niet eerder geweest. Zelfs niet toen haar minnaar René gedreigd had haar iets aan te doen. Het telefoontje van gisteren bezorgde haar echter diezelfde angst rond haar navel. Wat nou als het echt ernstig was?Slapen had ze die nacht nauwelijks gedaan. Gewoeld, gedraaid, tussendoor wat water gedronken; de uren waren voorbij gekropen. Om zes uur was ze alweer wakker geworden en had ze besloten maar op te staan. Ze had een lange douche genomen, zich aangekleed en ontbeten met een boterhammetje en een kopje thee. Meer had er niet in haar maag gepast. De zenuwen hadden de meeste ruimte al in beslag genomen. Om acht uur vond ze dat ze lang genoeg had gewacht om naar het bureau te gaan. Zo vroeg was ze 's ochtends nog nooit in het gebouw aan de Prins Bisschopsingel geweest, in ieder geval niet als het niet strikt noodzakelijk was. Een ochtendhumeur had ze niet, maar een echt ochtendmens was ze ook niet. Romeo keek dan ook verbaasd toen hij zag dat Marion al achter haar bureau zat op het moment dat hij binnenkwam. "Ja, ik was vanochtend al vroeg wakker. Dus ik dacht: 'laat ik maar vast beginnen'. Ik moet vanmiddag ook even weg, dus eigenlijk kwam het wel goed uit," verontschuldigde Marion zich. "Wat ga je doen?" vroeg Romeo belangstellend. "Oh, je weet wel, vrouwendingen." Romeo keek wat ongemakkelijk bij dit antwoord en vroeg inderdaad niet verder, zoals Eva en zij gisteren al gedacht hadden.
Het was rustig op het bureau, dus ook de ochtend was voorbij gekropen. Marion had het PV'tje dat gisteren was blijven liggen zo goed en kwaad als het ging afgemaakt. Na de koffiepauze waren ze de straat op gegaan, een rondje door de stad, om te surveilleren. Normaal gesproken vond ze het altijd een goede afwisseling van het kantoorwerk, naar buiten en een frisse neus halen, maar vandaag kon het haar niet zoveel schelen. Om Romeo niet ongerust te maken, had ze met een gemaakte glimlach door de stad gelopen. Tijdens de lunchpauze had ze Romeo wat vragen gesteld over de cursus die hij aan het volgen was. Uiteraard was hij daar erg enthousiast over en vertelde voluit over de leiders, wat hij geleerd had en hoe hij dat in de praktijk wilde gaan toepassen. Hierdoor viel het niet zo op dat Marion zelf wat stilletjes was.Uiteindelijk was het dan toch middag geworden. Om half drie stond Marion omgekleed in de kleedkamer op Eva te wachten. Toen ze Eva niet meteen zag, was ze even bang dat die weer in een lastige zaak zat, opgehouden werd of misschien wel vergeten was dat ze met Marion mee zou gaan. Een minuutje later stoof Eva met een wat verhit hoofd de kleedkamer binnen. "Oh, gelukkig, Marion, je bent er nog! Wolfs bleef maar vragen stellen aan de buurvrouw van het meisje uit onze zaak. Je weet wel, zo'n blonde meid met een veels te kort rokje aan en hoe ze dan iedere keer naar Wolfs glimlachte en..." Eva had zich enorm geërgerd aan hun, nee zijn gedrag, maar toen ze zag hoe Marion keek, hield ze abrupt op met klagen. "Maar goed, je bent er nog, ik ben er ook, dus laten we maar gaan. Hoe eerder je weet wat er nu aan de hand is." Marion knikte wat ongemakkelijk en pakte haar handtas op. Eva sloeg haar arm kort om Marions schouder en gaf er een bemoedigend kneepje in. "Het komt goed, Mar." Ze liepen het bureau uit, op weg naar het ziekenhuis.
JE LEEST
Flikken Frutsels
Fiksi PenggemarKorte verhalen over Flikken Maastricht. Alle personages zijn bedacht door en eigendom van AVROTROS