Als we bij Ashton aankomen gaan we gelijk avondeten. "Het was erg lekker mevrouw". Zeg ik. "Zeg maar Anne-Marie hoor lieverd". Zegt Anne-Marie. "Oké". Zeg ik en ik glimlach naar haar. "Ik zal je de logeerkamer kamer laten zien". Zegt Ashton en hij staat op. Ik sta ook op en volg hem. Als we bij de logeerkamer aankomen en Ashton doet de deur open staat er niets, geen bed niets. "MAM!" Schreeuwt Ashton naar beneden. "Wat is er lieverd?" Vraagt Anne-Marie terwijl ze de trap op loopt. "Waar is het logeerbed?" Vraagt Ashton. "Die heb ik weg gedaan". Zegt Anne-Marie. "Dan slaap je bij mij in bed. Is dat erg?" Vraagt Ashton. "Nee dat is niet erg". Zeg ik. "Mooizo, ik zal je tas op mijn kamer neerzetten". Zegt Ashton. "Oké". Zeg ik. Ashton loopt weg. "Je bent een leuke meid, zorg goed voor Ashton als hij weer verdrietig is alsjeblieft. Nog nooit heeft hij een meisje zo snel toegelaten in zijn leven". Zegt Anne-Marie. "Dankuwel en nooit zal ik hem laten vallen of pijn doen en ik zal er altijd voor hem zijn". Zeg ik. Anne-Marie glimlacht en loopt naar beneden. Even later komt Ashton naar me toe. "Ik zal je een rondleiding door het huis geven". Zegt Ashton en hij pakt mijn hand. Als we bij zijn kamer aankomen gaat hij op bed zitten. Ik kijk de kamer rond. Een mooie kamer heeft hij. "Mooie kamer heb je". Zeg ik terwijl ik naast hem ga zitten. "Dankje". Zegt Ashton. "Zal ik ooit nog met Luke kunnen praten?" Vraag ik. "Hij draait wel bij, dat weet ik zeker". Zegt Ashton. "Dankje". Zeg ik en ik geef hem een knuffel. "Lieverds, komen jullie het toetje eten?" Vraagt Anne-Marie. "Ja we komen mam". Zegt Ashton en we staan op. Als we beneden zijn gaan we weer aan tafel zitten. Het toetje is een taart gemaakt van fruit. "Wow, dit is echt lekker". Zeg ik. "Bedankt, ik ben hier sinds gister mee bezig geweest"". Zegt Anne-Marie. "Kate, ben jij goed in voetalspelletjes?" Vraagt Ashton. "Jij". Zeg ik. "Dat zullen we zien". Zegt Ashton en hij staat op en gaat op de bank zitten en zet de tv aan. Ik ga naast Ashton zitten en hij geeft me een controller. Na een half uur heb ik gewonnen, twee keer. "Je speelt vals!" Zegt Ashton en hij doet alsof hij moet huilen. "Awh niet huilen Ash, als je tegen Calum ofzo speelt". Zeg ik en ik geef hem een knuffel. "Jij bent de enige waarvan ik heb verloren". Zegt Ashton. "Awh". Zeg ik. We kijken nog een film en gaan daarna slapen.
Om zeven uur gaat de wekker. "Kom Kate". Zegt Ashton. "Kunnen we het eerste uur niet skippen? Het is Fletcher maar die we missen". Zeg ik. "Oké dan". Zucht Ashton. "Dankje". Zeg ik en ik ga weer terug liggen. Een half uur later voel ik ineens iets nats over me heen en het is heel koud. Ik gil. "ASHTON!" Schreeuw ik. "Ik ben Ashton niet". Zegt Michael. Ik open mijn ogen en geef hem een knufffel. "Nu ben ik ook nat". Zegt Michael. "Arme jij, wat doe je hier?" Vraag ik. "Ashton belde me. Hij is al naar school en ik moest van hem op jou passen, wat doe je hier eigenlijk?" Vraagt Michael. "Ruzzie met Luke". Zeg ik zacht en ik krijg weer tranen in mijn ogen. "Stil maar Kate, het is al goed". Zegt Michael en hij knuffeld me. "Het komt wel goed Kate en weet dat ik er altijd voor je ben". Zegt Michael en hij kijkt me aan. "Michael wil je zeggen wie dat meisje is?" Vraag ik. "Liever niet, jij kent haar namelijk en ja ik wil niet dat de vriendschap verpest word". Zegt Michael. "Oké, als je het nog niet wilt vertellen is het goed". Zeg ik. "Kom je moet je aankleden en daarna ontbijten. Daarna gaan we naar school". Zegt Michael. "Spijbel jij nu eigenlijk om bij mij te zijn?" Vraag ik als ik het bed uitstap. "Ja klopt, doe dit maar aan". Zegt Michael en hij geeft me een kort spijkerbroekje met een simpel zwart shirt. "Bedankt". Zeg ik. "Ik ga even buiten wachten". Zegt Michael ongemakkelijk. "Goed plan". Zeg ik lachend door Michael's ongemakkelijkheid. Michael loopt de kamer uit en ik kleed me om. Als ik omgekleed ben doe ik wat make-up op en loop de kamer uit waar Michael nog steeds staat te wachten. "Vanavond is er een schoolfeest voor het nieuwe schooljaar en het is donderdag en morgen hebben we door het schoolfeest geen les". Zegt Michael. "Ja ik wil wel mee hoor". Zeg ik met een glimlach. "Wil je samen met mij gaan?" Vraagt Michael onzeker. "Tuurlijk". Zeg ik en ik geef hem een kus op zijn wang en daarna een knuffel. "Echt?" Vraagt Michael. "Ja". Zeg ik. Michael glimlacht nu ook. "Nooit zei een meisje ja". Zegt Michael. "Die meisjes weten niet wat ze missen". Zeg ik en ik pak zijn hand en trek hem mee naar beneden waar we gaan ontbijten. "Het ontbijt was ook weer lekker, dankjewel Anne-Marie". Zeg ik. "Nee jij bedankt". Zegt Anne-Marie. Ik glimlach en Michael en ik gaan naar school. "Je weet wel dat we nu een uur moeten nablijven hé". Zegt Michael als we op de fiets zitten. Michael fietst en ik zit achterop. "I really don't care". Zeg ik. "Ik ook niet, ik heb genoeg vrije tijd. Iets te veel vrije tijd". Zegt Michael en we beginnen te lachen. Als we op school aankomen staat de directrice boos ons op te wachten. Als ze ons ziet komt ze boos naar ons toe. "Meneer Clifford en mevrouw Jannet, waar komen jullie vandaan?" Vraagt ze boos. "Ik moest overgeven". Zeg ik snel. "Ongeloofwaardig, jullie blijven twee uur na morgen, op de vrije dag". Zegt mevrouw de directrice. "Oké, mogen we nu naar binnen? Economie begint zo". Zeg ik. "Ja". Zegt mevrouw de directrice en ze laat ons door. Als we de klas binnenlopen kijkt iedereen ons aan. "En hoertje was het lekker?" Vraagt Jade. "Hoe bedoel je Jade?" Vraag ik. "Jij was een uur weg samen met die lelijkerd daar dus ja 1+1=2, dus vul zelf maar in". Zegt Jade. "Noem mij een hoer en alles maar zeg nooit meer dat Mikey lelijk is. Als ik dat nog een keer hoor word ik boos, heel boos". Zeg ik terwijl ik boos naar haar toe loop. "Oeh is Kate een beetje heel erg verliefd?" Vraagt Jade uitdagend. "Hij is iemand die er voor me is. Net zoals Luke en Ashton en Calum". Zeg ik en ik wil haar slaan maar ik word opgetild door iemand en naar een lege tafel gebracht. Als ik zit zie ik dat Luke me heeft opgetild. "Blijf van me af voortaan". Zeg ik tegen Luke. "Kate het spijt me van gister echt waar. Ik had nooit zo mogen reageren, het spijt me zo erg". Zegt Luke en ik zie in zijn ogen dat hij het meent. Ik glimlach naar hem en knuffel hem. "Wacht. Waar is Michael?" Vraag ik een beetje in paniek. "Hij rende weg toen hij lelijk werd genoemd. Calum en Ashton zijn hem gaan zoeken". Zegt Luke. "En wij gaan meezoeken". Zeg ik en ik sta op en pak Luke's hand en trek hem mee de klas uit. Als we op de gang zijn is het heel stil. Totdat Ashton en Calum aankomen lopen. "We kunnen Michael niet vinden". Zegt Calum buiten adem. "Wat?" Vraag ik. "We kunnen Michael niet vinden". Zegt Calum weer. "Ik hoorde je wel". Zeg ik. "Ik moet hem vinden". Zeg ik en ik pak mijn mobiel. Ik bel Michael.
M: Heey met Michael
K: Mikey waar ben je? Luke, Calum, Ashton en ik zijn bezorgd. Heel bezorgd
M: Dit is mijn voicemail haha, ik bel je wel terug als je belangrijk voor me bent. Spreek iets in na de piep
Ik hang op. "En?" Vraagt Calum. "Voicemail". Zeg ik. Waar zou hij toch kunnen zijn? Op de fiets had hij mij nog verteld dat als hij nog een keer pijn gedaan werd hij een einde aan zijn leven wou maken. Nee het zal toch niet? "Ik weet waar hij is! Ashton breng me naar het station". Zeg ik en ik ren de school uit. Ashton rent me achterna en we stappen in en rijden naar het station. "Wat doen we hier?" Vraagt Ashton. "Niet nu". Zeg ik en ik spring uit de auto en ren naar de lijn waar de eerst volgende trein zal rijden. Als ik daar aankom zie ik Michael staan, naast de treinrails. "MICHAEL!" Schreeuw ik met tranen in mijn ogen. Michael kijkt me aan en hij huilt. Ik ren naar hem toe. Ik hoor de trein al aankomen. Michael wilt bijna springen als ik hem net optijd terug trek. "Michael". Zeg ik huilend en ik knuffel hem. "Het spijt me zo Kate". Zegt Michael. "Je leeft nog, er is niets met je aan de hand en dat is het belangrijkste". Zeg ik en ik knuffel hem steviger. "Kom, we gaan naar Ashton en dan naar huis". Zeg ik en ik pak zijn hand. "Kate, het spijt me echt". Zeg ik. "Ik snap waarom je het wou doen, maar dit is niet de juiste oplossing". Zeg ik. "Ik hou van je Kate". Zegt Michael. Ik kijk hem aan. "Ik hou ook van jou Michael". Zeg ik. "Dat meisje, waar ik het over had ben jij". Zegt Michael. Ik glimlach. "Kom we moeten gaan, wil je vanavond nog naar dat schoolfeest?" Vraag ik Michaels zin negerend terwijl we beginnen te lopen. "Ja". Zegt Michael. "Dan gaan we vanmiddag shoppen". Zeg ik. Als we bij de auto aankomen zie ik Ashton ongerust rondjes lopen. "Ash, Mikey is oké". Zeg ik. Ashton kijkt op en geeft Michael een knuffel. "Doe dat nooit meer". Zegt Ashton. "Nooit meer". Zegt Michael. We stappen in en Ashton zet ons bij mijn huis af. "Hee mam". Zeg ik. "Hee lieverd, wie is die jongen die je bij je hebt?" Vraagt mijn moeder. "Een goede vriend van me, wij gaan naar mijn kamer". Zeg ik. "Hoezo ben je nu al terug?" Vraagt mijn moeder. "Dat is iets wat jij niet hoeft te weten". Zeg ik en ik trek Michael mee naar mijn kamer. Ik wil wat zeggen als ineens de voordeur open word gegooid en mijn moeder begint te schreeuwen. Ik kijk Michael aan en ren daarna naar beneden. Daar zie ik dat mama word vastgehouden door een vreemde man en daarvoor staat een man met een pistool op mijn moeder gericht. "Wat is dit?" Vraag ik. Alle drie kijken ze me aan. "Ah daar heb je onze helper. Door jou weten we wie onze baas heeft vermoord". Zegt de man die mijn moeder vast houd. "Aan wie heb je het allemaal verteld?" Vraagt mijn moeder boos. "Aan Michael, Calum, Ashton en Luke". Zeg ik, "Maar hun hebben beloofd dat ze het aan niemand anders zouden vertellen". "En dat hebben ze ook niet gedaan, kijk Peter daar die volgt jou al een tijdje en ik volg je moeder al een tijdje". Zegt de man weer die mijn moeder vast heeft. "Maar hoe bedoel je baas?" Vraag ik. "Peter leg jij het haar even uit? Ik neem die moeder mee". Zegt die man weer. "Is goed Shane". Zegt Peter terwijl hij naar mij toe loopt. Ik zie dat Michael naar beneden komt. "Mag hij er ook bij zijn?" Vraag ik terwijl ik naar Michael wijs. "Is goed". Zegt Peter. Ik loop naar Mikey, pak zijn hand en trek hem mee naar de bank. Peter gaat naast mij aan de andere kant zitten. "Wat is er nou aan de hand?" Vraag ik.
-----
Ik wil graag weten wat jullie er tot nu toe van vinden.
-----