3.

46 2 0
                                    

'Ik ben zeventien, om precies te zijn.'

'Fijn. Ik was al bang dat ik tussen de dinosaurussen moest gaan wonen.' De jongen trekt zijn in flanellen ruitjesblouse gestoken arm weer in en maakt een hoofdknikje naar me. 'Tenminste... je woont hier toch, hoop ik? Anders haal ik alsnog de gemiddelde leeftijd ver naar beneden.'

'Ja, ik woon hier al mijn hele leven,' antwoord ik met mijn blik naar beneden gericht, waar een karamelkleurige haarbal van een hond mijn schoenen staat te besnuffelen. De meeste mensen zouden nu misschien bukken om het beest te aaien, maar ik heb nooit veel met honden gehad.

'O, gelukkig,' klinkt het opgelucht uit de mond van de jongen.

Zijn stem zorgt ervoor dat mijn blik weer omhoog glijdt totdat die de zijne ontmoet. Zijn ogen zijn ongeveer even grijs als de stoeptegels onder onze voeten. 'En wie ben jij?' Normaal gesproken ben ik niet zo assertief, maar ik ken nou eenmaal alle jongens uit het dorp. De plaatselijke basisschool is niet zo groot. Met praktisch al mijn leeftijdsgenoten heb ik nog in de poppenhoek gespeeld. Zelfs met die irritante Victor Willemse die het altijd nodig vond om meisjes te slaan met de poppen.

'Aiden,' stelt de jongen zichzelf voor. 'Ik kom in dit gat wonen. En jij heet...?'

'Lesley.'

De jongen knikt bewonderend. 'Zo zo, wat een moderne naam. Ik had meer een Truus of een Jannie verwacht. Wel, of toch op z'n minst een Linda.'

'Onze buurvrouw heet Linda en er is niks mis met haar. Maar als je het zo graag wilt weten: ik ben vernoemd naar een of andere vage Engelse actrice die mijn ouders vroeger leuk vonden. Waar kom jij vandaan dat je denkt dat je zo hip bent?'

'Uit Nieuwegein.' Aiden trekt aan de riem van zijn hond om te voorkomen dat die al blaffend achter een oude Ford aan rent. 'En toevallig ben ik ook naar iemand vernoemd. Naar een of andere Ierse kerel die mijn ouders ontmoet hebben op hun huwelijksreis.'

'Oké, fijn om te weten. Dan ga ik nu maar eens verder.' Ik probeer me tussen hem en een lantaarnpaal door te wurmen, maar hij houdt me tegen.

'Wacht. Heb je erg veel haast?'

'Niet echt, hoezo? Als je het dorpsplein zoekt, dat is hier naar links en dan aan het eind van de straat naar rechts.'

'Daar ben ik net al langs gekomen. Ik dacht meer dat je Steve en mij misschien wat gezelschap kunt bieden tijdens onze wandeling zodat we niet verdwalen in een of ander weiland.'

Steve? O, dat is de hond natuurlijk. Het is in ieder geval een originelere naam dan Fikkie of Max.

Ik haal mijn schouders op. 'Oké, prima. Het is niet alsof ik écht iets beters te doen had. En jij? Zit je niet op school?'

Aiden geeft een rukje aan de riem en loopt verder over de stoep. Aangezien hij hier duidelijk de weg nog niet kent, moet het een willekeurige richting zijn – als een rivier die niet weet waar hij heen loopt. 'Vandaag niet. Daarom ben ik aan het helpen met verhuizen. En wat doe jij zoal met je dagen?'

Ik staar naar mijn afgetrapte sneakers die over de stoeptegels bewegen. Er zit al een paar weken een scheur in een van de zolen, maar ik wacht zo lang mogelijk met nieuwe kopen. 'Ik heb gisteren te horen gekregen dat ik moet stoppen met mijn opleiding.'

'Ah, dat is minder. Wat deed je?'

'Journalistiek. En jij?' Eerlijk gezegd kan het me niet superveel schelen, maar ik wil de aandacht afleiden van mijn zielige zelf.

'Ik studeer International Business & Languages in Eindhoven.'

Zou die opleiding iets voor mij zijn? Het business-gedeelte spreekt me niet aan, maar het internationale wel. 'Krijg je dan ook les in verschillende talen?'

Radio NergensWhere stories live. Discover now