II (2)

31 5 6
                                    

Op de gang stopt de docent met lopen en bang kijk ik hem aan. Heb ik iets gedaan, wat niet mocht? Er spoken allerlei vragen rond in mijn hoofd en ik word er een beetje onzeker van.

'Kan je me uitleggen, hoe je de akkoorden uit je hoofd kent?' begint de docent nieuwsgierig. Ik haal opgelucht adem, dat het niet iets ergs is.

'Ik heb het liedje vaak op mijn piano thuis gespeeld. Het maakt me rustig en ik vergeet dan even al mijn zorgen. Ik let alleen op mijn gevoelens en die sturen mijn vingers aan, welk akkoord ik moet hebben.' vertel ik en de docent kijkt me met grote ogen aan.

'Heel mooi, Jazzlyn! Wil je een keer een optreden doen hier op school?' vraagt de docent meteen door en ik schrik van zijn vraag.

Wild begin ik met mijn hoofd te schudden en automatisch rollen er een paar tranen over mijn wangen naar beneden. Ik vind optreden doods eng, ik ben bang dat ik word uitgelachen.

'Hey, het is niet erg!' zegt de docent en ik schud weer met mijn hoofd. Ik zie hoe de docent een arm om me heen wilt leggen, maar snel zet ik een paar stappen naar achteren.

'Dat is het niet, meneer. Er zit een hele grote reden achter, maar die wil ik liever niet vertellen. Als u het niet erg vindt, ga ik weer terug het lokaal in.' zeg ik geheimzinnig en snel loop ik terug het lokaal in, de docent achterlatend. Natuurlijk wil ik het wel vertellen, maar ik kan dat gewoon niet! Ik ben te onzeker.

Zodra ik de klas in kom, kijken alle leerlingen me aan. Ik negeer hun blikken en loop terug naar de piano. Gauw neem ik weer plaats en begin weer te spelen.

1uur later...

De bel gaat en ik stop met spelen. Ik pak mijn blaadje vast en prop hem vlug in mijn tas. Snel sta ik op en verlaat de klaslokaal snel, om de pesters voor te zijn. Ik ren vlug naar beneden naar de kantine en neem plaats op mijn standaard plekje. Heel even denk ik terug aan wat meneer Beijers vroeg, misschien moet ik het wel doen? Met een zucht steun ik met mijn hoofd tegen de muur.

'Hey Jazz.' hoor ik iemand naast me zeggen en ik kijk op, wie het is. Aiden staat met zijn rugzak op zijn rug naast de tafel. Hij staat er wat ongemakkelijk bij en wipt van zijn ene been naar de andere.

'Hey Ai, wat is er?' vraag ik om de stilte te verbreken die er tussen ons is, terwijl de kantine ondertussen steeds voller en voller wordt.

'Mag ik naast je komen zitten?' vraagt hij met een lieve glimlach en ik rol met mijn ogen.

'Natuurlijk Ai, wat dacht je dan?' lach ik en ik schuif een stukje op, om wat plaatst te maken zodat Aiden er ook bij kan zitten.

'Euh... Ik weet niet, gewoon zomaar.' lacht hij en schuift bij me aan, aan tafel. Ik open mijn lunchpakket en pak er een boterham uit. Vlug kijk ik wat er op zit en zucht als ik er grilworst op zie zitten. Waarom doe ik überhaupt grilworst op mijn boterham, als ik vegetarisch ben? Soms zit mijn hoofd er s' ochtends er niet bij.

'Ai, ben jij vegetarisch? Ik wel en heb grilworst per ongeluk op mijn brood gedaan.' grinnik ik een beetje om mezelf. Ik kan mezelf wel voor mijn kop slaan!

'Nee, ik ben een vleeseter. Ik wist niet dat jij vegetarisch ben!' zegt Aiden grinnikend en ik geef hem mijn boterham. Snel kijk ik wat er op mijn andere boterhammen zit en zie dat daar tot mijn spijt ook grilworst op zit.

'Ai, hoeveel boterhammen lust jij?' vraag ik een beetje verlegen.

'Op dit moment lus ik er eigenlijk wel 3.' grinnikt hij en ik kijk hem verbaasd aan. Waar laat hij het?

'Dan krijg jij mijn boterhammen.' zeg ik lachend en hij schiet in de lach.

'Geef maar, dan krijg jij mijn boterhammen. O ja en euh... er zit kaas op met sla en komkommer.' zegt hij en we wisselen onze boterhammen.

VertrouwenspersoonWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu