Ronde 2 (Gijzeling in een kerk) - Schorpioentje

76 1 1
                                    

‘Ik mis je zo!’ Huilend zit ze voor het graf. ‘Waarom moest jou dit overkomen?’ Ze begraaft haar gezicht in haar handen en huilt. Ze is zo met haar gedachten bij Hem, dat ze niet merkt dat er iemand naar haar toe loopt. Ze schrikt als hij haar ineens vastpakt. Ze wil gillen, maar hij slaat een hand voor haar mond. ‘Beter doe je wat ik zeg, anders kom je naast Hem te liggen,’ sist hij. Ze kent deze stem maar al te goed en houdt verstandelijk haar mond. Hij neemt haar mee de begraafplaats af. Bang kijkt ze om zich heen, wetend dat als ze iets doet wat hem niet aanstaat, ze er geweest is. Hij neemt haar mee de straat over en opent de deur van de kerk. Als ze binnen zijn, worden haar ogen nog groter. Binnen staan ze allemaal. Ze stribbelt tegen en probeert zich los te rukken, maar hij houdt haar stevig vast. Hij duwt haar op een stoel en ze binden haar vast. Ze weet waarom ze hier is. Als ze nooit met Hem om was gegaan, zat ze hier niet. Dan zat ze nu thuis. Bij haar moeder en haar vader. Ze voelt haar ogen vochtig worden. Zouden ze haar missen? Vast niet, anders waren ze mee geweest naar Zijn graf. Dan hadden ze haar gesteund. Ze slikt en kijkt naar de grijnzende jongens. ‘Waarom zat je bij Zijn graf? Hij geeft toch niets om je. Heeft Hij nooit gedaan.’ Ze kijkt de jongen woedend aan. ‘Hij hield van me en ik van Hem!’ De jongen grinnikt. ‘Denk je dat? Je bent zo naïef.’ Ze drukt haar kiezen op elkaar. Ze weet wat ze van plan zijn. Ze willen informatie en proberen het om het op deze manier uit haar te krijgen. Hij is haar zwaktepunt en dat weten ze maar al te goed. ‘Vertel eens,’ de jongen buigt naar voren zodat hij haar beter aan kan kijken. Zijn gezicht is nog maar een paar centimeter verwijderd van de hare. ‘Waarom geef je zo veel om Hem?’ Ze houdt haar kiezen op elkaar geklemd. Ook haar blik zegt niets, terwijl ze normaal een open boek is voor de jongen voor haar. Plots slaat hij haar. Ze schrikt en haar ogen verraden dat ze angstig is. Net zo snel als de blik kwam, is hij ook weer verdwenen en heeft ze haar schild opgezet. Ze voelt zijn hand nog branden op haar wang. ‘Geef antwoord als ik een vraag stel,’ sist hij. Ze houdt nog steeds haar mond, wat haar nog een klap oplevert. Dit keer blijft haar blik hard en emotieloos. De jongen loopt van haar weg en ze laat haar ingehouden adem geluidloos ontsnappen. Een andere jongen loopt naar haar toe en gaat met zijn hand over haar wang heen. ‘Wat jammer dat je voor Hem koos en niet voor mij.’ Ze wordt misselijk van zijn blik en draait haar hoofd weg. Gelijk trekt hij haar gezicht weer naar hem toe en kust haar op haar mond. Ze doet niets. Het liefst wil ze gillen en huilen, maar ze doet het niet. De jongen laat haar los. ‘Je lijkt op Hem, weet je dat? Je bent net zo eigenwijs, maar dat duurt niet lang meer. Bij Hem was dat ook snel over. Je had Hem moeten zien.’ Hij lacht terwijl zij hem nog steeds emotieloos aankijkt. Ze zegt niets en laat niets merken, maar van binnen gaat ze kapot. Elke keer als ze over Hem beginnen, breekt haar hart een stukje af. Ze hield van Hem. Hij is de enige die ooit van haar heeft gehouden. Haar ouders geven niets om haar. Die zijn alleen maar bezig met het bedrijf dat ze runnen. Bij Hem voelde ze zich veilig. Ze kon alles bij Hem kwijt en nu is Hij vermoord door de jongens die voor haar staan. Hij kon met geen mogelijkheid ontsnappen. Vanaf het begin af aan zat het er al aan te komen. Ze wist toen al dat het gevaarlijk zou worden om met Hem om te gaan. Hij had haar gewaarschuwd, maar koppig dat ze was, bleef ze bij Hem. Nu is Hij dood. Als ze niet met Hem om was gegaan, had Hij misschien nog geleefd. Dan hadden zij geen hekel gehad aan haar. Ze wilden antwoorden, maar die kregen ze niet van haar, dus schoten ze Hem neer.

‘Je mag kiezen.’ Een van de jongens loopt naar haar toe, ‘wil je dezelfde dood als Hij, of liever anders?’ Ze slikt en voelt de tranen branden. ‘Jij hebt geluk,’ gaat hij verder, ‘jij mag kiezen. Hij kreeg de dood die wij voor Hem bedacht hadden.’ De eerste tranen glijden over haar wangen naar beneden. Ze hadden gelijk. Ook zij zou breken. Een snik verlaat haar mond. De jongen grijnst. Hij wist dat ook zij het niet vol zou houden. ‘Doet het je pijn?’ Zijn grijns wordt alleen maar groter als ze hem woedend aankijkt. ‘Ik haat je!’ roept ze. Hij grinnikt. ‘Schatje, Hij was het niet waard, geloof me.’ ‘Wat weet jij er van?!’ roept ze boos, ‘je kende Hem amper!’ Hij kijkt geamuseerd naar haar. ‘Ben je bijna klaar?’ Ze haalt diep adem en kijkt de andere kant op. Hij buigt naar haar toe. ‘Ik hoorde dat je oma ook op het kerkhof hier tegenover ligt, is het niet?’ fluistert hij in haar oor. Ze verstijft. Haar oma was een van de liefste vrouwen op de wereld. Twee jaar geleden stierf ze aan longkanker. Haar oma voelde als een moeder voor haar. Ze zorgde voor haar als haar ouders weer eens weg waren. ‘Volgens mij heb ik nog een zwakke plek gevonden, jongens,’ zegt hij en hij keert zich naar de groep toe. De jongens beginnen te joelen en te juichen. ‘Vertel eens,’ zegt hij en hij buigt zich weer naar haar toe, ‘liggen er nog meer mensen onder de grond?’ Ze knijpt haar ogen dicht en bijt op haar lip. Ze wil niet nog harder gaan huilen. Hij grijnst en staat weer op. ‘Jullie weten het graf van Hem. Die grafsteen kan de grond in.’ Haar ogen worden groot en ze begint te schreeuwen. Iedereen kijkt haar geamuseerd aan. Haar geschreeuw gaat uiteindelijk over in gehuil. Een van de jongens pakt een geweer en richt die op haar. Gelijk stopt ze met huilen en kijkt geschrokken naar het geweer. ‘Nog één woord en je bent er geweest.’ De jongen kijkt haar waarschuwend aan. Ze houdt wijselijk haar mond. Een aantal jongens lopen de kerk uit. ‘Tijd om die grafsteen te verwoesten,’ zegt er eentje. Ze begint weer te schreeuwen en te huilen. Het maakt haar allemaal niet meer uit. Als ze Zijn grafsteen gaan verwoesten, kan ze net zo goed zelf ook dood gaan. Zijn grafsteen is het enige dat ze nog van Hem heeft. Een geweerschot klinkt en ze zakt in elkaar. Haar gejammer galmt nog even door de kerk heen voor het stil wordt.

Schrijfcompetitie!        [BEZIG]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu