Hoofdstuk 17

70 5 12
                                    

(Annelise)

'WAT WAS DAT, TEEF?' schreeuwt de man furieus terwijl hij mij op mijn bed gooit. Snel ga ik recht zitten, om toch nog een beetje waardigheid te tonen. 

Nadat Fiore weg was, werd ik opgetild en terug naar de gemeenschappelijke ruimte gebracht. 'Oh jij hebt zo veel problemen,' gaat hij voort, 'Ik ga dit melden aan Ivan en dan volgen er gegarandeerd consequenties, nummer 53.' Ik reageer niet en frunnik aan mijn handboeien. Ik probeer niet alleen hem te negeren, maar ook de blikken die de meisjes me toewerpen, vooral die  van Safiya. 

'En kijk me aan als ik tegen je spreek!' Een harde slag op mijn wang doet me naar hem opkijken. Ik proef de ijzerachtige smaak van bloed in mijn mond, vergezeld met een tintelend gevoel. Toch blijf ik zwijgen. 'Dit is niet einde van, van, ...' Hij zoekt naarstig naar een woord dat de voorbije gebeurtenis kan samenvatten. Als hij er geen kan vinden, gooit hij gefrustreerd zijn armen in de lucht en keert hij mij de rug toe voordat hij naar de deur wandelt.

Wild gebarend duwt hij meisjes aan de kant die in zijn weg staan. Iemand valt, maar wordt nog net op tijd opgevangen door een ander. Eenmaal aan de deur, opent hij hem en verlaat de kamer, maar niet voordat hij een willekeurig meisje vastgrijpt en mee trekt. 'Nee!' is het eerste wat ik sinds mijn aankomst hier roep, 'Laat haar met rust!' Maar de man luistert niet en slaat de deur dicht.

Na het bekende klikje gehoord te hebben dat me verteld dat de deur op slot zit, zak ik in elkaar en rol bijna van het bed. Safiya kan me nog net opvangen en trekt me op haar schoot. Ze begint troostende geluidjes te maken en wiegt me heen en weer. Dit moederlijke gebaar maakt iets los in mij en voor het eerst in 4 dagen laat ik mezelf gaan.

Ik begin te huilen.

Ik huil en huil, totdat al mijn emoties uit mijn lichaam gevloeid zijn, totdat mijn tranen op zijn, en zelfs dan stop ik niet. Ik blijf zachtjes snikken en kermen. Pas na iets wat aanvoelt als een uur, kan ik mezelf weer bij elkaar schrapen. Ik haal eens diep adem, veeg mijn tranen weg en maak me los uit Safiya's omhelzing. Ze laat het toe maar zorgt er wel voor dat ik op het bed blijf zitten.

'S-s-sorry.' stotter ik tegen haar, 'Ik weet niet wat me bezielde.' Ze kijkt me niet-begrijpend aan. 'Wat bedoel je met "sorry"?' Ze gaat voor mij staan en zet haar handen op haar heupen. 'Je moet je helemaal niet verontschuldigen voor je tranen. Dit is de eerste keer dat ik je zag huilen, en dan bedoel ik echt huilen.' Ze steekt haar hand op als ik wil protesteren. 'Niet zoals na je eerste keer, toen je je onder je lakens verstopte en geruisloos snikte.'

Ik verstijf door de gedachte aan "mijn eerste keer". 

Toen ik voor de eerste keer werd opgeroepen om een man "te vergezellen", ongeveer 3 dagen geleden, had Safiya me op het hart gedrukt mee te werken, zodanig dat het minder pijnlijk zou verlopen. Dus deed ik dat. 

Ik ging braaf aan de deur staan, wachtte totdat ze me kwamen halen en ben dan als een gehoorzaam hondje met ze meegewandeld zonder me te verzetten. Toen ik in de kamer aankwam, werden mijn bloesje en rokje uitgedaan door Mitch en een willoze. Vanaf dan kon ik mezelf niet meer inhouden. Ik vocht tegen hun handen op mijn lijf, maar het hielp niet. Het enige dat dat me opbracht, was weer een nieuwe verzameling blauwe plekken.

Eenmaal in mijn ondergoed, werd ik vastgebonden aan het bed en kon ik geen kant meer op. Ik probeerde alles om weg te geraken, maar de touwen zaten te strak en er stond hoogstwaarschijnlijk ook iemand voor de deur, als een soort bewaker. Ik schreeuwde en schreeuwde, maar niemand kwam. Pas wanneer een man de kamer binnen kwam, besefte ik dat ik er niet aan kon ontsnappen. 

Dat ik niet kon ontsnappen aan dat moment, maar ook niet aan Ivan. Aan deze omgeving.

Eenmaal binnen wachtte hij niet. Hij verkrachte me bijna onmiddellijk.

Dat was de ergste gebeurtenis in mijn leven tot nu toe. Nog erger dan alle keren samen dat mijn vader zich liet gaan. Daar zag je dat hij zich nog een beetje inhield, zich nooit helemaal liet gaan omdat ik zijn dochter ben, maar deze man was anders. Hij kwam binnen en deed de daad. Hij hield zich niet in omdat ik een vreemde voor hem was, of omdat ik dit niet wou.

Hij zag me als een lustobject. Niet als een persoon.

Nadat hij voldaan was, vertrok hij en liet hij mij voor dood achter. Ik heb daar nog 10 minuten naakt en in schok gelegen voordat iemand me is komen losmaken en mij heeft aangekleed. Vanaf dan zijn mijn herinneringen vaag. Ik kan me niet herinneren hoe ik weer in de gemeenschappelijke ruimte terecht ben gekomen. Wat ik wel weet, is dat ik eenmaal weer in mijn eigen bed, me onder de lakens heb verstopt als een klein kind dat bang is voor de monsters onder haar bed.

En dan gilde ik.

Ik gilde en gilde tot mijn stem rauw was. Daarna heb ik in het toilet overgegeven, in de hoop dat dat de herinnering aan zijn handen, die op en in mijn lichaam waren, zou wissen. Pas toen Safiya me in bed heeft gestopt, ben ik beginnen snikken.

Niet alleen door die verschrikkelijke dag, maar ook door schuldgevoel.

Naar Fiore toe.

Ik wist niet hoe ze naar me zou kijken nu iemand anders me op zo'n intieme manier heeft aangeraakt die alleen voor haar bedoeld is.

Maar dat gevoel verdween toen ik haar daarnet zag, toen ik op weg was naar mijn derde keer. Ze beseft het misschien nog niet, maar doordat zij er toen was, moest ik niet naar de derde man die wou weten "hoe mooi ik was" en "of ik hem kon plezieren". En niet alleen daar ben ik dankbaar voor. Ik ben ook dankbaar voor haar. Dat ze normaal naar me keek, hoewel ze wel moest weten wat ik ging doen.

Fiore.

Ik hou van haar.

Safiya zwaait eens, en ik keer terug naar het heden. Ze zucht. 'Annelise, ik weet dat het zwaar is voor je, maar je moet echt meewerken met hen. Anders komen er alleen maar meer problemen van.' Een koude rilling loopt langs mijn rug. Mijn mond verstrakt. 

Ik ga me nooit, maar dan ook nooit, niet verzetten tegen hun. Tegen dit.

'Luister eens, Safiya. Ik apprecieer wat je doet voor mij. Wat je doet voor ons.' Ik gebaar naar de meisjes. 'Maar ik kan dit niet. Ik kan het niet gewoon opgeven.' Mijn stem hapert. 'Ik heb teveel om voor te vechten. Ik vecht voor jou, voor degenen die dat niet durven! Maar vooral voor mezelf en Fiore, want ik wil dat we een betere toekomst hebben dan dit.' Raspend haal ik adem. 

'Ik weiger dit te aanvaarden als mijn toekomst. En ik zweer plechtig, dat ik er alles aan ga doen om hier weg te raken en zoveel mogelijk meisjes mee te nemen. Weg van hier.'

Ik zie tranen in Safiya haar ooghoeken blinken. 'Normaal zou ik nu zeggen: "Dat gaat je nooit lukken!", maar iets in me zegt dat dat wel gaat lukken. Dat jullie de eerste zullen zijn die ooit zullen ontsnappen uit dit krocht.' fluistert ze. Ik wil nog iets zeggen, maar dan klinkt de bekende, maar o zo gehate krakende stem door de ruimte: 'Nummer 1, melden. Ik herhaal, nummer 1, melden.'

Het duurt even voor ik besef wie nummer 1 is. Pas als Safiya me een bemoedigend lachje geeft en naar de deur wandelt, daagt het me eindelijk.

'Safiya!' roep ik.

Maar Safiya wordt al meegenomen door een jongen.

En ik, ik rol me op en begin als een lafaard te huilen.


Kidnapped for him.Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu