After // Dutch

Hoofdstuk 26

Wanneer ik terug ben in mijn kamer probeer ik te studeren, maar ik kan me niet concentreren. Na een uur naar mijn aantekeningen te hebben gestaard, besluit ik om een douche te nemen. De gemixte badkamers maken me nog steeds onzeker wanneer het druk is maar niemand valt me lastig. Het hete water voelt geweldig en lost mijn spieren. Ik zou opgelucht en blij moeten zijn dat Harry en ik een soort van wapenstilstand hebben maar nu hebben de boosheid en irritatie plaatsgemaakt voor een zenuwachtig en verward gevoel. Ik heb ingestemd om morgen wat tijd met hem door te brengen, iets 'leuks' doen en ik ben bang. Ik hoop gewoon dat het goed gaat en we vrienden kunnen zijn, ik verwacht geen beste vrienden te worden met hem maar ik moet ons tot een stadium brengen waar we niet de hele tijd naar elkaar schreeuwen wanneer we praten.

Als ik mijn kamer inloop na mijn douche vind ik een briefje van Steph waarop staat dat Tristan haar mee uit eten neemt. Ik vindt Niall's kamergenootje Tristan echt aardig, hij lijkt ondanks zijn overmatig gebruik van eyeliner. Als Steph en Tristan met elkaar blijven afspreken kunnen we misschien wat leuks doen als Noah hier ook is. Oh, wie hou ik voor de gek? Ik weet dat Noah niet wil doen met mensen als Steph en Tristan, en ik geef toe dat ik tot drie weken geleden dat ook niet wilde.

Ik besluit Noah te bellen voor ik naar bed ga, we hebben elkaar al van de ganse dag niet gesproken.

"Hey Tessa, hoe was je dag?" Vraagt hij wanneer hij opneemt.

"Goed, goed maar lang." Ik zou hem moeten vertellen dat Harry en ik wat gaan doen morgen.

"Dat is goed om te horen, ik had een voetbalwedstrijd in Seattle vanavond. Ik ben net terug."

"Oh wat leuk! Hoe ging het?" Hij vertelt me hoe ze Seattle High hebben ingemaakt, terwijl Seattle High bij een van de beste teams zit. We praten over zijn familie en voor ik het weet, zeggen we gedag. Ik heb geen goed moment kunnen vinden om hem te vertellen over mijn plannen met Harry morgen, en eerlijk gezegd heb ik het ook niet geprobeerd.

De volgende dag gaat te snel voorbij. Liam en ik lopen naar literatuur en Harry zit al op zijn plaats.

"Klaar voor onze date vanavond?" Vraagt Harry en mijn mond valt open, net als die van Liam.

"Het is geen date, we spreken gewoon af als vrienden." Vertel ik Liam, Harry negerend. Dag 1 van onze vriendschap gaat nog niet zo goed.

"Betekent hetzelfde." Grijnst Harry en ik rol met mijn ogen. Ik negeer hem de rest van de les, wat makkelijk gaat omdat hij niet probeert om met me te praten.

"Wees voorzichtig vanavond." Vertelt Liam me na de les.

"Doe ik, we proberen gewoon met elkaar om te gaan sinds mijn kamergenootje zijn vriend is."

"Ik weet het, je bent een goede vriendin voor jaar. Ik ben er gewoon niet zeker van of Harry jouw vriendelijkheid verdient." Zegt hij en ik naar naar hem op.

"Heb je niets anders te doen dan slecht over me te praten? Val dood." Snauwt Harry van achter me. Liam fronst en kijkt me weer aan.

"Onthoud wat ik zei." Zegt hij en loopt weg.

"Je hoeft niet zo gemeen tegen hem te doen, jullie zijn praktisch broertjes." Zeg ik en zijn ogen worden groot.

"Wat zei je daar?" Gromt hij.

"Je weet wel, jouw vader en zijn moeder?" Loog Liam? Of had ik dit niet moeten zeggen? Liam zei dat ik niet moest praten over Harry's relatie met zijn vader maar ik wist nirt dat hij dit alles bedoelde.

"Dat zijn jouw zaken niet, ik weet niet waarom die klootzak je dat verteld heeft. Ik moet 'm zijn mond laten houden, merk ik al."

"Laat hem met rust Harry, hij wilde het me niet eens vertellen maar ik zeurde maar door." Verdedig ik hem. Het idee van Harry die Liam pijn doet maakt me misselijk. Ik moet het onderwerp veranderen. "Dus, waar gaan we heen vandaag?" Vraag ik hem en hij kijkt me dreigend aan.