'Gaat het?' Jazz knielt voor me neer en haar ogen glijden over mijn lichaam en blijven hangen op mijn gewonde schouder. 'Je bloeit!'
'Het is niet erg,' zei ik schouderophalend, maar door die beweging snelt er een pijnscheut door mijn schouder. Kreunend klem ik mijn kaken op elkaar.
Jazz haar wenkbrauwen gaan omhoog en ze kijkt me veel betekent aan.
'Oké, oké. Ja, het doet pijn, maar ik ben niet vergiftigd,' zei ik dan maar om haar gerust te stellen.
'Hoe heb je de Drakon verslagen,' vroeg Rylan zijn stem ineens. Ik draai me om en zie hoe hij naar ons toe komt gebeend. Zijn ogen staan donker.
Even moet ik daar terug over nadenken, omdat alles zo snel was gegaan. 'Euh...ik ben in die boom geklommen...' Ik wijs naar de boom waarvan de takken laag tegen de grond hangen. '...Ik herinnerde me die keer dat Jazz een Drakon had gedood en dat ze boven op hem stond. Dus ik dacht als ik in die boom klim en hoog genoeg zit zodat ik boven op zijn rug kan springen, dat ik hem dan kan doden en dat is me ook gelukt,' vertel ik hen en kijk vol afschuw naar het monster voor me. Het monster dat me kwelt in mijn nachtmerries, ligt nu morsdood aan mijn voeten. 'Hoeveel Drakons bestaan er eigelijk?' De vraag glipte ineens uit mijn mond voordat ik het zelf maar te goeie doorheb.
Jazz en Rylan werpen elkaar een blik toe, voordat Jazz antwoord. 'Dat weet niemand.'
'Hoe dat weet niemand? Hoe kan dat?'
'Omdat er in dit bos alleen al honderden leven en ...' Ze zwijgt even. Nadenkt over de woorden die ze gaat zeggen. '...er is een man. Een heel duistere man, die zich zelf Drukon noemt. Ze zeggen dat hij is opgegroeid met Drakons en dat hij ze nu leidt. De verhalen vertellen ook, dat hij al verschillende steden buiten Coyon heeft aangevallen. Duizenden coyotes zijn door hem en zijn schepsels vermoord. Genadeloos zonder enige gevoel van schuld of medeleven. Want dat kent hij niet. Men zegt ook wel dat hij samen werkt met de Duivel en sommige beweren zelfs dat hij de Duivel zelf is.' Haar ogen staan donker en schaduwen spelen over haar gezicht terwijl ze vertelde. Haar stem trilt af en toe van angst. 'Drukon is de schaduw van het duister. Je hoort hem niet of je ziet hem niet en als je hem ziet zie je niet zijn gezicht. Vele hebben hem al gezien, maar hebben nog nooit zijn ogen gezien of zijn gezicht. Sommige denken zelfs dat hij geen gezicht heeft en dat hij enkel maar bestaat uit duistere schaduwen.'
'Waarom valt hij dorpen aan?' Vragend kijk ik haar aan. De haartjes in mijn nek en op mijn armen zijn recht overeind komen te staan. Angst verspreid zich langzaam in mijn lichaam door haar verhaal over die duistere man.
'Voor macht,' antwoord ze en ze kijkt me strak aan. 'Hoe meer coyote hij uit de weg ruimt hoe krachtiger hij word. Maar het ergste van al is dat hij met de dag sterker en sterker wordt. Meer en meer Drakons sluiten zich bij hem aan totdat hij alle steden en dorpen heeft aangevallen en dan komt hij hier naar toe. Zijn einddoel.'
'WAT,' riep ik vol ongeloof uit. 'Dan kunnen we het toch nooit tegen hem halen? Hij is veel te sterk en te machtig dan voor ons.'
'Dat is misschien waar,' zei Jazz. 'Maar daarom stomen ze ons klaar voor de oorlog die aankomt. Ook jij wordt klaar gemaakt voor de oorlog, die snel gaat uitbreken.'
De puzzelstukjes beginnen één voor één op zijn plaats te vallen. Daarom zit ik niet steeds gevangen en moet ik meedeelnemen aan die zware testen, die gaan bepalen wie de beste strijder is. Ik word gewoon klaar gemaakt voor een oorlog, die me eigenlijk totaal niks mag aangaan, omdat ik een mens ben. Ik hoor hier niet en toch moet ik meegaan vechten. Moet ik mijn leven op het spel zetten voor wezens die me uitschelden en minachten.
'Ik ben maar een mens,' mompel ik stil hopend dat Jazz het niet zou horen, maar weer sta ik versteld van haar scherp gehoor.
Haar ogen worden donkerder en ze kijkt me kil aan. Ik slikte, want die blik ken ik maar al te goed. 'Je bent meer dan dat', sist ze vinnig terug en ze pakt mijn gezonde schouder beet en ze dwingt me om haar recht aan te kijken. 'Oké, je bent misschien een mens en je bezit niet de krachten, die wij hebben, maar je bent vindingrijk en je angst zorgt ervoor dat je het durft op te nemen tegen Drakons.'
'Maar...'
'Niks te maren!' Onderbreekt ze me ruw en haar ogen kijken me strak aan. 'Ik wil dat jij tijdens de oorlog naast mij staat, dat jij mij dekking geeft.'
Niet begrijpend kijk ik haar aan, maar haar woorden doen wel iets met me. Aan haar woorden kan ik horen dat ze me vertrouwd. 'Waarom wil je juist mij als dekking hebben? Ik ben niet zo goed getraind als die andere jongeren hier, die al jaren worden getraind. In hun ogen ben ik een beginneling, een groentje.'
Ze knijpt een beetje harder in mijn schouder. 'Omdat ik jou kan vertrouwen,' antwoord ze en haar stem klinkt warm. Mijn wangen beginnen te blozen. 'Jij hebt me al een keer gered van een Drakon en dat ga jij sowieso nog is doen. Jij hebt geen schrik om gewond te geraken en dat hebben de meeste van de jongeren hier wel. Zij hebben schrik voor de dood, maar jij precies niet. Jij bent toen voor me gesprongen en dat had bijna je dood kunnen betekenen. Jij bent moedig en ik vertrouw je gewoon.'
Haar lovende woorden dansen door mijn hoofd. Zorgen ervoor dat ik nog roder word dan daarvoor. 'Ik heb wel schrik voor de dood, hoor,' protesteer ik, maar het klinkt niet echt overtuigend.
'Aiden,' zei Rylan en zijn ogen worden iets warmer. 'Ik wil gewoon dat jij aan de zijde van mijn zus vecht, dan weet ik toch dat ze iemand vertrouwt heeft en dat ze veilig is.'
'Echt veilig ga ze nu ook weer niet zijn, denk ik,' zei ik en kijk hem aan.
'Jawel. Bij jou is ze veiliger dan bij iedere andere jongen en dat heb je al is bewezen.' Hij kijkt me doordringend aan. Ik knikte.
'Kom, we gaan naar terug naar huis,' zei Jazz en ze steekt haar hand naar me uit, die ik dankbaar vastneem. Moeiteloos trekt ze me omhoog, nu dat ik rechtstaat voel ik me een beetje licht in mijn hoofd, door het bloed verlies van mijn gewonde schouder en door de shock dat ik een Drakon heb gedood. Wankel volg ik hen door het bos. Richting het kasteel.
Mijn hoofd tolt van de nieuwe informatie. Wat als we ooit Drukon in het echt tegenkomen. Zou hij dan echt geen gezicht hebben of zou die man echt alleen maar uit duistere schaduwen bestaan. Ik schud nadenkend mijn hoofd. Kan je Drukon eigenlijk wel doden? De vraag verschijnt ineens in mijn hoofd en blijft hangen. Ze zeggen dat hij samen werkt met de Duivel of zelf de Duivel in eigen persoon is, dus dan is hij een soort demon zoals de Drakons. Dan is er dus een kans dat je hem kan verwonden en hem zelfs kunt doden als je zijn zwakke plek kent, maar dan moet je die ook wel eerst vinden.
Ik zucht vermoeid en haal een hand door mijn haar, dat nog harder in de war komt te liggen. Een pijnscheut snelt door mijn gewonde schouder en ik krimp zachtjes kreunend ineen. Alles aan me doet zeer en ik voel me miserabel. Het enigste wat ik nu wil is in mijn bed liggen en er voor de eerste uren er niet meer uitkomen.
'Aiden.' Jazz haar stem brengt me uit mijn overpeinzingen en brengt me terug naar het hier.
'Euh...ja,' zei ik en kijk haar vermoeid aan.
Ze kijkt me onderzoekend aan. 'Gaat het wel?' Ze kijkt me bezorgt aan.
Ik haal mijn schoudersop waardoor er een pijnscheut door mijn gewonde schouder snelt. Met een gezicht dat is vertrokken van de pijn antwoord ik. 'Bwa, gaat wel, maar ik heb me wel al is beter gevoeld, dan nu.'
Haar blik blijft betekenisvol hangen aan mijn gewonde schouder. 'Zo meteen als we in mijn kamer zijn ga ik toch is naar je wond kijken,' zegt ze met een stem dat geen tegenspraak duld.
'Maar zo erg is het niet...,' protesteer ik, maar de blik die ze naar me werpt, zorgt ervoor dat ik de rest van mijn zin niet afmaakt. Zuchtend geef ik me over en wandel mopperend naast haar richting het enorme gebouw van Coyon. Dat zoals altijd zijn machtige schaduw over het dorp laat glijden. De schaduw van macht.
r
JE LEEST
Coyon
FantasyEen hele nieuwe wereld. Waarvan niemand ooit kan van dromen dat het echt bestaat. Dat is Coyon. Een wereld waar planten en vreemde dieren tot leven komen. Een wereld waar mensen geen mensen zijn, maar iets totaal anders. Daar komt Aiden een jongen v...