HOOFDSTUK 6

1.1K 88 2
                                    

We zijn weer op de zelfde plaats als de vorige keer dat we naar de levenden gingen: het trainingsbos.

Rowan laat zich vermoeid neerzakken en gaat languit op de grond liggen. Het maken van die tunnel heeft hem uitgeput. Geen wonder ook, met zo'n lange tunnel.

Ik ga rustig naast hem zitten, "Wat was dat? Ik heb het eerder in mijn rustplaats gezien, maar toen ben ik gemakkelijk ontkomen." Ik krijg waarschijnlijk geen antwoord, want hoe zou hij het moeten weten?

Rowan neemt niet eens de moeite om te antwoorden om mijn nogal onnozele vraag. Hij blijft nahijgend in het gras liggen. "We kunnen beter even hier blijven tot we zeker weten dat dat ding weg is. Je kunt overal heen gaan, niemand kan je zien. Je kunt alleen je gaven niet gebruiken."

Ik knik en kom overeind. Ik weet wat ik ga doen. Met een ferme tred loop ik door het gebouw. Ik ga naar de uitgang, want mijn doel ligt hierbuiten. Ik bereik de voordeur en reik naar de mooi versierde hendel.

De deur springt open en geschrokken val ik achterover. Door de deur loopt Vera met felpaarse ogen. Ze loopt recht op me af en op het moment dat haar voet me zou raken loopt ze met een boogje om me heen. Ik hap naar adem en krabbel achteruit. Ze kan me zien!

Maar Vera doet niks en loopt naar een donkere hoek. Ze kijkt schichtig om zich heen, maar haar ogen vestigen zich niet één keer op mij. Ziet ze me toch niet? Is dit de normale manier waarop mensen op geesten reageren? Ze veranderen van koers en hebben het niet eens door?

Voorzichtig kom ik overeind, Vera reageert nog steeds niet op mij. Haar mond beweegt, maar ze praat te zacht om het van hier te horen, dus ik loop naar haar toe, nog steeds zachtjes. Ze is zich niet bewust van mijn aanwezigheid, dat is nu wel duidelijk wanneer ze weer niet reageert.

Pas wanneer ik binnen een meter afstand sta kan ik haar woorden verstaan.

"Ik weet zeker dat dit de enige manier is Valon, ze zijn met meer dus we kunnen ze niet zomaar uitschakelen."

Na haar raadselachtige worden is er een moment stilte. Haar ogen staren dwars door mij heen. Het lijkt alsof ze ergens naar luistert. Ze knijpt haar ogen samen voor een moment en opent ze dan weer.

"Dan is dat een offer dat we zullen moeten maken."

Haar woorden zorgen voor een rilling die over mijn rug rolt. Een offer, wat voor een offer? En voor wat?

Na deze onheilspellende zin lijkt het telepathische gesprek afgelopen te zijn. Haar ogen worden weer blauw. Haar façade is weer terug. Ze heeft haar masker weer opgezet.

Er is hier nu niks meer voor mij te doen, dus ik vervolg mijn eerdere pad. Ik grijp weer naar de deur hendel, maar het lijkt wel alsof ik mis pak. Mijn wenkbrauwen kronkelen zich samen en ik probeer het nogmaals, maar weer eindigt mijn hand onder de klink.

Ik beweeg, deze keer langzamer en volg nauwgezet mijn hand. Hij glijdt naar beneden tot hij plotseling de deurklink raakt. En erin verdwijnt. Mijn instincten (die ik vreemd genoeg nog steeds heb nu ik dood ben) slaan gelijk toe en schreeuwen dat mijn hand eraf ligt ofzo, maar ik voel geen pijn en realiseer me dat ik nu een echt spokencliché heb ontdekt: Ik kan door dingen heen glijden!

574 woorden
Hi!

Ik wil jullie bedanken voor alle reads, votes en comments die dit boek al heeft gekregen! Ik heb zelfs op #17 gestaan! Bedankt!

Grts

Eef

Votecommentreadfollowsharereadinglist 😏😏

Skilled✔Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu