Hoofdstuk 3.

401 15 1
                                    

Harry's POV

Ik begon me serieus af te vragen of er niet iets heel ergs aan de hand was met Louis.

Iedere keer dat ik hem zag, waren de wallen onder zijn ogen alleen maar duidelijker en zijn ogen werden steeds roder. Als hij praatte was zijn stem nors en onduidelijk.

"Gaan we samen?" vroeg hij zacht toen ik mijn schoenen aantrok, "Of apart?"

Ik keek hem even aan. Ik had daar nog niet eens over nagedacht.

We gingen nu naar mijn interview. Ik had er niet heel veel zin in, maar probeerde het niet uit te stellen of zo. het voelde alsof ik zou beginnen met praten en niet meer zal kunnen stoppen. Ik ben bang dat ik teveel ga zeggen.

"Samen denk ik. Is wel zo logisch," antwoorde ik kort.

Hij knikte en veegde wat haar uit zijn gezicht. Als ik niet had gehoord dat hij had gedoucht, zou ik denken dat hij uit bed was gerold en besloot dat hij klaar was voor de dag.

"Als het jou niet uitmaakt dat mensen ons samen zien, dan kunnen we samengaan," snauwde ik, "Het is een zonde dat ze zouden denken dat wij samen een relatie hebben of zo."

Ik zag hem vanuit mijn ooghoek in elkaar duiken en het leek alsof hij van me wegdook. Ik keek niet naar hem. Ik wist wat ik zou zien.

Schuld, spijt en pijn.

Drie emoties die ik had veroorzaakt.

Het maakte me zo misselijk om hem pijn te doen, maar ik moest wel.

Dat was een verschrikkelijk excuus. Ik moest niet. Ik koos daarvoor.

Ik hoefde niet naar hem te kijken om het verstikkende geluid dat hij maakte te horen.

Ik bood aan om te rijden. Ik had het gevoel dat hij achter het stuur in slaap zou vallen.

Ik kon ook echt wel zeggen dat het erg ongemakkelijk was. Hij probeerde niet om met me te praten. Hij leunde gewoon tegen het raam en bleef stil.

Ik liet de radio aan staan in poging om dat scherpe randje van de stilte weg te halen, maar het hielp niet echt. Ik kon de neiging die hij voelde om te praten zelf ook voelen.

Maar hij deed niets.

Toen we aankwamen zag ik allemaal paparazzi. Ik wist niet hoe zij wisten waar we waren.

"Probeer om zo snel mogelijk naar binnen te gaan," zuchtte Louis geïrriteerd.

"Ik ben naar een kliniek gegaan omdat ik zelfmoordpoging deed, niet omdat ik dement ben. Ik ben niet dom," snauwde ik en zette de auto uit.

En op opnieuw kon ik hem niet aankijken.

We stapten uit de auto en liepen snel naar het gebouw. Ik hoorde de vragen die iedereen aan on stelde, maar ik lette er niet op. Ik zwaaide alleen maar.

Toen we binnen kwamen werden we bijna meteen gevonden door een assistente en werden we naar de andere jongens gebracht die aan het wachten waren.

Louis ging in een hoekje staan terwijl ik Zayn, Liam en Niall begroette met een high-five en knuffels.

Ik merkte dat Louis in plaats van dat hij het leven van de groep was, dat hij nu meer op de achtergrond stond.

"Godverdomme, Louis!" riep Zayn opeens.

Louis keek verbaasd op.

"Wat?" vroeg hij.

Zayn pakte zijn arm vast en liep de kamer uit.

UntouchableWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu