Hoofdstuk 35

512 37 20
                                    

Met gesloten ogen zat ik op een bankje voor de Villa Volta te genieten van het heerlijke voorjaarszonnetje. Dat genieten was echter maar van korte duur "Eefke, Eefke, Eefke toch! Wat ben je nou allemaal aan het doen?" Ik hield mijn ogen dicht en zei geen woord in de hoop dat hij mijn hoofd weer zou verlaten. Frank was de laatste die ik op dit moment kon gebruiken. Ik had genoeg aan Wolfs die ik de hele tijd voelde staren. Die de hele tijd toenadering zocht en die niet begreep hoe ik, nadat ik vannacht in zijn armen had geslapen, weer zo afstandelijk kon doen. Hij zei het niet maar ik zag het aan de manier hoe hij naar me keek. "Ik vroeg je wat, Eefke! Wat ben je nou allemaal aan het doen? Wolfs zoekt toenadering en jij wijst hem af!" Ik was nu al weer helemaal klaar met Frank. "Wat ik aan het doen ben?! Wat denk jij dat JIJ aan het doen bent?! Jij verpest mijn leven!" Siste ik op fluistertoon tussen mijn tanden door. Ik voelde een hand op mijn schouder en schrok daar zo van dat ik een harde gil sloeg. "Sstt, Eef. Ik ben het maar." Suste Wolfs me. Lily klom bij me op schoot. "Het was leuk, mama! Wil je echt niet mee?" Ik schudde mijn hoofd en drukte een kusje in haar haren. "Nee, lieverd. Mama wil echt niet mee. Mama kan daar niet goed tegen. Wil je anders naar Jokie en Jet?" Wist ik precies hoe ik mijn meisje om moest kopen. "Die vond je gisteren zo leuk!" Ze sprong van mijn schoot af en trok aan mijn hand. "Jaa, mama! Ik wil in Jokie en Jet! Met papa en mama! Ga je ook mee papa?" Sprong ze voor Wolfs' neus op en neer. Wolfs knikte enthousiast. "Natuurlijk, lieverd." Lily vloog er vandoor en glimlachend liepen Wolfs ik achter haar aan. "Is Frank al lang terug?" Was daar de vraag van Wolfs waar ik zo bang voor was geweest. Ik wou schreeuwen dat het niet zo was maar ik wou niet tegen hem liegen. Ik wou helemaal niet zo afstandelijk tegen hem doen. Ik miste hem vreselijk en wist heel goed dat ik Frank daarom hoorde. Mijn gevoelens voor hem zaten weer in de lift. Ik schudde langzaam mijn hoofd. "Vannacht.." Fluisterde ik met een brok in mijn keel. "Ooh Eef toch.." Streek hij met de palm van zijn hand over mijn wang. "Waarom heb je me niets gezegd?" We waren bij Carnavals festival die me, voor nu, redde. Ik sprak niet graag verder waar Lily bij was en ik wist dat Wolfs daar hetzelfde over dacht.

De hele dag had Wolfs verschillende pogingen gedaan me aan het praten te krijgen maar ik had geen woord meer willen zeggen over Frank. Ik had Lily net in gestopt en wist dat ik er nu niet meer onderuit ging komen. Maar ik kon altijd een poging wagen. "Ik ga slapen. Ik ben kapot." Hij tikte naast zich op het bed. "Kom eens even bij me zitten, Eef." Ik schudde mijn hoofd. "Als je het niet erg vind ga ik liever slapen." Hij tikte nogmaals op het bed. "Kom nou eens hier, mijn schattige meisje." Voor het eerst in lange tijd gebruikte Wolfs weer een koosnaampje en precies diegene waarmee hij me altijd had. Waarmee hij mijn hart liet smelten. Wolfs is ook de enige waar ik het van kan hebben dat hij me schattig noemt. Langzaam liep ik naar het bed en ging naast hem zitten. "Waarom heb je me niet verteld dat je Frank hoort, Eef?" Weg koosnaampje, weg fijn gevoel. "Alsjeblieft, noem me geen Eef. Geef me een koosnaampje." Smeekte ik hem bijna. Hij streelde zachtjes over mijn rug. "Ik wou je niet in verlegenheid brengen door je een koosnaampje te geven. Niets overhaasten." Ik voelde de tranen in mijn ogen springen maar ontweek zijn blik niet. "Dat vind ik heel lief en waardeer ik ook heel erg maar ik mis je zo, Wolfs. En ik denk dat Frank er daarom is. Ik vond het heerlijk vannacht in je armen en dat deed me waarschijnlijk beseffen hoe zeer ik je mis. Ik mis je troostende armen om me heen. Je zachte lippen op de mijne. Je handen op mijn lichaam. De koosnaampjes. Franks stem maakte me vannacht wakker. En waarom ik het je niet gezegd heb, dat durfde ik niet. Ik was bang dat je me, nu het niet goed tussen ons gaat, voor gek zou verklaren. Me zou dumpen. En dat wil ik niet." Ik kon de tranen niet meer tegen houden en dat wou ik ook niet. Wolfs mocht ze zien. Alleen Wolfs mocht ze zien.  

Zoete wraakWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu