BloedClan

40 8 4
                                    

De katers waren duidelijk van de tweebeenplaats, ze roken naar kraaienvoer. Grijspoot hield haar adem in. "Ik ruik een poes" mauwde de zwart-witte kater. De rossige knikte. "Ik ruik het ook, Bots!" Grijspoot kneedde de aarde onder haar poten fijn. De wind woei verkeerd. Ze roken haar precies. De kleine kater mauwde: "Ga die poes zoeken dan!" De katers gehoorzaamde. Grijspoot wilde in het konijnhol wegduiken maar dat was vrij laat. Ze waren te dichtbij. Ze voelde hun geur in haar neus prikken. Ineens klonk een doffe dreun. De rossige kater had haar gezien en besprong haar. Ze haalde met haar nagels uit precies als Vlekneus haar geleerd had in geval van nood. De kater krijste. De andere kater en Bots reageerden snel en maakte gauw deel uit van het gevecht. Grijspoot gooide uit alle macht die ze had Bots in de lucht en haalde met haar klauw uit naar hem. Bots gilde van pijn. De kleine kater beet in haar staart. Met haar achterpoten trapte ze hem op zijn snuit en haalde uit met haar nagels van haar achterpoten. Ze sprong overeind en zag dat de rode kater bij kwam en de aanval opnieuw inzette. Hij greep haar bij haar keel en beet met alle kracht die hij had. Grijspoot gilde het uit. Ineens hield het bijten op en had ze een kans om overeind te krabbelen. Toen zag ze ook waarom ze die kans kreeg: Vlekneus! Vlekneus sloeg de rossige kater tegen een boom. Maar lang verwonderd blijven staan kon Grijspoot niet want de zwarte kater sprong op haar af en wierp haar omver. Met alle kracht die Grijspoot had probeerde ze hem van haar af te schoppen. Ze maakte een koprol maar de kater bleef als een teek aan haar rug geklauwde zitten. Toen zag ze ineens Vlekneus roerloze lichaam liggen en ze gilde. Ze hadden haar bewusteloos gekregen, en nu wilden ze mij hebben. Dacht Grijspoot. Ze gilde en beet waar ze maar bij kon. Schruk riep zijn vriendjes en Grijspoot zag hoe er 2 katers met hun rug bovenop haar sprongen. Alles werd zwart. Later knipperde ze met haar ogen. Waar ben ik? Vroeg ze zichzelf af. Haar beeld verscherpte en ze zag dat ze in een klein hol lag. Er hielden 2 katers voor de ingang de wacht. "HELP!!" Schreeuwde ze rauw. Ze hoorde een mauw: "Ons aanval-poesje is wakker?" Een van de 2 katers die de wacht hield knikte. De kleine zwarte kater met de witte poot liep kalm en arrogant naar binnen. Zijn staart heen en weer omdat hij wist dat hij gewonnen had in het gevecht van gisteren. Grijspoot geeuwde. "Waar ben ik?" Vroeg ze hem. De kater grinnikte. "Ho, ho zover zijn we nog niet. Ik ben Schruk, jij?" Ze huiverde. Een flash-back van Wolkster die haar verhalen vertelden over Schruk kwam op. Grijspoot schudde de rillingen uit haar vacht. Ik ga niet mijn echte naam zeggen, had Grijspoot bedacht. "Kamilja..?" Verzon ze gauw. "Poesiepoes of zwerver?" "Zwerver." "Gek dat je dan op DonderClan teretorium was" Bracht Schruk haar in herrinnering. "En ik ruik nu heel scherp DonderClan-bloed!" Grijspoot had zichzelf voor de kop kunnen slaan. "Laat dan even naar je neus kijken!" Hield ze vol. Schruk snoof. "Vossenstront!" Spuugde hij. "Ik heb geen bijen in mijn kop. Zeg nu de waarheid Kamilja!" Grijspoot wierp een blik op de ingang, die werd niet meer bewaakt: Haar kans! "1: Het is Grijspoot!" 2: Ik kom uit de Hemelclan en daar ben ik trots op! 3: Noem mijn naam niet en je hebt daadwerkelijk wél bijen in je kop, muizenbrein!" Dit was haar kans, mooier was er niet. Ze rende en sprong over Schruk heen. Ze sprintte zo hard ze kon en glipte hun geïnprofiseerde kamp uit. "Tot nooit, schurftige marmotten!" Schreeuwde ze hen na. Maar Schruk stond al weer voor haar...

WARRIOR CATS Grijsloof's gloryWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu