Hoofdstuk 12

170 11 3
                                    

"Het is een code." Concludeert Bram. Evert rolt met zijn ogen. "Joh." Merkt hij droog en geïrriteerd op. Hij wendt zijn blik tot Liselotte. "Snap jij het?" De brunette kijkt met samengeknepen ogen naar de cryptische code. "Nog niet..." Reageert ze wat afwezig. "Fuck, fuck, fuck," vloekt Evert, "waarom doet ze dit toch altijd? Dit stomme, idiote, impulsieve gedrag?" Hij is zowel woedend als bezorgd. Hij dwingt zichzelf om zijn woede opzij te zetten. Hij haalt een keer diep adem. "Bram," hij kijkt zijn collega aan, "peil haar telefoon uit. En Lies, kraak die verdomde code alsjeblieft."

Nadat Evert taken heeft opgedragen aan zijn collega's, loopt hij zelf met grote stappen naar het kantoor van Van Zijverden. Bram en Liselotte kijken hem na. Bram zucht, "waarom doet ze dit toch altijd?" Vraagt hij zich af. Liselotte kijkt verstoord op van het scherm van de laptop. "Ze heeft er moeite mee om toe te geven dat ze hulp nodig heeft." Reageert ze bloedserieus. Bram realiseert zich voor de zoveelste keer dat hij zijn collega geen retorische vragen moet stellen.

Liselotte staart minutenlang naar de code en kijkt dan op. "Bram? Denk je dat we ons zorgen moeten maken om Fenna?" Vraagt ze zich dan hardop af. Hij kijkt op, "ik maak me altijd zorgen om Fenna," lacht hij, waarna zijn gezicht betrekt, "maar aangezien die Christine haar gisteren uit een raam heeft gegooid denk ik dat we ons nu wel echt zorgen moeten maken." Hij blaast wat lucht uit en kijkt naar het kantoor van hun chef, waar Evert nog steeds binnen is.

"Bram, Liselotte?" Dries stapt uit zijn kantoor en roept ook zijn andere rechercheurs naar binnen. Bram komt direct, Liselotte loopt achter hem aan met de laptop in haar handen. Evert zit aan de ronde tafel, ze nemen aan weerszijden van hem plaats. Dries kijkt ernstig. "Bram, heb je die telefoon uitgepeild?" Vraagt hij. Bram knikt, "maar staat uit. Niet te vinden." Legt hij uit. Dries loopt heen en weer, "was ook niet te verwachten. Ze is daar vrijwillig heengegaan en is slim genoeg om te weten dat we haar zouden gaan zoeken." Hij stopt met lopen en draait naar zijn rechercheurs toe. "Dus, verder zoeken. Liselotte, buig jij je over de code? Bram en Evert, kunnen jullie dat e-mailadres natrekken en informatie over Christine uitzoeken, kijken of jullie erachter kunnen komen waar zij heen zou kunnen gaan?"

Zonder iets te zeggen of te vragen vertrekken de drie rechercheurs naar hun werkplekken. Zwijgend richten ze zich op de taken die ze gekregen hebben. Er valt niet veel te zeggen. Hun collega is weliswaar vrijwillig vertrokken maar de kans dat ze gevaar loopt is aanzienlijk.

"Ik heb denk ik iets." Het trio is nog geen halfuur aan het werk als Liselotte zich opricht. Ze wenkt de mannen en gebaart naar het blaadje dat voor haar ligt, waar ze de code op heeft overgeschreven. 'Em uwmbmv xzibmv. Rwce pcqa. Sca Kpzqa'. Ze wijst naar de woorden. "Zowel het tweede als het derde woord eindigen met 'mv'. Woorden die met gelijke letters eindigen zijn vaak werkwoorden die op 'en' eindigen." Ze aarzelt even. "Dat zou betekenen dat de tweede letter van het eerste woord ook een 'e' is." Voegt ze er nog aan toe.

Evert fronst. "En wat kunnen we daar dan mee?" Vraagt hij zich af. In zijn hoofd vormt nog geen enkel verband. Liselotte kijkt verstoord op. "Ik was nog niet klaar." Moppert ze, waarna ze wijst naar een tweede blaadje, waarop ze het alfabet heeft opgeschreven. "Codes zijn vaak gecreëerd door met het alfabet te spelen," legt ze uit, "en het viel me op dat 'mv' en 'en' precies even ver uit elkaar liggen," ze tikt met haar vinger op een regel die ze daaronder heeft geschreven, "dit is de ROT8 code. Elke letter wordt 8 plaatsen opgeschoven. En dan komen de 'mv' en 'en' overeen." Ze kijkt naar haar collega's, die met grote ogen terugkijken. "Wat staat er dan?" Vraagt Bram na een korte stilte. Liselotte was nog niet zo ver, maar draait zich terug naar haar blaadje om het uit te puzzelen. Letter voor letter vertaalt ze de vreemde code, tot de daadwerkelijke tekst op haar blaadje staat. 'We moeten praten. Jouw huis. Kus Chris'. Nog voor ze klaar is, is Evert al weggestormd. "Geen tijd te verliezen." Roept hij, waarna ook de twee jongere rechercheurs opspringen.

VerraadWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu