Dit verhaal was voor een schrijfwedstrijd. Iedereen kreeg een aparte opdracht, en ik moest dus een stuk dat langer dan een a4tje was schrijven met als onderwerp een woestijn.
----------------------
'Ik heb zelfs op een kameel gereden', vertel ik vol trots aan mijn moeder. Ik ben net terug van de meest geweldige vakantie die ik ooit heb gehad! Ik was met mijn beste vriendin Senna, die ik al sinds groep één ken, naar Marokko. 'Wow, wat leuk Kirsten', zegt mijn moeder tegen me. Senna en ik hadden al drie jaar plannen om samen een reis te maken, maar mijn moeder stemde nooit in, omdat ze me nog te jong vond. Achteraf gezien had ze wel gelijk, want het was een hele klus. Alles zelf regelen is nog best lastig en vooral op het vliegveld hadden we wat problemen, maar alles is goedgekomen, gelukkig. De dag na onze examens zijn we vertrokken en vijftien dagen later zijn we heelhuids weet teruggekomen. Senna en ik zaten dus al twaalf jaar bij elkaar in de klas en nu hebben we onze schooltijd prachtig afgesloten met deze vakantie naar Marokko. We zijn allebei waarschijnlijk geslaagd voor ons VMBO-examen en gaan nu een MBO-opleiding doen. Jammer genoeg niet dezelfde, maar we zitten wel bij elkaar op school. Daar ben ik dus echt zo blij mee. Ik kan me echt niet voorstellen hoe het zou zijn in de klas zonder Senna. 'Hallo, Kirsten? Gaat het wel? Je bent aan het staren', zegt mijn moeder ineens. Ik schrik op uit mijn gedachten. 'Ja, het gaat wel hoor', zeg ik snel terug, bang dat ze anders ongerust wordt. Ik ben nu dus net weer terug van vakantie, en omdat mijn moeder me eerst niet wilde laten gaan, wil ze nu overal het fijne van weten. 'Even denken hoor, waar was ik gebleven met mijn verhaal', zeg ik. Over de eerste negen dagen heb ik haar volgens mij al verteld, dus dan ben ik gebleven bij dag tien: de dag dat ik op een kameel heb gereden! Het moment zit nog vers in mijn geheugen, omdat het zo ontzettend gaaf was.
Ik open mijn ogen en kijk even om me heen. Waar ben ik? Oh ja, in de hotelkamer in Marokko. Ik ben zo gewend aan mijn eigen slaapkamer, dat ik me hier elke ochtend opnieuw afvraag waar ik ben. Senna ligt nog te slapen. Ik pak mijn mobiel om mijn moeder even een berichtje te sturen dat het goed gaat, want anders wordt ze ongerust. Dan komt er een melding binnen van de agenda op mijn mobiel. Herinnering: Kameel rijden. Helemaal vergeten, vandaag gaan Senna en ik kameel rijden, o mijn god. Ik ben zo zenuwachtig. Senna moet wel wakker worden, want we worden over een uur al opgehaald voor het hotel. Ik schud aan haar arm en zeg: 'Sen, wordt je wakker? Over een uur worden we al opgehaald'. Ze opent langzaam haar ogen en wrijft er even in, maar als het tot haar doorgedrongen is wat we vandaag gaan doen, springt ze spontaan haar bed uit. 'Ik ga eerst douchen!' schreeuwt ze. Ik zucht, ik wilde net gaan douchen..
Er staat een taxi voor het hotel klaar om ons op te halen. Senna en ik stappen in en de taxichauffeur begint ons te rijden richting de woestijn. We slapen in een hotel in de stad, maar het is heel dicht bij de woestijn. We rijden door de stad, en hoe verder we komen, hoe armoediger de woningen worden. Uiteindelijk, na een kwartier, zijn er bijna geen huizen meer en begin ik echt te merken dat we in de woestijn zijn. Nog vijf minuten later zie ik in de verte een hele rij kamelen staan. 'Senna, kijk! Daar zijn onze kamelen', roep ik enthousiast en veel te hard. 'Rustig maar Kirsten, ze lopen echt niet zomaar weg hoor, want wij zijn sneller'.
Ik sta naast een kameel. Eerst had ik er heel veel zin in, maar nu vind ik het toch wel een beetje eng. Dat beest is heel groot en hij stinkt en hij heeft een mond waarmee hij zo je hand kan verbrijzelen. Het is gerust wel veilig, anders had het reisbureau dit vast niet aangeraden. Een man helpt me op te stappen. Na een paar minuten lukt het. Ik kijk even achterom en zie dat Senna er ook al op zit. Daarna kijk ik naar beneden en besef ik dat ik best een stukje van de grond verwijderd ben. Ik sidder even, maar daarna bedenk ik me weer dat ik waarschijnlijk één van de weinigen van mijn vriendengroep ben die dit meemaakt. Als iedereen op zijn kameel zit beginnen we te rijden. Het hobbelt een beetje, maar verder is het heel gaaf. We gaan door de woestijn en we maken lol met zijn tweeën. Als we na drie uur weer moeten afstappen, doet mijn kont ontzettend pijn, maar dit was toch echt het leukste wat ik ooit heb meegemaakt. Dit was een dag om nooit te vergeten.