Hoofdstuk 9: Dromen zijn niet altijd bedrog

23 4 0
                                    

Hier in het zuiden van Amerika komen vaak heftige orkanen voor, vandaag hadden we te maken met zo een. Mijn benen zochten grip in de luxe grote auto en Nica zat achter het stuur. Haar ogen vastgeklampt aan de weg en haar knokkels spierwit van het knijpen in het stuur. Ze racete over de verharde weg en ontwijkt een paar omgevallen bomen. Het geraas word minder en een paar minuten later ik de orkaan gedraait. Ik adem uit. Ik kreun en pak mijn arm vast waar nu een stekende pijn doorheen gaat. Nog een pijltje?! Ik trek het er hardhandig uit en bijt hard op mijn tanden. "Gaat het?" vraagt Nica en ze maakt zich even los van de weg. Ze kijkt me bezorgd aan. "Ja... ja" zeg ik zacht. "Wat deed je daar in het bos? Ik dacht eerder dat je thuis zat te videogamen ofzo!" ik grinnik. "Ik was bij een vriend van mij, Nicolaas" ze schud haar hoofd en haald haar schouders op. "Waar gaan we heen?" vraag ik en ze grijnst. "Naar mijn ouders vakantiehuisje! Dat is dichtbij dat instituut van die rare wezens enzo" ik kijk haar niet begrijpend aan. Wat zei ze daar nou?! "Daar wou je toch heen?" vraagt ze nu wat onzeker. Ik knik hevig en ze grinnikt. "Hoelang is het nog rijden?" "Een uur dus maar je maar klaar voor straks, dan mag jij rijden en ik lekker slapen!" ik lach en draai mezelf om in de luxieuze stoel. Na al een paar seconden ben ik weg en sta ik opeens in een kamer met alleen maar spiegels. Voor me verschijnt een man in een net pak, ik herken hem ergens van maar weet niet van wat. "Kies" zegt hij en zijn ogen doorboren mijn hoofd. Ik kijk naar de tafels, het zijn er drie. Op alle drie de tafels staat een flesje. 1 is er groen, 1 rood en 1 blauw. Ik stap naar de blauwe toe en kijk om naar de man, maar die is weg. Er hangt een labeltje aan het flesje en ik lees het. Opeens zijn de twee andere tafeltjes verdwenen. 'Drink mij en onderzoek de ware ik' staat er in nette krulletters geschreven. Ik haal het dopje eraf en drink het voorzichtig op. Dan val ik weg en sta ik opeens op een hoog platform. Voor me staat Nica. "Het gaat zo niet meer verder Finni... Ik moet..." ze word onderbroken door een ijselijke gil van een vrouw. Het is een knappe vrouw. Té knap. Ik ren naar Nica toe voordat ze zich naar achter laat vallen. Maar als ik haar vast heb worden we geduwd door de knappe vrouw. Ze lacht duivels als we naar beneden vallen.

Ik schrik wakker. Wat betekende dat nou weer?! "Kom op Finni! Jouw beurt" riep Nica en ze zag er vermoeid uit. "Ik heb de navigatie al aangezet hoor" ik knik en neem haar plaats in. Op naar het vakantie huisje!

Myths are real... Right?Where stories live. Discover now