Hoofdstuk 22 'Zonneschijn'

1K 36 8
                                    

"Oké, je weet alles toch?"
"Ja hoor, maak je geen zorgen, Lau. Alles komt goed," stel ik haar gerust.
"Ja, natuurlijk," glimlacht ze. "Heel erg bedankt."
"Geen probleem, dat weet je. Ik ga Eef ophalen. Tot vanavond!"
Ze omhelst me. "Tot vanavond!"
Als ik bij Eva's bureau aankom is ze nog druk bezig met haar zaak. Haar ogen schieten over het scherm en haar vingers vliegen over het bord.
Haar partner daarentegen hangt lui achterover terwijl hij toe kijkt. Wat is die Alex toch een nare gozer. Eva een beetje al het werk laten doen.
"Eva," haal ik haar uit haar werk.
Ze kijkt verschrikt op omdat ze zo geconcentreerd bezig was, maar zodra ze mij ziet ontspant ze weer. Haar blik schiet naar de klok die al kwart voor twaalf aangeeft.
"Oh ja, sorry! Ik kom eraan," zegt ze.
"Waar ga je heen?" vraagt Alex verbaasd.
"Ze gaat met mij mee," antwoord ik grijnzend.
Alex kijkt me onderzoekend aan waarna hij zijn aandacht weer op Eva richt, die haar computer aan het afsluiten is. "Ga je met hém mee?" vraagt hij met een lichtelijke afkeer.
Geïrriteerd staat ze op. "Ja, hoezo?"
"Oh, ik wist niet dat jullie... Is hij niet een beetje oud voor jou?"
"Nou, we hebben ook helemaal geen-" wil Eva zeggen, maar ik onderbreek haar. "Ben je klaar, Eef? We moeten de meisjes om twaalf uur uit school halen, hè?"
Ik probeer niet te grinniken, maar kan een grijns niet onderdrukken als ik Alex' mond zie openvallen. Ik zou zijn gedachten nu wel willen lezen.
Eva knikt en pakt haar tas.
"Dat verslag moet vandaag af!" roept ze over haar schouder naar Alex als we weglopen.
"Wat? Dat is super veel werk!"
"Had je vanochtend maar meer moeten uitvoeren!"
Terwijl ik haar jas voor haar klaar houd kijk ik over haar schouders naar Alex die ons met een chagrijnige kop aanstaart. Ik grijns naar hem en zijn ogen veranderen in spleetjes.
"Kom." Ik leg mijn hand op haar rug en leidt haar naar buiten om het er even extra in te wrijven bij Alex. Hij hoeft het niet te wagen om ook maar iets bij haar te beginnen. Eva kijkt verbaasd naar me op, maar besluit te zwijgen.

We zitten naast elkaar in de auto. Sinds zondagavond heb ik haar niet echt meer gesproken. Op het bureau lopen we steeds langs elkaar heen, beiden druk met onze eigen zaken.
Daarnaast heb ik haar niet meer gezien. Daarom ben ik blij dat we nu een hele middag -en misschien wel avond- samen hebben.
De stilte is lichtelijk ongemakkelijk, maar ik weet niet echt waar ik het met haar over moet hebben. Gelukkig is de school dichtbij en de autorit kort.

Eenmaal bij de school aangekomen stap ik uit en loop ik richting het schoolplein. Ik heb de meisjes wel vaker opgehaald, dus ik weet de weg. Eva loopt achter me aan en ik hoor haar hakken op het asfalt tikken.
We zijn net op tijd, want de eerste stroom kinderen dromt de school al uit, het plein op. Tussen de menigte kinderen herken ik Tessa en zodra ze ons ook ziet, rent ze de laatste paar meter naar ons toe.
Ik steek mijn armen naar haar uit en til haar hoog op. Het meisje lacht naar me.
"Hé, grote meid!"
"Hoi Flohis!"
Ik zet haar weer op de grond, maar blijf haar handje vast houden.
Als ik met Nina en Tessa ben baal ik altijd dat ik Fleur niet heb zien opgroeien. Dat ik nooit een eigen kindje heb gehad, dat ik nooit de juiste vrouw heb ontmoet om dat kindje mee te krijgen.
Ik dacht een tijdje dat ik haar gevonden had, maar zij dacht daar duidelijk anders over, dus moest ik haar uit m'n hoofd zetten.
Ik kijk opzij naar haar. Ze zit gehurkt voor kleine Tessa die haar uitgebreid vertelt over haar dag op school.
Haar uit mijn hoofd zetten, realiseer ik me nu, was nooit helemaal gelukt.
Toch verschijnt er een kleine glimlach op mijn gezicht; ze is goed met kinderen. Ze was waarschijnlijk een geweldige moeder voor Finn. Ik kan me niet voorstellen hoe verschrikkelijk het voor haar moet zijn dat ze haar zoontje verloren heeft. Ze verdient zoveel beter.
"Floris! Eva!" Komen jullie bij ons oppassen vandaag?" Haalt de stem van Nina me opeens uit mijn gedachten.
Ook haar til ik even op om haar een knuffel te geven. "Ja, vind je dat leuk?" vraag ik haar als ze weer op de grond staat.
Ze knikt heftig op en neer.
"Gaan we dan naar de dierentuin?"
Ik kijk Eva aan, die haar schouders ophaalt.
Tessa staat te springen. "Ja! Ja! Diehentuin!"
"Dat zien we straks wel," besluit ik.

Gekwetst (Flikken Maastricht)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu