''Nog maar twintig kandidaten om koud te maken'', zei Austin. ''Ervan uitgaande dat er in de tussentijd wel meer doodgaan, zijn wij voor je het weet de laatste.''
En dan, had Stanley willen vragen. Maak jij mij dan dood? Zo'n gek idee was dat niet. Austin leek immers slechts een kartonnen kopie van de vriend die Stanley ooit had gehad. De vriend die er drie dagen terug, toen de heren samen op de boot in Den Helder waren gestapt, nog was geweest. De vriend die Stanley altijd geplaagd had, en hem beledigde, maar vanbinnen toch enorm veel om hem had gegeven. De vriend die zijn vriend was. Maar hij was er niet meer. Althans, hij was er nog wel, hij liep zelfs voor hem. Maar was het écht Austin?
Sinds ze hier waren was hij anders. Wreed, machiavellistisch, sadistisch zelfs. De gedachte aan Ricks arm kwam terug bij Stanley. Dat was ook Austins idee geweest, geen idee waarom hij er in mee was gegaan. Wellicht omdat hij hem niet teleur wilde stellen.
In het begin ging het nog wel, maar Stanley had nu echt veel last van zijn buik. Heel veel. Eens in de zoveel tijd kreeg hij een steek en dan rommelde zijn maag, te midden van de krampen die hem het gevoel gaven dat er iemand in zijn ingewanden zat die probeerde te ontsnappen, en daarbij zeker niet schroomde om Stanley helemaal kapot te scheuren – Ricks arm, wellicht? Die maaltijd zal zijn pijn zeker niet geholpen hebben.
Ook had hij het koud. En eigenlijk ook behoorlijk warm. Raar hoe zoiets kon.
Om zichzelf af te leiden probeerde Stanley na te gaan hoeveel mensen ze inmiddels hadden omgelegd. Ze hadden die jongens, Arnold, Rick en Tobias gedood, en ook hadden ze Mark en Mitchell om zeep geholpen, en die gast met die bril, Abraham. Of nou ja, dat had Victor gedaan, maar die hoorde er ook bij. Austin en hij waren zeker lekker bezig geweest, hij was er bijna zeker van dat zij de meeste doden op hun naam hadden. Het was niet iets om trots op te zijn, maar goed.
Er schoot ineens een gedachte door zijn hoofd. Hoe zou het met Adam en Dirk gaan? Die hadden ze sinds het begin van het spel nog niet gezien. Zouden ze geschrokken zijn van de dood van Rob en Victor? Vast wel. Maar Dirk was ook wel het type om dat opzij te zetten om sterk te blijven voor Adam. En zouden ze bezorgd zijn voor hem en Austin? Dachten ze dat zij bang wegrenden als ze een andere kandidaat tegenkwamen, en Victor dat gisteren niet gered had? Of hadden ze inmiddels een vermoeden... hadden ze het door...
''Hé Austin, wat doen we als we Adam en Dirk tegenkomen?''
Austin draaide zich langzaam om. Normaal draaide hij zich altijd heel snel om, vooral als je hem iets vroeg. Meer bewijs dat Austin veranderd was. Of was Stanley zichzelf nu gek aan het maken? Met een koude frons op zijn gezicht opende Austin zijn mond.
''Dan sporen we ze aan om zich tegen hun andere twee teamgenoten te keren, mochten die nog leven, en doen ze dat niet, dan maken we hen ook af. Zo simpel is het.''
Zijn Zwolse accent kon Stanley niet meer vleien. Het antwoord schokte hem, hoe voorspelbaar het eigenlijk ook was geweest. Opnieuw voelde hij die gevangene in zijn maag een ontsnappingspoging doen, maar dat moest hij nu even negeren. Even denken, wat zei Austin ook alweer? O ja, over die moord. Op Dirk en Adam.
Tja, Austin en hij hadden nu allebei een mes, Austin die van Tobias, hij die van Mark, dus ze zóúden een dubbele moord kunnen plegen. Maar konden ze dat wel maken? Bij twee van hun beste vrienden? Of ten minste, Adam was een beetje het kleine broertje dat ooit eens een keer mee mocht doen en hen sindsdien niet meer los heeft willen laten, maar Dirk was echt een maat van ze. Dat konden ze hem toch eigenlijk niet aandoen? Maar ja, ze konden niet alle vier winnen. Hij zou Austin zelf ook een keertje af moeten maken.
Daarover gesproken... was het nu misschien het juiste moment daarvoor? Austin liep met zijn rug naar hem toe vooruit, zijn aandacht waarschijnlijk totaal niet op Stanley gericht. Hij moest het doen, voordat Austin hem eerst doodstak. Voor wanneer zou, au, godverdomme, kon zijn buik even ophouden? Voor wanneer zou Austin dat gepland hebben staan? Voor het moment dat de helft van de kandidaten dood was? Of ergens aan het eind pas? Austin was berekenend. Hij was niet langer te vertrouwen, zeker niet op dit gebied. Stanley hief zijn mes.
Nee, laat maar. Nog niet. Stanley had hem nog nodig. In zijn eentje kon hij geen vierkoppige teams aan, hoe sterk en stoer hij ook was.
Austin stopte opeens abrupt met lopen, en Stanley botste bijna tegen hem op. Hij voelde iets in zijn maag meeklotsen. Hoorde Austin iets? Andere kandidaten? Stanley zette zijn oren op scherp. Langzaam bracht Austin zijn wijsvinger de lucht in, alsof hij iets non-verbaal duidelijk wilde maken, iets in de trant van: stop! Of misschien: pas op! De spanning was om te snijden.
Maar Austin zei niets. Zo'n goede tien seconden bleven ze daar staan, en Stanley vroeg zich af waarom zijn vriend dit in godsnaam deed. ''Wat doe je?'' fluisterde hij. Austin haalde kort adem, en blies de lucht met zijn lippen getuit weer uit, alsof hij probeerde te fluiten. Zijn rechterhand bewoog hij van links naar rechts, alsof het bos een tafereel op een verfdoek was dat hij uit probeerde te vegen.
''Ik geniet van de natuur'', zei hij uiteindelijk. ''Prachtig is het, nietwaar?''
Het was zo'n vreemd antwoord, zo verschrikkelijk absurd, dat Stanley niet anders kon dan lachen. Dat was de grootste fout die hij ooit gemaakt had. Terwijl zijn lachspieren zich aanspanden, ontspanden zijn darmen zich, en lieten ze een lading gaan die nu al bijna vijfendertig uur vast had gezeten. De schijt knalde als een raket uit zijn anus, en Stanley kon enkel hulpeloos blijven staan terwijl hij voelde hoe zijn hele maaginhoud in zijn broek werd geleegd, en langs zijn benen naar beneden stroomde.
''Kut...''
Austin draaide zich om, en keek Stanley verward aan. ''Wat?'' vroeg hij. ''Is er iets mis?''
Wat moest hij nu in godsnaam zeggen? Moest hij toegeven dat hij net in zijn broek had gekakt? Of kon hij dat beter voor zich houden? Het was waarschijnlijk het beste als hij zich nu helemaal uit zou kleden, in een waterlichaam zou duiken en in z'n blote niksie verder zou gaan, om infectie te voorkomen, en ervoor te zorgen dat zijn buikpijn niet erger werd. Maar ja... ga jij maar eens tegen je makker zeggen dat je zojuist een 'ongelukje' gehad hebt.
Plotseling begon Austin raar te snuiven. Stanley zag zijn neus op en neer gaan, als een hond die met zijn snufferd ergens aan rook. Shit, hij had het door, of niet? Austin begon te gniffelen. ''Beter een scheetje voor iedereen, dan buikpijn voor jou alleen, toch?'' Geamuseerd draaide hij zich weer om. Hij dacht dus dat Stanley enkel een scheet gelaten had.
''Ik heb trouwens echt dorst. Jij vast ook, neem ik aan?'' vroeg Austin, terwijl hij weer verderliep. Stanleys hersenen begonnen te kraken.
''O, klopt. Dan zal dat het wel zijn.''
Austin draaide zijn hoofd om naar Stanley, terwijl hij verder het bos in liep. Zijn ogen waren zo dun als een sneetje papier, en zijn wenkbrauwen lagen vlak daarbovenop. Het was een blik van pure verwarring. ''Dan zal wat het wel zijn? Waar heb je het over?''
Stanley antwoordde niet. Als hij gewoon niet reageerde, dacht hij, zal Austin vast wel vergeten dat hij een vraag had gesteld. Toch? Het- o, godzamme, daar ging zijn buik weer. Hield het dan nooit op? Een blik op zijn ontblote handen toonde Stanley zijn inmiddels lijkbleke huid. Zijn vriend leek het niet opgemerkt te hebben.
Na tien minuten stopte Austin, alsof hij de gebeurtenissen van twaalf minuten geleden wilde laten herhalen, plotseling met lopen, en wees hij met zijn rechterhand het bos in. ''Kijk eens aan'', fluisterde hij. Stanley ging naast hem staan. Een lach verscheen op Austins gezicht. Een glimlach die erg veel leek op één die de oude Austin op zijn gelaat zou hebben. Hij was bijna exact hetzelfde. Bijna.
''Wie hebben we daar?''
JE LEEST
De SchoonhovenSpelShow
ActionVeertig kandidaten moeten noodgedwongen strijden tot de dood. De steenrijke doctorandus Smit, die zich bezighoudt met de psychologie van de wil om te overleven, is niet tevreden met de reeds beschikbare informatie over het onderwerp. Daarom besluit...