'Ik wil jou even spreken' zei heer Carkos.
'Waarover' vroeg Liv 'mijn familie is ontsnapt. Je hebt mij nog.'
'Ja maar ik wil Loena, Milou, Brian en de rest van je familie graag hier hebben, zodat ze het volk niet tegen mij kunnen opzetten.'
'En dan nog? Ze zullen blijven proberen te ontsnappen en de volgende keer zal ik ook ontsnappen.'
Heer Carkos rolde met zijn ogen, hij liep naar haar toe en draaide haar om. 'Luister ik wil alle macht en ik kan geen tegenstand gebruiken, ook niet van jou. Dus werk je mee?'
'Nee' zei Liv 'ik zal nooit meer voor jou werken, hoorde je dat, nooit!'
Hij zuchtte, 'dan moet ik het maar met de harde hand doen. Lucius, je weet wat je moet doen.'
'Ja heer' zei hij.
Hij liep naar Liv toe en duwde haar tegen de muur. Aan de muur zat een groot stuk ijzer met boeien eraan vast gelast. Het hing hoog dus Lucius trok haar armen omhoog en zette ze vast tussen de boeien. Ook haar benen werden zo vastgezet. Liv stribbelde wel tegen maar Lucius was te sterk. Toen ze vastzat liep heer Carkos naar haar toe. 'Zo' zei hij, 'nu zit je vast en kan je dus ook niet weg.'
Hij pakte haar bij haar kaak, 'ga je nu wel meewerken?'
Liv probeerde hem te bijten, heer Carkos trok snel zijn hand terug. 'Nooit' riep Liv 'ik zal nooit meer voor jou werken!'
'Jouw keuze, dan zal ik je familie misschien een beetje pijn kunnen doen als ik ze vindt.'
'Nee' riep Liv 'dan doe ik jou wat aan!'
Hij keek haar aan en zei: 'Dat lukt je niet.'
Hij ging op het bed zitten en zuchtte. 'Liv wees verstandig' zei Lucius 'heer Carkos kan je geven wat je wil.'
Liv keek hem boos aan. 'En ik weet wat jij wil' zei hij.
'Wat dan?'
'Jij wil dat je familie in vrijheid kan leven en veilig is.'
'Daar kan hij niet voor zorgen, het enige wat hij wil is dat hij koning wordt en blijft.'
'Ik kan er wel voor zorgen' zei heer Carkos terwijl hij opsprong. Liv en Lucius keken hem verbaasd aan. 'Hoe bedoel je' vroeg Liv.
'Ik kan hen een landhuis geven met een stuk land erbij. Dan kunnen ze daar gewoon blijven rondlopen, maar ze mogen alleen met mijn toestemming weg.'
'En Liv' zei Lucius, 'ik zei het.'
'Alsnog' zei Liv 'dat is geen vrijheid! En ik werk niet voor jou!'
Heer Carkos sloeg op het tafeltje naast het bed, 'of je wil of niet jij zal je familie snel terug zien en dan zal ik John doden.'
Hij liep weg. 'Nee' riep Liv 'alstublieft niet.'
Heer Carkos reageerde niet en kwam ook niet terug. 'Lucius alsjeblieft' zei ze wanhopig.
'Sorry' zei hij 'je had dat eerder moeten bedenken.'
Hij maakte haar los en zodra Liv los was viel ze op haar knieën op de grond en begon ze te huilen. Lucius liep de kamer uit en deed de deur dicht en deed hem op slot. Liv had zich die avond in slaap gehuild. Toen ze de volgende ochtend wakker werd had ze hoofdpijn. Ze ging rechtop zitten en keek in het rond. Ze herinnerde zich weer wat er was gebeurd. Ze stond op en begon te ijsberen. Aan de ene kant moest ze John redden maar dan moest ze voor Carkos gaan werken. Aan de andere kant... als ze het niet deed kon hij John en de rest van haar familie echt pijn gaan doen. Ze moest wel voor Carkos gaan werken! Liv hoorde een sleutel in het slot gestoken worden. Ze keek naar de deur. Lucius kwam binnen samen met twee andere mannen. 'Heer Carkos wil je spreken' zei Lucius voordat Liv iets kon vragen.

JE LEEST
Visioen
FantasíaLiv is 18 jaar. haar baas ,graaf Carkos, wil de macht in het land. als hij hoort over een meisje met gave visioen moet hij haar hebben. hij laat Liv ontvoeren als ze 3 is. hij verteld haar niets over haar echte ouders. haar ouders mogen niet achter...