Ontsnappen

38 4 1
                                    

Als ik weer opsta van mijn bed bedenk ik dat Sven nog steeds in de doucheruimte is. Snel ren ik weer het celblok uit. Als ik bij de doucheruimte kom zie ik Sven door de grote ruimte rennen met een grote jongen achter hem aan. Ik begin te lachen. Sven kijk even opzij en ziet mij staan. Hij lacht en zwaait vrolijk waarbij hij bijna uitglijd over de gladde vloer. Ik proest het weer uit en hij begint ook te lachen. Hij stopt plots en doet een stapje opzij zodat de grotere jongen naar voren valt. Sven pakt een handdoek en zijn kleren en rent naar buiten. 'Kom naar mijn cel!' Zegt hij en hij rent hard weg. Ik ren hem achterna en stap de cel binnen. 'Is het gelukt?' Vraagt Sven. Ik knik. 'YEESSSSS! Goodbye prison! I hope i never see you again,' zegt Sven terwijl hij een t-shirt over zijn hoofd trekt. 'Nu alleen regelen dat we niet worden ontdekt,' zeg ik. 'Wacht maar daar weet ik wel wat op, trust me friend!' Zegt Sven. Hij trekt zijn broek op en loopt zijn  celletje uit.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Die nacht kan ik niet slapen. Ik lig wakker van de spanning. Ik had niks hoeven inpakken aangezien niemand spullen was komen brengen van thuis. Trouwens dacht ik dat was sowieso niet toegestaan. Plots kraakte mijn deur en ik sprong op. Aan de overkant gebeurde het zelfde bij Sven, ik zag hem voor de deur staan. Zodra er een kiertje was waar ik me doorheen kon wurmen glipte ik uit mijn cel. Ik rende naar Sven toe en die wenkte om hem te volgen. Snel rende we richting de poort. Vlak voor de laatste afslag rende Sven de andere kant op. 'Wat doe je?!' Vroeg ik boos. We wilden toch ontsnappen. 'Volg me nou maar!' Zei Sven terwijl hij geconcentreerd door rende. Woedend rende ik achter hem aan. 'Waar ben je mee bezig man?' Vroeg ik terwijl we gestaagd door rende. 'De software die jij hebt veranderd was voor twee gebouwen. Ze hebben een jongens en een meiden gebouw. Aangezien we al heel lang een ontsnapping planden maar steeds niet de juiste persoon vonden die het systeem in de war kon gooien zitten we dus al heel lang te wachten,' zei Sven. 'Ho stop. We? Wie zijn we?' Vroeg ik. 'Ik een andere jongen en twee meiden. Alleen de meiden werden zwaar bewaakt dus die waren als het waren nutteloos en die andere jongen weet ik niet eens meer of hij nog leeft dus dat heeft weinig zin.' Sven stopte abrupt en wees naar twee gestaltes. 'Samuel, maak kennis met Noor onze hacker en Eef onze ehhh... Mascotte die erg handig is met het zakkenrollen,' zei Sven terwijl de gestaltes uit de schaduw stapten. 'Wil je zeggen dat ik al die tijd met criminelen ben omgegaan,' roep ik. 'Shhhht wil je de bewakers achter je aan krijgen en vän?' Zei het meisje dat Noor hete. 'En vän?' Vroeg ik verbaasd. 'Ja half Zweeds, Svenska,' zei Noor. Ik knikte. Nou dan hadden we een Zweed een Brit en nog iemand. 'In plaats van hier te blijven staan kunnen we ook wegrennen milioni! Aangezien er ondertussen wel wat bewakers achter onze ontsnapping zijn gekomen, we moesten wat bewakers neer rammen voor ze ons door lieten,' zei Eef sarcastisch. We knikten en begonnen richten de poort te rennen. 'Je moet weten dat we door iemand zijn gedwongen om die bankoverval te plegen,' zie Sven. 'Ze wisten waar onze familie woonden en we wouden het risico niet nemen.' Plots ramde een quad tegen Sven aan. Sven vloog even en landde daarna met een smak op de grond. Een kreun ontsnapte uit zijn mond. Eef rende naar hem toe terwijl Noor en ik naar de man op de quad rende. 'Daar zul je voor boeten rövhål!' Schreeuwde Noor en ze beukte de man met haar schouder van de quad. De man landde op de grond en zijn helm klapte van zijn hoofd. Het was Pietersen. 'Zo jochie je bent ver gekomen,' zei hij met een grijns op zijn gezicht. 'Ik zou die grijns van je gezicht halen hoor wij zijn hier degene die de overmacht hebben,' zei ik met een klein gevoel van trots. 'Oja, ontsnappen is heel makkelijk als je al een klein jochie durf dood te schieten!' Schreeuwt Pietersen. 'Jezus! Hij is niet dood en ik heb hem niet neergeschoten!' Roep ik naar hem. 'Wat zijn je bewijzen jochie? Je wist toch wel dat dat mijn zoon was he? O nee wacht even dat zijn ze je vergeten te vertellen als of je het nog niet wist,' schreewde hij terug. 'Come on Samuel, we moeten gaan!' Zei Sven die ondertussen was opgestaan. Ik knikte en begon langzaam achteruit te lopen tot ik ruimschoots buiten het bereik van Pietersen was. Toen draaide ik me om. 'Wacht maar Jochie! Je weet nog niet met wie je te maken hebt!' En met die laatste woorden in mijn geheugen gegrift klom ik over de gevangenispoort mijn vrijheid tegemoet.

Sorry dat ik soms zo lang over een hoofdstuk doe. Ik heb het erg druk maar probeer wel iedere dag aan een hoofdstuk te schrijven. Ondanks het soms wat lange wachten hoop ik dat jullie van het verhaal genieten. Ik vind het zelf erg spannend om te schrijven en dat blijft voorlopig wel zo. Bedankt voor het lezen van dit hoofdstuk en deze footnote. Als jullie nog een idee hebben zet maar in de reacties en misschien verwerk ik het wel in het verhaal!
Groetjes Ffion!

LockedWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu