~2~

40 4 2
                                    

'Hoe kan je me dat nou aan doen Lena?' zegt Dennis schreeuwend. Samen met Dennis zit ik in een lokaal en hij zit onder het bloed dat over zijn gezicht loopt. 'Ik weet het niet' zeg ik stotterend. Ik wil met een doekje het bloed wegvegen en kom steeds dichterbij zijn gezicht. Hij slaat mijn hand weg. 'Blijf van me af! Ik haat je!' schreeuwt hij. 'Maar..' jammer ik nog. 'Rot op Lena! Ik hoef je nooit meer te zien. Hoor je me? Nooit meer!'

Ik schrik wakker en neem een grote hap lucht terwijl ik rechtovereind in mijn bed ga zitten. Ik kijk om me heen en leg mijn hand op mijn hart die als een gek te keer gaat. Ik haal diep en opgelucht adem. Het was maar een nachtmerrie. Hijgend pak ik mijn telefoon en kijk hoe laat het is. 6 uur. Zou Anthony wakker zijn? Ik scrol door mijn contacten. Als ik Anthony op mijn scherm zie komen druk ik hem weer weg. Natuurlijk kan ik hem niet vertellen waar ik over heb gedroomd. Dat zou raar zijn en bovendien zou hij het toch niet begrijpen. "Ja Anthony. Ik ben verliefd op je oom." Nee. Dat klinkt echt heel vreemd. Dat mag hij niet te weten komen. Echt nooit. Hij zou het me ook niet vergeven denk ik.

Als ik even later op mijn telefoon kijk na een sessie plafond staren zie ik dat het pas 5 minuten later is. Als ik me omdraai zie ik dat Nikki nog ligt te slapen. Heel zachtjes stap ik het bed uit, trek ik mijn onesie en pantoffels aan en sluip naar de deur die ik zachtjes open en dicht doe. Ik pak de lift en knik naar een medewerker die naar me glimlacht. Als de deuren van de lift openen komt er mij een heerlijke geur tegemoet. Als ik doorloop naar de warme dranken pak ik een beker en vul het met warme chocolademelk met slagroom en 2 marshmallows.

Ik neem plaats aan een klein tafeltje met 4 houten stoelen eraan. In de verte zie ik iemand die bezig is met tafels schoon maken. Als hij mij ziet glimlacht hij en gaat die weer verder met zijn werk. Als ik mijn beker chocolademelk op heb sta ik op en zet de beker bij de vuile vaat. De jongen die aan het schoonmaken is kijkt mijn kant op, glimlacht en steekt zijn duim op. Ik loop richting de liften en druk op 1 van de knopjes. Als de deuren sluiten bedenk ik me ineens iets. Ik heb eigenlijk een goede daad verricht. Om 6 uur 's ochtends komt er een eenhoorn binnen zetten met pantoffels en drinkt een mok warme chocolademelk met slagroom en marshmallows. Dat is een hele unieke ervaring. Dat maakt niet iedereen mee. De deuren van de lift gaan open. Glimlachend loop ik weer terug naar onze kamer. Voor ik de deur open doe kijk ik hoe laat het is. Half 7. Als ik de deur open doe zie ik Nikki op haar bed zitten met haar telefoon. Ze kijkt op van haar telefoon en kijkt me serieus aan. 'Ik wilde je net een berichtje sturen met waar je was.' Ik knik begrijpend. 'Waar was je?' 'Ik was beneden. Chocomelk drinken.' 'Met slagroom en marshmallows?' 'Met slagroom en Marshmallows' zeg ik bevestigend. 'En je bent zo gegaan?' 'Uhuh.' Nikki begint hoofdschuddend te lachen.

'Ik ga het ontbijt alvast klaarmaken.' Ik knik. 'Dan ga ik even snel douchen.' Nikki knikt. Ik draai de deur van de badkamer op slot en draai de warme kraan van de douche open. De warme stralen water lopen over mijn rug naar beneden. Even later word er geklopt op de deur van onze kamer. 'Ik ga wel!' hoor ik Nikki roepen. Snel droog ik mezelf af en kleed ik mezelf aan. Even later draai ik het slot van de deur af. Als ik richting de keuken loop zie ik Joris en Nikki aan de tafel zitten. 'Goedemorgen zusje.' Ik glimlach flauw en trek 1 van de stoelen naar achteren waar ik vervolgens op ga zitten. Nikki heeft een paar broodjes besmeert en op een schaal gelegd. In stilte pakken we allemaal een broodje. Na een tijdje stilte besluit ik de stilte te verbreken.

'Ik moet jullie eigenlijk iets vragen' begin ik dan maar. Nikki en Joris kijken tegelijk op van hun broodje en kijken me strak aan. Ik pluk een beetje onhandig aan mijn broodje met jam. 'Vinden jullie het niet vervelend dat ik nu in jullie gezin zit? Jullie ouders moeten nu ook aan mij aandacht geven en dan geven ze iets minder aandacht aan jullie. Ik vind dat voor jullie gewoon een vervelend idee. Ik snap het volkomen als jullie dat niet prettig vinden. Ik wil jullie ouders ook helemaal niet afpakken ofzo. Ik voel me soms een soort bijvoegsel. Soms denk ik gewoon dat ik jullie in de weg zit en daarom wil ik jullie vragen of het inderdaad niet beter is als ik vertrek' zeg ik zonder op te kijken van mijn broodje.

Nikki en Joris delen snel een blik. 'Hoe kom je daar ineens bij om dat te zeggen?' Ik haal mijn schouders op en pluk weer aan mijn broodje. 'Lena. Kijk me eens aan.' Ik doe wat Joris zegt en kijk hem aan.

'Natuurlijk vinden we het niet vervelend. Je hoort bij ons. Je bent ons zusje en daar komt echt niks tussen. Jij blijft bij ons want wij houden van jou Lena en als jij het gevoel hebt dat wij niet van jou houden dan kan je dat tegen ons zeggen en dan zullen wij nog meer ons best doen om te bewijzen dat het wel zo is.'

'Ik mis mijn eigen ouders gewoon heel erg. Het is al bijna een jaar geleden maar het blijft zeer doen.' Nikki knikt begrijpend. 'Alles komt goed Leen.' Nikki pakt mijn hand vast en glimlacht lief naar me. 'We zorgen voor je. We houden van je. Mijn ouders zijn nu ook jouw ouders. Dat je je ouders mist is logisch. Ik zou hetzelfde doen.' Ik knik. 'Nou. Goed. Laten we opruimen, inpakken en naar beneden gaan.'

We staan tegelijkertijd op en splitsen ons op. Ik pak de borden beet en zet ze op het aanrecht in het kleine keukentje. Snel was ik de borden af en zet ze in de kast. Zuchtend doe ik het keukenkastje dicht. In de gootsteen ligt nog een klein plasje water waar ik mijn eigen spiegelbeeld in zie. Wat ben ik verandert in dat ene jaar. Ik lijk elke dag een beetje meer op mijn moeder. Van die gedachte moet ik glimlachen. 'Lena?' Ik schrik op uit mijn gedachten en draai me in een ruk om. 'Hmm?' 'Sorry. Ik wilde je niet laten schrikken. Waar dacht je aan?' 'Niks.'

Ik loop naar mijn trollie en verzamel alle kleding die ik er vervolgens in doe. Alles past er nog net in. Ik heb hetzelfde setje van gisteren aan. Als ik het jasje van Anthony op bed zie liggen, pak ik het op en trek ik het aan. Het ruikt zelfs naar hem. 'Heb je alles?' Ik knik.

Als ik bij de deur sta kijk ik nog 1 keertje rond. Ik knik en trek de deur dicht. Nikki pakt mijn trollie en hangt deze als een schoudertas om haar nek. Zelf rijd ze haar eigen trollie met haar linkerhand. 'Moet ik er niet 1 nemen Nik?' 'Nee. Het lukt wel' zegt ze hoofdschuddend. Als we beneden aankomen in de lobby komen we al snel Deborah en Martijn tegemoet die op ons staan te wachten. 'Hebben jullie lekker geslapen dames?' Ik knik en overhandig de sleutel aan de man achter de balie die vriendelijk naar mij knikt.

Als we richting de auto lopen zie ik Joris al staan die de kofferbak open doet. Joris tilt me op en wilt me in de kofferbak leggen. 'Joris! Niet doen.'

'Oh sorry. Ben jij het? Sorry hoor. Echt waar. Ik dacht dat je ook een koffer was' zegt hij lachend. Hij zet me neer en tilt de koffers in de auto terwijl Nikki ze aangeeft. 'Mafkees.' Als de kofferbak met een klap dicht gaat, ga ik in de auto zitten. Als ik even later mijn ogen open merk ik dat ik weer in slaap gevallen ben. Natuurlijk. Typisch iets voor mij. Een paar verkeersborden schieten voorbij. 'Waar zijn we?' vraag ik terwijl ik me uitrek en gaap.

'We zijn er bijna. Nog 5 minuutjes' zegt Martijn terwijl hij in de achterruitspiegel kijkt. Ik knik en kijk toe hoe we van de rijksweg af rijden. De school is in zicht. Het gele hekje is in zicht. Het huis is in zicht. Voor het huis stoppen we met een piepende rem. 'We zijn er.'

We stappen uit. Joris zet alle koffers op straat. Ik pak mijn eigen spullen bij elkaar en loop het huis binnen die Deborah al open gedaan heeft. Ik loop in 1 keer door naar boven waar ik de koffers op bed leg. Ik ruim meteen alles op in de kasten die in de kamer staan. Mijn jurken ruiken naar Anthony, naar de zee, naar het strand en naar de vakantie. Als ik klaar ben met mijn kleding opbergen kijk ik goed de kamer rond. Ik loop richting de foto's die ik zie staan op mijn nachtkastje, pak ze beet en kijk er goed naar. Ik glimlach als ik kijk naar een foto van ons 3. Mam, pap en ik. Ik glimlach als ik terug denk aan dat moment. Dat kan ik me nog herinneren als de dag van gisteren.

'Lena?' word er vanaf beneden geroepen. 'Ik kom.'

Ik loop de trap af en loop in 1 keer door naar buiten waar Joris en Nikki op mij staan te wachten. 'Ben je er klaar voor?' vraagt Joris met een serieus gezicht. Ik slik en knik. 'Mam. We zijn zo terug' zegt Nikki tegen Deborah. 'Is goed. Doe voorzichtig.'

Ik begin met lopen. Daar gaan we dan. Op weg naar het huis waar mijn herinneringen nog liggen. 

I need youWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu